KPNQwest wordt er door de Ondernemingskamer van het gerechtshof in Amsterdam van verdacht banken en beleggers te hebben misleid. Dat meldt De Volkskrant.
De Ondernemingskamer start een onderzoek naar de ondergang van het samenwerkingsverband tussen KPN en het Amerikaanse Qwest in 2002. Eerder al stelde de Vereniging van Effectenbezitters (VEB) dat het bedrijf zijn omzet kunstmatig verhoogde door overcapaciteit op zijn glasvezelnet te verkopen aan andere telecombedrijven en in ruil hiervoor capaciteit terug te kopen. Daarnaast beschuldigde de VEB KPNQwest ervan onrealistische prognoses te hebben afgegeven.
Het onderzoek van de Ondernemingskamer gaat over de periode vanaf 1 januari tot 23 mei 2002. In die periode zou KPNQwest misleidende informatie naar buiten hebben gebracht, dubieuze transacties hebben gepleegd met overcapaciteit op het glasvezelnetwerk en zouden de commissarissen van het bedrijf niet voldoende hebben laten leiden door het belang van de onderneming.
KPN en Qwest sloten eerder een schikking van vijftien miljoen dollar met Amerikaanse beleggers die een zaak tegen de joint-venture aanspanden. Volgens de VEB was dat niet genoeg. De belangenorganisatie bekijkt nu de mogelijkheid tot een schadevergoeding.