KPN heeft sinds een klein jaar in Eindhoven een Tier IV-datacenter operationeel; de eerste in Nederland. Tier IV is wereldwijd de hoogst haalbare norm voor datacenters in dit classificatiesysteem van het Uptime Institute. Lange tijd ging het verhaal dat deze norm niet haalbaar was voor Nederland. Een mythe, aldus het Amerikaanse advies- en auditbedrijf dat de Tier-certificaties voor datacenters toekent.
Het Uptime Institute heeft een Tier-classificatiesysteem opgezet dat de mate van redundantie van een datacenter bepaalt. Hoe hoger de classificatie, hoe beter de continuïteit en beschikbaarheid. Het datacenter van KPN in Eindhoven heeft als eerste, en tot nog toe enige, Nederlandse datacenter een Tier IV-stempel gehaald.
Volgens KPN krijgen klanten in Eindhoven met Tier IV de hoogst haalbare garantie dat de stroomvoorziening van hun servers door de redundante opzet niet wegvalt. Dat betekent grote zekerheid van de continuïteit van bedrijfsprocessen voor die klanten. Zij kunnen hun eigen servers in het datacenter van KPN plaatsen, die deze dan voorziet van stroom, koeling en een onderkomen in een veilig pand.
Misverstand
Volgens het Uptime Institute betekent Tier III dat een datacenter gelijktijdig onderhoudbaar is: elk onderdeel van de kritische infrastructuur en de distributiepaden voor stroom en koeling kan worden weggehaald voor gepland onderhoud, reparatie of vervanging zonder dat dit de operationele processen van een datacenter verstoord.
Tier IV gaat een stap verder en eist dat alle onderdelen van Tier III ‘fault tolerant’ zijn. Dit betekent dat zelfs in het geval van plotselinge gebeurtenissen en incidenten het datacenter onverstoorbaar blijft draaien (inclusief volledige automatisering, continue koeling en compartimentalisatie van alle infrastructuur- en distributiepaden).
In Nederland heerst in de datacenterwereld echter de opvatting dat een Tier IV-certificering in ons land niet mogelijk is omdat die is opgebouwd conform Amerikaanse maatstaven. De classificatie zou namelijk twee onafhankelijke paden én leveranciers voor stroom vereisen. In de VS zijn er meerdere netwerken maar in Nederland ligt er maar één stroomvoorzienings-net (Tennet) en daardoor zou Tier III hier de hoogst haalbare classificatie zijn.
‘Pertinent onjuist’, zegt Philip Collerton, algemeen directeur Uptime Institute Emea. ‘Zo’n dubbel uitgevoerde stroomvoorziening is geen eis die wij stellen. Sterker nog, het is mogelijk om een Tier IV-certificering te krijgen voor een datacenter dat alleen op generatorkracht draait.’
‘En’, vervolgt Collerton, ‘nu we deze misvatting te pakken hebben, er bestaan meer mythes over onze certificeringen. Zo wordt er geroepen dat onze Tier’s Amerikaans gericht zijn. Dat klopt niet: Uptime Institute heeft inmiddels ruim zevenhonderd datacenters over de hele wereld gecertificeerd. Ook gaat het verhaal rond dat datacenters over een verhoogde vloer moeten beschikken om voor een certificering in aanmerking te komen. Ook niet waar. En afgeleide certificeringen als Tier III+ en Tier 3.5 zijn geen valide concepten. Wij hanteren ze niet.’
Vier niveaus
Het classificatiesysteem van het Uptime Institute kent vier niveaus: Tier I (Basis capacity), Tier II (Redundancy of major components), Tier III (Concurrently maintainable) en Tier IV (Fault tolerant). Elke tier (laag) bouwt voort op de vorige laag; Tier IV bevat alle onderdelen van Tier I, II en III plus een aantal additionele eisen. Volgens Collerton is het niet zo dat elk datacenter moet streven naar het hoogste niveau. Uitgangspunt zijn de zakelijke doeleinden van een datacenter; richt die zich op een klantengroep die niet per se de allerhoogste vorm van redundantie nodig heeft of eist, dan voldoet een lager Tier-certificaat.
‘Een hogere Tier-graad betekent ook dat er meer investeringen nodig zijn in het ontwerp, de bouw en de operationele gang van zaken van het datacenter’, zegt de Emea-directeur van het Uptime Institute. ‘Maar het is niet automatisch zo dat Tier IV het beste niveau is. Het is zeker de meest weerbare vorm van een datacenter en daardoor vooral bedoeld voor bedrijven en instellingen die zich geen uitval kunnen permitteren en er zeker van willen zijn dat een eventuele storing kan worden opgevangen. Denk aan financiële instituties en telco’s.’
Geen wassen neus
De Emea-topman van het Uptime Institute verwacht de komende tijd in Europa, en in het bijzonder in Nederland, meer Tier IV-certificaten te mogen uitdelen. Hij ziet een toenemende vraag van klanten naar een onafhankelijke partij die verifieert of zij wel met de juiste datacenterdienstverlener in zee gaan om hun bedrijfskritische infrastructuuromgeving bij onder te brengen. ‘Een rigoureus certificeringsproces kan aantonen dat zo’n partij zijn datacenter heeft ontworpen en gebouwd en operationeel laat draaien volgens bestaande standaarden. Tier IV betekent dan ook nog eens dat het datacenter in staat is onverwachte storingen op te vangen.’ Hij benadrukt dat een audittraject geen wassen neus is. Het komt regelmatig voor dat een datacenter geen certificaat krijgt. Bovendien moeten bedrijven vaak allerlei veranderingen doorvoeren eer zij het getuigschrift overhandigd krijgen.
Zo’n Tier-certificatietraject kent een paar stappen. De eerste stap is de ‘Tier Certification of Design Documentation’ (TCDD). Hierbij beoordelen adviseurs van het Uptime Institute het technisch ontwerp van het datacenter. Is het TCDD-stempel verkregen dan volgt de volgende stap, waarbij wordt nagegaan of de uiteindelijk neergezette constructie voldoet aan het eerder goedgekeurde ontwerp. Twee consultants van het instituut zijn dan maximaal vijf dagen op de locatie om deze te inspecteren en delen bij goedkeuring de ‘Tier Certification of Constructed Facility’ (TCCF) uit.
Menselijke fouten
De derde en laatste stap, die met name op gaat voor Tier III en Tier IV, is de ‘Tier Certification of Operational Sustainability’ (TCOS). Hierbij nemen twee Uptime Institute-adviseurs in twee of drie dagen de operationele processen en procedures onder de loep en vergelijken die met een aantal ‘best practices’ uit de industrie. Zo’n beoordeling volgt meestal zes maanden nadat een datacenter van start is gegaan, al kan het instituut al in eerdere fase adviezen geven over de inrichting van de processen en procedures.
Volgens Europees directeur Collerton van het Uptime Institute is een TCOS-toekenning een belangrijke stap, omdat dit betekent dat het risico op individuele fouten is geminimaliseerd. ‘De meerderheid van problemen in een datacenter blijkt te ontstaan door menselijke fouten. Waarom miljoenen uitgeven aan een mooie locatie als er geen focus is op hoe het daarna moet worden bestuurd en beheerd?’
Dun gezaaid
De Nederlandse datacentermarkt is dun gezaaid als het gaat om Tier-gecertificeerde datacenters. De kosten van een audit-traject zijn hoog. Veel lokale partijen kiezen voor een ISO27001-certificering, een graadmeter die aangeeft dat in ieder geval de beveiliging op orde is. Maar er zijn ook andere keurmerken. Zo koos Data Center Arnhem ervoor een SOC 2-certificaat binnen te halen. SOC staat voor ‘Service Operational Control’ en is een interne controlestandaard die uit de financiële wereld komt. Een SOC 2-keurmerk geeft naast informatie over de beveiliging ook informatie over de beschikbaarheid van diensten aan de hand van ‘key performance indicators’. Sommige internationaal opererende datacenterbedrijven kiezen er bovendien voor om slechts een beperkt aantal datacenters van een Tier-keurmerk te voorzien. Die dienen dan als blauwdruk voor de overige locaties in andere landen.
In Nederland beschikt alleen KPN over Tier-aktes. Het ict-concern telt er twee: een Tier III-datacenter in Amsterdam (TCDD) en het Tier IV-datacenter in Eindhoven (TCDD/TCCF). ‘De reden dat KPN een Tier IV-audittraject startte is dat de business van het bedrijf ook om een ‘fault tolerant’-datacenter vroeg dat bestendig is tegen onverwachte gebeurtenissen, zoals een grote elektronische boardstoring of een falend koelsysteem’, zegt Collerton. Hij verwacht dat KPN de laatste TCOS-stap ook nog zet.
Opvallend is verder dat in de belangrijkste datacenterhubs in Europa – Amsterdam, Frankfurt, Londen en Parijs – geen enkel Tier IV-datacenter staat. Volgens Collerton zitten er wel projecten in de pijplijn maar is in deze hubs doorgaans een Tier III-niveau voldoende voor de colocatie-bedrijven die hier zijn gehuisvest. Of het Uptime Institute ooit nog een Tier V-stap invoert, lijkt hem sterk. Hij ziet geen toegevoegde waarde aan de ‘fault tolerant’-eis van Tier IV.
Goede sier
Wel merkt hij een groeiende vraag naar het zogeheten Management & Operations-keurmerk. Bedrijven die hun ict-infrastructuur uitbesteden, willen weten of de prestaties van de partij die dit werk op zich neemt, wel overeenkomen met de industriestandaard. Recente toekenningen van dit diploma zijn voor ING in Nederland, Dubai International Financial Centre en Centurylink.
De Tier-classificatie van het Uptime Institute is een begrip geworden in de datacenterwereld. Veel partijen spiegelen zich daaraan, maar Collerton waarschuwt wel voor partijen die schermen met een Tier-certificaat maar zich nooit voor een audit bij het Uptime Institute hebben gemeld. Recent nog stuurde Switch Datacenters een persbericht uit waarin het Amsterdamse bedrijf claimde dat zijn datacenter een Tier IV-upgrade had gerealiseerd. Collerton wist van niets. ‘Dat bedrijf is bij ons niet bekend. Als een datacenter niet op onze lijst op de website staat, dan is het niet door het Uptime Institute beoordeeld. Er zijn helaas genoeg bedrijven die ten onrechte een Tier-certificaat claimen. Zodra we dat merken, maken we er werk van.’
Switch Datacenters wijst er op dat aan een traject van het Uptime Institute echter een prijskaartje hangt van een paar honderdduizend euro door allerlei randzaken die volgens het bedrijf niet nodig zijn of al geregeld zijn met aannemers. Het bedrijf heeft een alternatief gevonden door een upgrade te laten uitvoeren ‘conform de Tier IV-specificaties’. Hiervoor is gebruikgemaakt van door het Uptime Institute geaccrediteerde engineers en ontwerpspecialisten van partner Schneider Electric. Daarnaast is het onofficiële Tier IV-auditrapport getoetst aan een aantal andere belangrijke principes die gesteld zijn in onder andere de TIA 942 standaard (de tegenhanger van het Uptime Institute).
Volgens Switch Datacenters volgen veel datacenters een soortgelijk traject. Zij kiezen bewust niet voor een Uptime Institute-certificering maar nemen wel de eisen in acht tijdens het ontwerptraject.
Dit artikel is ook verschenen in Computable Magazine, jaargang 49, nummer 5, mei 2016.
Computable-seminar ‘Data Driven Future’
Wilt u het Computable-seminar ‘Data Driven Future’, dat op 19 mei plaatsvindt in de Jaarbeurs Utrecht, bijwonen? Kijk voor het aanvragen van tickets op ComputableSeminars.nl. Na controle van de gegevens ontvangt de persoon binnen maximaal drie werkdagen een ticket als gratis toegangsbewijs. Een ticket aanvragen is mogelijk tot en met 18 mei 2016.
Personen die niet vallen onder de doelgroep van cio’s, ict-managers en senior specialisten van de grotere publieke en zakelijke organisaties en dienstverleners die betrokken zijn bij het ict-inkooptraject, kunnen ook bij het seminar aanwezig zijn. Via www.computableseminars.nl kunnen ook tickets worden gekocht.
Als je de enige bent, ben je automatisch ook de eerste…….
Dus of het nu zo nieuwswaardig is…
Proficiat aan KPN en een goede zaak voor de continuiteit in NL. In BE was dit alle enige tijd mogelijk!
Complimenten aan KPN voor deze mooie stap. Meer dan terecht dat Computable hier aandacht aan besteed.