iPhones en iPads krijgen als eerste het nieuwe bestandssysteem dat Apple ontwikkelt voor al zijn apparaten. Het zelfontworpen APFS debuteert op iOS 10.3 waarvan bèta’s al uit zijn.
Apple heeft zichzelf een ambitieus doel gesteld: het ontwikkelen en naadloos doorvoeren van een geheel nieuw bestandssysteem. Het bestaan van dit APFS (Apple File System is in de zomer van afgelopen jaar naar buiten gekomen. Overigens zonder dat Apple hier zelf ruchtbaarheid aan gaf. De aankomende fundamentele vernieuwing is wel belicht in technische sessies op WWDC (Worldwide Developers Conference), de ontwikkelaarsconferentie van de iPhone- en Mac-maker.
Moderne opslag
APFS is specifiek ontworpen voor moderne flash-chip gebaseerde opslaghardware, kan encryptie op diep niveau toepassen en heeft nog andere geavanceerde mogelijkheden. Dit omvat copy-on-write voor metadata, het delen van opslagruimte, het klonen van bestanden en mappen, het aanmaken van snapshots, en meer.
Apple vervangt hiermee HFS+ (Hierarchical File System), dat het lang geleden zelf heeft ontwikkeld voor Macs. ‘HFS+ en zijn voorganger HFS zijn meer dan 30 jaar oud’, merkt Apple zelf op in zijn introductie van APFS voor developers. De plannen voor dit moderne bestandssysteem bestrijken alle compute devices van de hardwareleverancier: reikend van Macs, iPhones en iPads tot aan de Apple tv en Apple Watch.
Versie 10.3 is nabij
De komst van deze nieuwe bestandsondergrond stond vorig jaar nog gepland voor ergens in 2017. Nu blijkt dat dit meer aan het begin van dit jaar zal zijn. De aankomende versie 10.3 van iOS heeft in de vrijgegeven bèta-releases APFS al ingebakken. Dit was al in de eerste bèta die eind januari verscheen. De tweede bèta is begin februari uitgebracht.
Het is nog niet officieel bekend wanneer iOS 10.3 uitkomt. Versie 10.2 is begin december uitgekomen, na een relatief fors aantal van zeven bèta-releases. Installatie van iOS 10.3, die qua nummering een bescheiden upgrade is, voert dan automatisch een upgrade uit van het bestandssysteem. Bestaande data wordt hierbij niet aangetast, hoewel een back-up altijd aan te raden is bij OS-upgrades.
Mac moet wachten
Voor Apple’s computerbesturingssysteem macOS (voorheen OS X genoemd) staat APFS op stapel om bij een toekomstige grote release zijn debuut te maken. Dat betreft dan de definitieve release, want APFS is stilletjes al gekomen met versie 10.12, genaamd Sierra. APFS zit daarin als experimentele feature: een zogeheten Developer Preview die nog beperkte functionaliteit biedt. Zo is booten vanaf een APFS-volume niet mogelijk.
De stap om APFS eerst in te voeren voor iOS lijkt een logische keuze. Door de app-opzet en afscherming van software als Adobe Flash en Oracle Java is iOS een platform dat veel meer door Apple wordt bestierd. Macs hebben altijd al het voordeel gehad van minder hardware- en drivervariatie dan Windows. iPhones en iPads gaan daarin nog een stuk verder.
Belangrijk voor back-ups
Technieuwssite Ars Technica heeft de bèta’s van iOS 10.3 al doorgenomen op de implementatie van APFS. In een technische review is daarbij de krachtige snapshotfunctionaliteit aan de tand gevoeld. Met snapshots is het mogelijk om gemakkelijk en snel dataveranderingen op te slaan en ook te herstellen. Bovendien gebeurt dit dan met relatief weinig opslagruimte. In enterprise-storagesystemen zijn snapshots dan ook een reguliere feature. Op het niveau van clientcomputers en smartphones is het echter een noviteit.