In 2015 behoort een rijksambtenaar overal te kunnen werken, al is het in de achtertuin, met elk willekeurig apparaat en op elk tijdstip. De ambtenaar moet op een veilige manier bij zijn documenten kunnen komen, kunnen communiceren met directe collega's en een hele parafenlijn kunnen aanroepen als dat nodig is. Dat is het toekomstbeeld van Maarten Hillenaar, chief information officer (cio) van het Rijk. Het is een simpel beeld, stelt hij, maar voordat dit werkelijkheid wordt, moet het ict-fundament van de rijksoverheid opnieuw worden gelegd.
Elk departement bij de rijksoverheid heeft nu nog zijn eigen ict-huishouding. Samen met zijn departementale collega's wil Rijks-cio Maarten Hillenaar de versnippering en diversiteit te lijf gaan. Hergebruik, samenwerking en consolidatie zijn daarbij de toverwoorden.
Die aanpak komt voort uit de politieke ambitie van dit kabinet: goed kijken naar de taken van de overheid, efficiënter werken en daarmee forse besparingen realiseren. Het hiervoor opzette uitvoeringsprogramma De Compacte Rijksdienst moet resulteren in een ombuiging van 1,56 miljard euro in 2015 en structureel 1,8 miljard euro op de uitgaven van de rijksoverheid. Dit is een deel van de totale bezuiniging van ruim 6 miljard op de totale overheid. 'Deze opgave leidt tot creatieve oplossingen', stelt Hillenaar vast.
Recycling
In de i-Strategie die u samen met de departementale cio's heeft opgezet speelt hergebruik een belangrijke rol. Wat bedoelt u daarmee?
Maarten Hillenaar: De boodschap aan onze beleidsmakers en automatiseerders luidt: Bedenk geen dingen die we al hebben, maar kijk of er delen uit andere projecten herbruikbaar zijn. Dat geldt ook voor het personeel. Als een team bij departement A een project succesvol heeft afgerond, dan kan dit team dit ook bij departement B of C. Hiervoor hebben we een eigen i-Interimpool opgezet om de inzet van specialisten centraal te kunnen regelen. Door dingen te delen spaar je ook op de kosten.
Een voorbeeld: de Dienst Justitiële Instelling (DJI) moet na een mislukt vernieuwingstraject nog altijd zijn primaire systemen vervangen. Mag DJI dit opnieuw aanbesteden?
DJI moet in eerste instantie onderzoeken of er elders binnen de rijksoverheid software wordt ingezet die, met aanpassingen, gebruikt kan worden. Om zoiets mogelijk te maken willen we de afspraken met leveranciers over het intellectueel eigendom aanpassen. Dat eigendom ligt nu vaak geheel bij de producenten. Daarmee bevorder je de onderlinge samenwerking niet.
Kijk, investeren in ict blijft nodig, of het nu gaat om nieuwe software, koelingsystemen of opslagtechnieken. Maar een aanschafplan zal wel in lijn moeten liggen met het idee van de compacte rijksoverheid. Moet een departement per se een nieuw pakket, dan wordt er ook gekeken of het haalbaar is om het bij andere ministeries in te zetten.
Eén ka-bedrijf
Naast recycling staat in uw aanpak de interdepartementale samenwerking centraal. Er komt bijvoorbeeld één shared service center voor werkplekbeheer. Betekent dit het opheffen van de beheerafdelingen bij andere ministeries?
Nee. Het SSO-ICT van het ministerie van Infrastructuur & Milieu bouwen we uit tot het ka-bedrijf voor de kerndepartementen in Den Haag, niet voor heel Nederland. Vanuit diverse ministeries zullen onderdelen hiermee worden samengevoegd. Dit shared service center beheert nu ook al de kantoorautomatisering voor Sociale Zaken & Werkgelegenheid en Volksgezond, Welzijn & Sport.
Er zullen echter ook departementen zijn, of onderdelen ervan, die het beheer zelf willen blijven doen of die het uitbesteden. Maar dat kan voortaan alleen op basis van de door ons vastgestelde specificaties voor de Digitale Werkomgeving Rijksdienst, de DWR.
Uitbesteding kan dus ook?
Ja. Neem het Openbaar Ministerie: dat heeft begin dit jaar het beheer uitbesteed aan Atos Origin, op grond van die DWR-specificaties. Dat het SSO-ICT een centrale rol krijgt, wil nog niet zeggen dat alles staat voorgeschreven. Ik kan me voorstellen dat er op basis van de specificaties van de DWR zelfs concurrentie ontstaat: dat een ict-organisatie samen met een leverancier optrekt en uitvoeringsorganisaties werkplekdiensten aanbiedt.
Bio
Maarten Hillenaar (1958) heeft ruim 25 jaar ervaring met vraagstukken op het gebied van strategievorming, innovatie en verandering gekoppeld aan de inzet van ict. Hij werd op 1 januari 2009 benoemd tot directeur Informatiseringsbeleid Rijk bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Daarvoor werkte hij Het Expertise Centrum, PinkRoccade en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Rijks-cio Hillenaar trad in juni 2010 toe tot de raad van commissarissen bij voetbalclub AZ. Hij is nog steeds actief als voetballer én jeugdtrainer.
Consolidatie rekencentra
Een ander plan is het terugdringen van de 64 rekencentra, die het Rijk in gebruik heeft, naar vier à vijf. Vanwaar deze drastische aanpak?
Die datacentra variëren nu van heel groot tot niveau bezemkast. Wij willen naar een beperkt aantal moderne, energiezuinige locaties toe. Met deze consolidatie kunnen we geld besparen, technologische innovaties doorvoeren en onze slagkracht vergroten.
Het uitwerken van dit plan doen we samen met de markt. Een datacenter bouwen of herinrichten is niet iets dat een rijksoverheid zelf hoeft te doen. Praat je daarentegen over het rationaliseren van applicaties, dan moeten we daar intensief bovenop zitten. Onze eerst testcase wordt de verhuizing van de ministeries van Veiligheid & Justitie en Binnenlandse Zaken & Koninkrijksrelaties in 2013 naar een nieuwbouwcomplex. Daarvoor moet ook rekencentrumcapaciteit beschikbaar komen.
Klopt het dat die vier of vijf rekencentra de basis vormen voor het gebruik van cloud computing binnen de rijksoverheid?
Ja, het gaat dan om het aanbieden van cloudtechnologie in een gesloten omgeving. Zo'n overheidscloud zal de carrier worden om een virtuele markt te creëren voor hergebruik binnen het Rijk. Ook kan de Digitale Werkomgeving Rijksdienst er in worden ondergebracht. Maar we moeten eerst nog wel vaststellen wat onze beperkingen zijn. Bepaalde Nederlandse gegevens mogen bijvoorbeeld volgens regelgeving alleen in Nederland worden opgeslagen en niet in een buitenlandse cloud. We kunnen ons geen gebrek aan zorgvuldigheid veroorloven. Wat dat betreft heeft Defensie met het zwaar beveiligde gesloten communicatienetwerk Nafin en de fysiek beveiligde locaties interessante opties in huis.
Criticasters
Sommige critici vinden dat uw plannen aan interne politieke strubbelingen ten onder zullen gaan. Ministeries werken nu eenmaal niet graag met elkaar samen.
Ik ga niet uitspreken dat we het in 2015 allemaal voor elkaar hebben. Maar ik geloof er wel in dat we de Rijks-ict zo kunnen organiseren zoals je dat van een overheid mag verwachten. Dat doen we op een verantwoorde, stapsgewijze manier. Alles in één keer aanpakken en het hele ict-landschap op de schop gooien is een heilloze weg. We zullen sommige antwoorden ook nog in de praktijk moeten vinden. Bijvoorbeeld: wil je als Rijk straks een groot financieel systeem hebben, of misschien toch twee, waardoor je minder afhankelijk bent van één leverancier en het voor de markt ook nog interessant blijft?
Prima voornemens. Inclusief het realistisch inschatten dat niet alle doelen in een keer bereikt zullen gaan worden. Overigens niet vreemd dat er kritische reacties zijn gelet op eerdere overheids ICT-missers. Maar kansen zijn er zeker, want de slogan werkt ook andersom: “Behaalde resultaten uit het verleden bieden geen garantie voor de toekomst”
Niets nieuws onder de zon: hergebruik, samenwerking en consolidatie wordt al sinds NORA 2.0 (2007) gepredikt. Waarschijnlijk verschijnt Hillenaar volgende week weer met een ‘nieuwe’ kreet in de AutomatiseringsGids of Computable, die je feitelijk kan terugvinden in NORA. En dat is mooi. Wordt NORA ook echt geëffectueerd!