Informatica of informatiekunde kan je het beste studeren aan de Open Universiteit in Heerlen. Studenten geven deze academische instelling voor afstandsonderwijs de hoogste waardering.
Dit blijkt uit de Keuzegids Universiteiten, een onafhankelijke beoordeling van de bacheloropleidingen en universiteiten op basis van een eigen methodiek. De jaarlijkse gids helpt studenten de vraag te beantwoorden welke (ict-)studie je het beste kan volgen. Ook dit jaar zijn de kwaliteitsverschillen weer groot.
Topopleiding
Bij Informatica mag de Open Universiteit (OU) zich als enige een topopleiding noemen. Radboud Universiteit (Nijmegen) komt in de buurt, maar de OU is superieur qua inhoud van de studie en toetsing. Nijmegen wint het wel qua sfeer.
Universiteit van Amsterdam (UvA) is derde op de ranglijst, gevolgd door Utrecht. Groningen en Tilburg/Eindhoven (data science) zijn gemiddeld. De Vrije Universiteit (VU) en Leiden zijn vooral inhoudelijk minder.
Bij Informatiekunde belandt de OU eveneens op de eerste plaats, maar de afstand tot Groningen is klein. Utrecht en Amsterdam zijn gemiddeld. Bij technische informatie ontbreekt een echte uitblinker. Eindhoven is bovengemiddeld. Delft doet het minder goed, terwijl Enschede daar tussen in zit. Bij de overige informatie-studies krijgt medische informatiekunde op de UvA het predicaat topopleiding. Geen enkele wetenschappelijke it-opleiding scoort zo hoog als deze studie. Ook business -it in Enschede wordt goed gewaardeerd.
Overall doet Utrecht het beste van de ‘brede’ universiteiten, met nipte voorsprong op Nijmegen. Bij ‘exact en informatica’ ligt Utrecht voor. Hekkensluiter is de UvA, maar ‘exact informatica’ wijkt daar positief af. Bij de overige universiteiten krijgen zowel Wageningen als de OU een dubbele plus voor ‘exact en informatica’.
Een goede voorbereiding op een carrière in de ict vormt technische wiskunde. Je leert daar praktische vraagstukken op te lossen naar wiskundige modellen en simulaties. Tijdens vakken als wiskundige statistiek, programmeren en algoritmes leer je hoe je dat doet. Bij business analytics aan de VU kan je een minor data science volgen.
Volgens de Keuzegids is er in de ICT veel vraag naar wiskundigen. Ze kunnen bijvoorbeeld aan de slag als risico- of data-analist. Technische wiskunde is geen gemakkelijke studie. Het valt velen zwaar om het eerste jaar door te komen. Vooral in Delft en Eindhoven blijkt dat een behoorlijke opgave.
Maar nagenoeg alle pas afgestudeerden vinden meteen werk. Het bruto maandsalaris is 3.359 euro, aldus de Nationale Alumni Enquête. Afgestudeerden in de informatiekunde beginnen gemiddeld met 3.646 euro, econometristen met 3.531 euro en informatici met 3.446 euro.
Verschillen en varianten
De informatica-studies aan de universiteiten verschillen nogal in opzet. De instellingen onderscheiden zich met specialisaties en minors. Leiden kent al in het eerste jaar specialisaties, zoals bio-informatica. Nijmegen daarentegen biedt in het tweede jaar een keuze, namelijk software and data science of cybersecurity. Utrecht kent als enige game-technologie. De VU biedt de mogelijkheid van een educatieve minor.
Technische informatica kent ook veel varianten. Praktische toepassingen staan voorop. Delft biedt in het tweede jaar de keuze tussen multimedia, systemen of data. Eindhoven kent verschillende ontwikkelingsprojecten voor bijvoorbeeld een app of een nieuw algoritme. Enschede kent onder meer de minor ‘smart spaces’ waarbij je intelligente systemen en ruimtes kunt ontwikkelen.
Informatiekunde richt zich op de optimale benutting van digitale mogelijkheden. De studie combineert ict, bedrijfskunde, psychologie, communicatie en nieuwe media. Ook hier heeft elke universiteit een andere aanpak. De OU werkt met leerlijnen zoals modelleren en systeemontwikkeling. Groningen zoekt het in specialisatie door keuzevakken te volgen, zoals recht en ict. De UvA vraagt je in het derde jaar een zelfstandig onderzoek te doen.
Voor een wetenschappelijke ict-opleiding meldden zich 2.646 nieuwe eerstejaars aan, waarvan negentien procent vrouw. Bij de ‘Keuzegids’ is mede geput uit resultaten van de Nationale Studenten Enquête en de Studiekeuzedatabase.