Praat je over bedrijven die moeten veranderen, dan praat je over de digitale transformatie. Hoewel de grote succesverhalen daarover bekend zijn, bevinden de meeste bedrijven zich nog in de eerste fase; die van automatisering. Low-code helpt bedrijven om daadwerkelijk de stap te zetten naar transformatie. Daar heb je wel lef om te experimenteren voor nodig.
Digitaal transformeren draait volledig om de zoektocht naar het leveren van toegevoegde waarde door middel van innovatie. In dit licht is de slogan van een Mendix-event toepasselijk: Innovate with the speed of ideas.
In de praktijk is de ‘innovator’ vaak de persoon die soms wat gek overkomt, maar die wel begrijpt wat anderen nodig hebben. Vervolgens heb je iemand nodig die deze ideeën snel kan ontwikkelen en testen om ze vervolgens te lanceren of opnieuw te beginnen. Ik vergelijk het met de marshmallow challenge, waarbij je zo snel mogelijk een zo hoog mogelijke toren moet maken van spaghetti en een marshmallow. Het zal niemand verbazen dat kinderen hier het best in zijn; zij bouwen in hoog tempo en mocht het niet lukken, dan beginnen ze snel opnieuw. Als je eerst een heel plan zou schrijven, zou je nooit binnen achttien minuten klaar zijn mocht het plan falen. Dat lef heeft het Nederlandse bedrijfsleven ook nodig om succesvol digitaal te transformeren. Succesvol ondernemen is ook risico’s durven nemen. Door vandaag al te kijken wie de klant van morgen is, kun je nu al starten met het ontwikkelen en testen van ideeën.
Gedegen strategie
Waar veel bedrijven zich nu in de (onmisbare) fase van automatisering bevinden, zijn er nog maar weinig die een gedegen strategie hebben voor de digitale transformatie. Kijkend naar Spotify, Uber en Airbnb, weet iedereen dat er iets moet veranderen, maar de vertaling naar de eigen business is niet zomaar gemaakt. Het heeft geen zin de werkwijze van deze bedrijven te kopiëren. Daarentegen is het zaak te begrijpen waarom ze zo succesvol zijn. Deze disruptors begrijpen als geen ander de behoefte in de markt en dat is waar elk bedrijf naar toe wil.
Digitale transformaties beginnen met het digitaliseren van processen. Vervolgens breng de klant van de toekomst in kaart en zodra je dat hebt gedaan, ga je experimenteren. In deze laatste fase speelt low-code een belangrijke rol. Het begrijpen van de klant gaat met ups en downs. Dat betekent dat je continu dingen moet blijven uitproberen, zonder daar enorme hoeveelheden tijd en geld aan kwijt zijn. Developers werken met low-code zes tot tien keer sneller dan met de traditionele programmeertalen, zodat experimenteren binnen handbereik ligt.
Anders denken
Om met low-code te werken, heb je als it-team een ander type ontwikkelaar nodig, developers die het minder belangrijk vinden hoe processen tot op bit-niveau worden afgehandeld, maar zich juist richten op de functionaliteit van de applicatie. Kernvragen daarbij zijn: wat moet de applicatie functioneel gaan doen en hoe moet de applicatie voor de eindgebruiker werken? Het is bovendien belangrijk dat deze ontwikkelaars zich bewust zijn van bedrijfsprocessen en daarin ook kunnen meedenken.
Het betekent overigens niet dat developers voor low-code helemaal geen ontwikkelkennis meer nodig hebben: met low-code is de fundering van de applicatie gelegd, maar er moet nog steeds gebouwd en gevormd worden. Deze veranderingen betekenen ook dat je als it-afdeling een ander profiel kunt uitzetten. Je hoeft niet met de rest van Nederland op zoek naar die schaarse programmeur. It-professionals zonder ontwikkelkennis kunnen met low-code snel aan de slag. Zo haal je de grootste bottleneck uit je innovatieslagkracht: het tekort aan traditionele developers.
Om echt te kunnen innoveren, is het noodzakelijk dat de volledige it-afdeling anders gaat denken en de controle houdt over het volledige applicatielandschap. Zorg ervoor dat de low-code-developers integraal onderdeel zijn van het it-team. Om voordeel te halen uit low-code moet het omarmd worden als belangrijke, nieuwe programmeertaal, anders wordt het een feestje van een select groepje mensen. In de praktijk zie je nu vaak dat de low-code-developers tussen de it-afdeling en de business zitten. Niet verstandig, want het doel is juist om de business en it op één lijn te krijgen. Door de low-code-developers ertussen te zetten, creëer je een onnodige, extra communicatie-laag en potentiële schaduw-it.
Slimme lagen
Low-code-platformen zijn een onmisbare basis voor de digitale transformatie, omdat het je de kans biedt snel te ontwikkelen en te testen. Maar low-code staat uiteraard niet op zichzelf, je moet er niet alles mee willen ontwikkelen. Denk bijvoorbeeld aan een erp-systeem of het core-systeem van een bank. Dit type applicaties kun je beter kopen.
Low-code biedt wel de mogelijkheid om bovenop deze applicaties slimme lagen te bouwen om de applicatie te verbeteren of aan te passen. Denk ook aan koppelingen met andere tooling, bijvoorbeeld voor data science. Hiervoor gaan we steeds meer gebruikmaken van kunstmatige intelligentie en machine learning, waar je nog altijd de ‘traditionele’ programmeertalen voor nodig hebt.
Om de stap van automatisering naar transformatie te zetten, zal er de komende jaren nog veel gaan veranderen op de it-afdeling. Veel hangt af van de snelheid om innovatie mogelijk te maken en het lef dat organisaties tonen om risico’s te nemen én te experimenteren.
