De marges in de it-detachering lopen wat terug. Detacheerders kunnen de hogere kosten die ze moeten maken om aantrekkelijk voor personeel te blijven, niet volledig in hun tarieven doorberekenen. De omzet binnen het it-vakgebied ontwikkelt zich wel gunstig. Vergeleken met een jaar geleden werd in het vierde kwartaal van 2022 een plus van twintig procent gehaald. De Vereniging van Detacheerders Nederland (VvDN) meldt dat in zijn nieuwe MarktMonitor.
De leden van brancheorganisatie VvDN zetten fors in op het extra opleiden van personeel, blijkt uit de monitor. Vergeleken met 2021 gaven ze 18,5 procent meer uit aan opleidingen. In totaal gaat nu 4,2 procent van de loonsom naar opleidingen.
Ook de kosten per aanname nemen toe, stelt bestuurslid Fred Boevé, tevens directeur it bij I4talent (it-consultancy). Denk aan kosten van recruiters, honoraria van headhunters en deelname aan beurzen. Eenmaal binnengehaald krijgen mensen hogere basissalarissen, eenmalige uitkeringen en ‘dikke laptops’. Ook worden ze zoveel mogelijk ontzorgd. De arbeidsmarkt is nog altijd sterk in beweging. Mensen wisselen sneller van baan. Om personeel te behouden en nieuw talent aan te trekken, moeten detacheerders hogere kosten maken.
Fred Boevé: ‘Ondanks de omzetgroei gaat het nu best spannend worden. We zien de groei afvlakken. We nemen nog steeds meer mensen in vaste dienst. Dat is dit kwartaal met zes procent gestegen in vergelijking met een jaar eerder. Maar dit alles heeft een neveneffect. De periode zonder opdracht, de zogenaamde ‘leegloop’, stijgt. Steeds vaker nemen leden al meerdere maanden voordat een opdracht start specialisten aan. In die tussentijd geven ze mensen opleidingen en trainingen in afwachting van de juiste opdracht. Hier staan echter geen inkomsten tegenover. Op zich kan dit worden opgevangen. Zij het wel dat de stijging van de verkooptarieven niet in de pas loopt met de sterk stijgende kosten.’
Kostenpost
Volgens de MarktMonitor stegen de verkooptarieven met 6 procent vergeleken met een jaar eerder. ‘Dit is echter onvoldoende.’ Boevé: ‘Het probleem van onze sector is dat wij vaak met grote organisaties zakendoen waarbij de afdeling Inkoop soms wel belangrijker lijkt dan de afdeling personeelszaken. Deze inkoopafdeling timmert contracten volledig dicht en ziet ‘personele inzet’ niet als een investering maar vooral als een kostenpost. Tussentijds herzien of aanpassen van overeenkomsten is bijna niet bespreekbaar. Terwijl onze salaris- en inkoopkosten flink zijn gestegen. Natuurlijk is er sprake van ondernemingsrisico, maar wij kunnen niet blijven absorberen. We moeten dit bespreekbaar maken met onze opdrachtgevers.’
De VVdN-bestuurder ziet momenteel veel vraag naar mensen met kennis van data-migraties (naar de cloud en data-warehouses). Ook specialisten op gebied van datascience en business-intelligence zijn in trek. De overheid blijft een grote opdrachtgever zeker nu de Omgevingswet, een ander pensioenstelsel en veel veranderingen in wet- en regelgeving op komst zijn.
