Data zijn niets meer dan gegevens, geregistreerde feiten. Er is een groeiende behoeft aan realtime inzicht van data. Met behulp van digitalisering ziet men dat steeds meer data opgeslagen, gestructureerd, getransformeerd en geanalyseerd wordt. In het algemeen wordt data onderscheiden in twee vormen: gestructureerde en ongestructureerde data. Op dit moment is circa 20 procent van de data gestructureerd, zoals te zien in bijvoorbeeld een Excel-document of een dashboard. Echter, 80 procent van de opgeslagen data is nog ongestructureerd (denk aan losse afbeeldingen, video’s en tekstdocumenten) en dit aandeel neemt alleen maar toe, zo blijkt it het IT Trendsonderzoek van Supply Value. De potentiële waarde hiervan is dus des te hoger.
In deze digitaliserende wereld veranderen veel technologieën in een razend tempo de manier waarop organisaties hun werkzaamheden uitvoeren. In dit web van technologieën is het voor it-professionals belangrijk om te weten wat de meest opkomende trends zijn van komend jaar, zodat hier de juiste toegevoegde waarde uit gehaald kan worden voor hun organisatie. Het doel van het IT Trendsonderzoek is het ondersteunen van informatiemanagement en -technologieprofessionals bij het stellen van de belangrijkste prioriteiten en de juiste focus.
Belangrijke beslissingen
Dit jaar is nogmaals heel duidelijk gebleken wat de waarde van data kan zijn. Het Nederlandse kabinet nam tijdens de Covid-19-crisis meer dan ooit beslissingen op basis van data. Hoeveel nieuwe besmettingen zijn er? Hoeveel overledenen zijn er? Wat zijn de nieuwe ziekenhuis- en IC-opnames? Wat is de R (reproductiegetal)? Zonder deze cijfers zou ons kabinet haar besluiten hebben gebaseerd op intuïtie en emotie, onderbuikgevoel.
‘Data bleek een van de beste medicijnen in de strijd tegen een pandemie’, aldus Thijs Laour, consultant bij Supply Value. Het is volgens hem haast ondenkbaar dat belangrijke beslissingen tegenwoordig niet meer worden ondersteund door data. Ondanks dat komt het in de praktijk nog regelmatig voor en zijn er nog maar weinig organisaties echt volwassen in het datadomein.
Vier datatrends
Een concurrentievoordeel ontstaat wanneer organisaties iets unieks bezitten. Dit begint bij inzichten in alle aspecten van de organisatie, onder andere klanten, werknemers, processen en trends. Door data op de juiste manier toe te passen worden deze inzichten gecreëerd. Het IT Trendsonderzoek van Supply Value heeft verschillende datatoepassingen onderzocht en gaat verder in op de vier belangrijkste toepassingen. Dit jaar zijn de belangrijkste datatoepassingen die organisaties gebruiken data science, data governance, business intelligence en data driven.
Data science
Data science werd in het IT Trendsonderzoek van 2019 de nummer 1-trend. Ook dit jaar wordt data science als relevant en waardevol gezien. It-professionals vinden dit de meest belangrijke ontwikkeling binnen het datadomein. 84 procent van de respondenten geeft aan dat data science een relevante ontwikkeling is om mee aan de slag te gaan.
De opkomst van data in het algemeen biedt enorme kansen voor de data scientist om waardevolle inzichten uit (big) data te halen. Hier gaan complexe en onvoorspelbare processen aan vooraf, waardoor vaak een iteratieve werkwijze wordt toegepast te beginnen bij het in kaart brengen van het businessprobleem. Het begrijpen, voorbereiden, modeleren en evalueren van de data is zonder twijfel de meest tijdrovende klus in een data science-project.
Data governance
Data governance draait in essentie om een goede omgang met data door heldere processen, beleidskaders en standaarden omtrent data te definiëren en hanteren. 74 procent van de it-professionals die het datadomein belangrijk vinden geeft aan data governance een relevante ontwikkeling te vinden binnen dit domein. Niet alleen data, maar ook mensen, procedures en technologieën die hieraan ten grondslag liggen moeten op elkaar afgestemd zijn.
De transparantie en traceerbaarheid van de data wordt hiermee ook verhoogd. De huidige focus van it-professionals binnen data governance ligt nu op datakwaliteit; het opstellen van heldere definities en het beperken van dubbele data. Ook prestaties en betrouwbaarheid van systemen worden bij deze focus genoemd.
Business intelligence
De term Business intelligence is afgeleid van de ontwikkeling dat bedrijven steeds meer informatie hebben over zowel hun interne activiteiten als externe trends en deze op elkaar afstemmen om zo meer inzichten te vergaren. Van de it-professionals die het datadomein als een belangrijke trend zien, geeft 74 procent aan dat business intelligence een relevante ontwikkeling is.
Tegenwoordig hebben veel organisaties een gecentraliseerd datawarehouse, waarin álle relevante data centraal wordt opgeslagen. Hierin wordt organisatiebreed datakwaliteit en -beschikbaarheid geborgd, waardoor relevante inzichten onttrokken kunnen worden door medewerkers in de organisatie. Data worden hiermee opengesteld, gedeeld en geëxploiteerd om kennis op te doen uit historische data, vaak door middel van dashboards. Besluiten worden gemaakt op basis van feiten in plaats van intuïtie. Deze intelligente manier van werken stelt organisaties in staat een transformatie van reactief naar proactief handelen te realiseren.
Data driven
Data driven gaat over het beslissen en sturen op basis van de juiste data; datagedreven verbeteren. 63 procent van de respondenten die de trend datadomein als belangrijk ondervonden, heeft aangegeven datagedreven verbeteren als een belangrijke trend te zien.
Het meest bekende voorbeeld in de afgelopen tijd is het ‘coronadashboard’. De kengetallen (kpi’s) werden gebruikt om de corona-maatregelen aan te passen. Een dashboard visualiseert de door een organisatie bepaalde kpi’s. Dit geeft inzicht in de belangrijkste doelstellingen van een organisatie. Zo heeft de NS bijvoorbeeld kpi’s voor reizigerstevredenheid, aantal dagelijkse treinreizen en CO2-uitstoot per reizigerskilometer. De grootste uitdaging in het datagedreven verbeteren van organisaties is het meenemen van de volledige organisatie in een cultuur van datagedreven verbeteren en het zorgen voor een eenduidige interpretatie van de kengetallen.
Chief data officer
De waarde van data is al een tijd niet meer te ontkennen. Naast dat de cio en cto in veel organisaties al een functie hebben, hebben veel organisaties de functie van chief data officer (cdo) nu ook in het leven geroepen. De verwachting is dat 75 procent van de grote organisaties in 2021 een functie als cdo binnen haar organisatie heeft. Door de jaren heen zien we een steile leercurve van organisaties op het gebied van data. Wat begon met intern gemeten data, werd opgevolgd door big data. Interne data werd met externe data gecombineerd. Hierdoor groeiden het volume, de variëteit, de snelheid en de waarheidsgetrouwheid van data. Later zijn ook predictive en prescriptive analytics ontwikkeld.
Supply Value ziet een groei in prioriteit die it-professionals aan het datadomein geven, komend van een gemiddelde van 3,4 in 2019 naar 3,8 in 2020 (op een schaal van 1 tot 5). In combinatie met de groeiende heterogeniteit en complexiteit van data zullen organisaties de manier waarop ze hiermee omgaan hoog op de strategische agenda moeten zetten. Het aanstellen van een cdo is hierbij een goede start, maar niet genoeg.
Op orde hebben is basis
Binnen het datadomein zien we het op orde hebben van de basis ook terug als voorname ontwikkeling. Door data governance hoog op de agenda te zetten, voorkomt een organisatie het risico verkeerde inzichten te halen uit de data. Dit zorgt voor een stevig fundament waar datatoepassingen op gebouwd dienen te worden. Data science wordt hierbij gezien als de belangrijkste toepassing en houdt daarmee een kleurrijke toekomst. Doordat de echte inbedding in businessprocessen bij veel organisaties nog in de kinderschoenen staat, is een experimentele aanpak het meest passend. Dit zien we ook terug in het it-developmentproces.
Dat data aanwezig is in de organisatie betekent nog niet dat de organisatie datagedreven is. Ervoor zorgen dat er een cultuur heerst van datagedreven werken vergt tijd, bewustzijn en training en misschien wel een transformatie. ‘Operationeel gezien zullen data engineers nodig zijn om de heterogene databronnen tot één geheel te brengen en de data governance in te richten’, aldus Latour. ‘Een tweede stap is om de gehele organisatie de waarde van data te laten inzien, door medewerkers op te leiden en te trainen. Randvoorwaarde is een duidelijke visie en leiderschap. Alleen dan is een transformatie naar een datagedreven organisatie mogelijk.’