Stichting Privacy First heeft het hoger beroep verloren in de rechtszaak die het tegen de Staat der Nederlanden had aangespannen vanwege het ubo-register van de Kamer van Koophandel (KVK). Het gerechtshof Den Haag besliste dat het register niet privacyschendend is en dat de Nederlandse wetgeving ten aanzien van de ubo's (ultimate beneficial owners) niet buiten werking gesteld hoeft te worden.
Het ubo-register maakt deel uit van het KVK-handelsregister. Deze uitbreiding met meer persoonlijke informatie vloeit voort uit de vierde Europese anti-witwasrichtlijn uit 2015. Die stelt dat ondernemingen vanaf september 2020 verplicht zijn om hun eigenaren of de personen die zeggenschap hebben in te schrijven in een ubo-register, oftewel een register met informatie over de ‘ultimate beneficial owner’ (ubo: de ‘uiteindelijke belanghebbende’).
Daarbij moet een aantal persoonsgegevens van de ubo’s worden opgegeven. Net als de aard en omvang van het door hen gehouden economisch belang. Het algemene publiek kan via het ubo-register dit economisch belang, de geboortemaand- en jaar, de woonplaats en nationaliteit van de ubo te weten komen, maar het adres, het burgerservicenummer, en het geboorteland en -datum zijn alleen door instanties als de Belastingdienst in te zien.
Volgens Privacy First, de stichting die opkomt voor de privacy van alle burgers in Nederland, is de ubo-wetgeving in strijd met het grondrecht van de ubo’s op privacy en met hun recht op bescherming van hun persoonsgegevens.
Afgewezen
De voorzieningenrechter heeft dit bezwaar in een eerdere uitspraak afgewezen. Het Haagse gerechtshof komt tot dezelfde beslissing. De reden daarvoor is dat niet aannemelijk is gemaakt dat de ubo’s op korte termijn ernstige schade zullen leiden. Dat is een vereiste om op Europese richtlijnen gebaseerde wetgeving in een kort geding (voorlopig) buiten werking te kunnen stellen.
Daarbij heeft het gerechtshof meegewogen dat een ubo, die vreest dat hij door de openbaarmaking van zijn persoonsgegevens het risico loopt op ontvoering, afpersing of iets dergelijks, meteen al zijn gegevens voor het algemene publiek kan afschermen. De Nederlandse wetgeving voorziet in deze mogelijkheid.
Uiterlijk 27 maart 2022 moeten alle ubo’s ingeschreven staan. Overigens is het nog de vraag of alle landen in de Europese Unie hun ubo-register op tijd klaar voor gebruik hebben.
Update (14.30)
Privacy First laat in een reactie weten te verwachten dat ubo’s massaal bij het Handelsregister een verzoek doen om afscherming. Daarnaast stelt de advocaat van de privacyvoorvechter, Otto Volgenant van Boekx Advocaten, ‘De oplossing moet komen van de hoogste Europese rechter, het Hof van Justitie van de EU. Die zal hier medio 2022 over oordelen. Ik verwacht dat die een streep door de openbaarheid van het ubo-register zal zetten. Het Nederlandse ubo-register is nog nauwelijks gevuld en ik raad iedereen aan zo lang mogelijk te wachten. De Nederlandse overheid heeft willekeurig een datum gekozen waarop ubo’s hun gegevens moeten aanleveren, namelijk 27 maart 2022. Het zou verstandig zijn om die einddatum een paar maanden op te schuiven tot na het moment dat het Hof van Justitie van de EU duidelijkheid heeft gegeven. Dat voorkomt een hoop ellende en onnodige kosten.’
Je UBO afschermen?
Ik heb de optie nergens gezien. Het lijkt te kunnen na het indienen, maar dan is het een wijziging die weer net zo veel werk is als het indienen zelf.
Je persoonsgegevens beschermen is haast onmogelijk gemaakt.
Welke organisaties mogen de volledige info uit het UBO register inzien? Mag bijv. het UWV de informatie van het economisch belang gebruiken voor het toetsen van een uitkering?