Er is veel interesse in het internet of things (IoT). In de vele gesprekken die ik met klanten en mijn collega’s over het onderwerp voer, herken ik een aantal terugkerende thema’s.
Het IoT helpt met het bouwen van producten die, naarmate de tijd verstrijkt, beter worden. Een goed voorbeeld daarvan is Sonos met zijn slimme speakersysteem. Het bedrijf werd in 2002 opgericht, en bracht zijn verbonden producten in 2006 op de markt. Sindsdien hebben ze al ondersteuning voor meer dan zestig muziekdiensten toegevoegd. Dat is een groot voordeel van verbonden apparaten: een product van tien jaar oud kan dingen doen die tien jaar geleden nog niet bedacht waren. Een eenvoudige software update kan een muziekdienst toevoegen, of een andere functie aan een knop toewijzen.
Deze innovatie stelt Sonos in staat de snelheid waarmee de industrie verandert bij te benen; denk alleen al aan hoe streamingdiensten mainstream zijn geworden, en de manier waarop we muziek vergaren en ernaar luisteren hebben veranderd. Bedrijven kunnen efficiënter opereren en beter plannen, omdat ze meer data en dus meer kennis hebben om hun beslissingen op te baseren.
Afstanden worden kleiner
Verbonden apparaten brengen bedrijven dichter bij hun klanten. Ze geven feedback die een beeld kan geven van hoe klanten het apparaat gebruiken, wat ze goed vinden, en wat niet. Dit doet op meerdere manieren denken aan de Agile-methode die vaak wordt ingezet bij software ontwikkeling: men rolt kleine updates uit naar de productieomgeving zodat ze aan de hand van klantenfeedback kunnen bepalen wat de volgende stap is. Dezelfde Agile-benadering kan, dankzij de feedback van verbonden apparaten, worden gebruikt voor hardware-ontwikkeling. Daardoor kunnen bedrijven hun klanten altijd van de best mogelijke producten voorzien.
Het IoT stelt bedrijven in staat om nieuwe producten te bouwen die voorheen onmogelijk waren. Een goed voorbeeld daarvan is Philips HealthSuite. De medische tak van Philips zocht naar manieren om mensen in staat te stellen meer grip op hun gezondheid te krijgen, middels digitale oplossingen die een gezonde levensstijl en verbeterde zorg mogelijk maken. Ze ontwikkelden daarom Philips Healthsuite, een digitaal platform dat al meer dan zeven miljoen verbonden medische apparaten, sensoren en mobiele apps bevat. Door gebruik te maken van het internet of things was Philips bovendien in staat deze visie snel werkelijkheid te doen worden. Philips kan vanaf de aangesloten apparaten snel data verzamelen, verwerken en actie ondernemen op basis van de resultaten – en dat alles in realtime. Als gevolg daarvan kunnen de producten van Philips, en de zorg die ze bieden, slimmer en beter gepersonaliseerd worden.
Verschillende soorten interfaces
Een ander interessant gevolg van het IoT is de productinterface. Jarenlang waren we gewend aan de zogenoemde ‘gemedieerde’ interface, zoals een keyboard of muis voor een computer, of een afstandsbediening met knoppen voor een televisie. Een paar jaar geleden werd een ‘gesimuleerde’ interface mogelijk door de introductie van touchscreens. Dat stelde nieuwe gebruikers, met name ouderen en kinderen, in staat om tablets en smartphones eenvoudig te bedienen.
Bij verbonden apparaten is de interface ‘direct’: het product ís namelijk de interface. Met meer geraffineerde interfaces, zoals bij stemherkenning, vindt communicatie op een natuurlijke manier plaats. Bij bijvoorbeeld Amazon Echo kunnen gebruikers meerdere diensten gebruiken door tegen het apparaat te praten. Je kunt het nieuws voorgelezen krijgen of een timer zetten, simpelweg door het te vragen.
Echter krijgen we bij Amazon vaak de feedback dat het ontwikkelen en bouwen van IoT-oplossingen veel moeite kost. Apparaten kunnen moeilijk te verbinden en beheren zijn – met name als je apparaten van uiteenlopende merken op je platform toelaat. Verschillende apparaten gebruiken verschillende protocollen en werken niet meteen als je ze uit de doos haalt. Als je te maken hebt met duizenden of zelfs miljoenen apparaten, is de configuratie een belangrijk onderwerp.
Een voorbeeld van een bedrijf dat met deze problemen kampte, is Veniam. Veniam heeft het grootste netwerk van voertuigen ter wereld, met meer dan zeshonderd verbonden apparaten. Veniam zorgt voor realtime data in het ‘Internet of Moving Things’. Ze verzamelen informatie van privé- en publieke transportsystemen en analyseren deze realtime. Traditionele netwerken werken niet goed met bewegende objecten in een enorm gebied. Daarom koos Veniam voor een zogenoemd ‘mesh’-netwerk, een netwerksoort waarbij elke zender data namens de andere zenders kan doorgeven. Veniam gebruikt AWS IoT voor zijn netwerktechnologie die infrastructuur, mensen en apparaten met het internet en elkaar verbindt. Deze technologie helpt bij het bouwen van slimmere steden, verbindt mensen meer met de omgeving waarin ze leven, verbetert de levenskwaliteit en kan in theorie voor sociaaleconomische voordelen zorgen.
Twee werelden komen samen
Bij AWS zien we twee verschillende werelden proberen met elkaar samen te komen: de oude wereld van m2m en telemetrische apparaten die slim proberen te worden aan de ene kant, en de traditionele omgeving van webapplicaties en RESTful-apparaten waar ontwikkelaars gek op zijn aan de andere kant. En dus vragen we onszelf: hoe kunnen we het IoT makkelijker te ontwerpen, implementeren en beheren maken, zodat onze klanten de technologie kunnen inzetten om te bouwen en te innoveren?
De twee belangrijkste aspecten die we aanpakken en simplificeren zijn beveiliging en schaalbaarheid. Beveiliging is belangrijk voor elke IoT-applicatie. Als bijvoorbeeld je thuisapparatuur verbonden is met het internet, wil je zeker weten dat er strikte controle is over wie ermee kan verbinden, en je wil er zeker van zijn dat alle data die je verstuurt versleuteld is.
Schaalbaarheid is een fundamentele karaktereigenschap van iedere it-architectuur. Als de nieuwe dienst die je implementeert succesvol is, moet je wel kunnen schalen en een toenemend aantal gebruikers (en sensoren en apparaten voor het IoT) kunnen ondersteunen, want anders kun je niet aan de vraag voldoen.
Connecting more
Ik zie deze thema’s erg vaak terugkeren in gesprekken met collega’s en klanten. De bereidheid en wil om met het IoT aan de slag te gaan is er: de voordelen zijn groot, en de opties talrijk. Maar we komen nu pas langzaam op gang: ik ben erg benieuwd naar de ontwikkelingen binnen deze thema’s en uiteraard naar de verassende manieren waarop bedrijven het IoT de komende tijd in zullen gaan zetten.