Het ict-onderwijs in zijn huidige vorm sluit niet meer aan bij de wensen van de markt. Hogescholen en universiteiten moeten dan ook andere leermodellen gaan inzetten om beter in te kunnen spelen op de veranderende vraag in de Nederlandse ict-markt. Dit is één van de conclusies die werd getrokken tijdens een rondetafeldiscussie die werd georganiseerd door Fontys Hogeschool ICT en Computable.
Aan de rondetafeldiscussie deden vertegenwoordigers mee van Fontys Hogeschool ICT, ICT~Office, SNS Reaal, TomTom en Sligro Food Group. De laatste drie bedrijven zijn Partners in Education van Fontys Hogeschool en werken op een andere manier met de onderwijsinstelling samen dan bij andere hogescholen gebeurt.
Partners in Education
Kenmerkend voor het ict-onderwijs binnen Fontys is dat dit actueel, betekenisvol en zichtbaar op de toekomstgericht is. Ieder onderwijsblok van tien weken heeft minimaal één Partner in Education. Dit is een bedrijf dat garant staat voor de actualiteit en toekomstgerichtheid van dat onderwijsblok. Het onderwijsconcept is extreem en sterk ontwikkelingsgericht, gebaseerd op de continu vernieuwende en innoverende ict-wereld. Doel is om in interactie met bedrijven een top-leeromgeving voor studenten te ontwikkelen, ieder jaar opnieuw. Fontys selecteert partners op basis van de actuele beroepscontext waarvan studenten optimaal leren. Deze wijze van onderwijs aanbieden heeft recentelijk tot een accreditatie geleid door de Nederlands-Vlaamse AccreditatieOrganisatie (NVAO) en het door deze organisatie verstrekte keurmerk van bijzondere kwaliteit.
'De kracht van het systeem zit in het lokaal en regionaal samenwerken', zegt Bernd Tasselaar, operationeel directeur bij ICT~Office. 'Men moet zo dicht mogelijk bij de mensen komen. Het model is zo sterk doordat iedereen elkaar kent. Ik hoop dat andere regio's dit ook gaan oppakken. De kracht zit hem in de regio.' Alexander Baas, managing director IT Infrastructure & Operations bij SNS Reaal, vindt dat dan wel best practices nationaal gedeeld moeten worden. 'Zodoende gaat de kwaliteit omhoog. Door dit model heeft Fontys zijn instroom op de ict-arbeidsmarkt van 450 naar 750 weten te verhogen. Daarnaast is de kwaliteit van de afgestudeerden omhoog gegaan. Nu moeten we deze resultaten nog in heel Nederland voor elkaar gaan krijgen.' Ad Vissers, directeur Fontys Hogeschool ICT, vult aan: 'Ook is er minder uitval van studenten. We hebben het aantal studenten dat de ict-opleiding blijft volgen van ruim 50 procent naar bijna 70 procent weten te verhogen.
Meer goed opgeleide ict’ers
'In 2006 hebben we bij Fontys ICT vier aandachtspunten bepaald', zegt Ad Vissers. 'Dit zijn niveau en imago verbeteren, de zichtbaarheid van de bedrijfsleven in het curriculum vergroten, opleiding aantrekkelijker maken en verhogen van het slagingspercentage. Nederland heeft gewoon meer goed opgeleide ict'ers nodig. Dat is geen hogeschoolprobleem, maar een ketenprobleem. Daar spreken wij bedrijven op aan: zij die betrokkenheid tonen bij het realiseren van beter onderwijs voor meer studenten, hebben bij ons een betere toegang tot studenten en afgestudeerden. Deze samenwerking verankeren wij in een niet vrijblijvend en formeel partnership met doelstellingen. Zo word je Partner in Education.'
Fontys is daarom de nieuwe manier van opleiden gestart. Vissers: 'Elke tien weken kan een bedrijf een blok adopteren. Zij doen dan actief mee in het onderwijs en komen zodoende in contact met studenten. Momenteel doen er veertig tot vijftig bedrijven mee. Deze manier van onderwijzen straalt vertrouwen uit. Student, school en marktpartij zorgen gezamenlijk voor de scholing op ict-vlak, waarbij het bedrijf de expert voor de student is. Door alle ontwikkelingen in de ict-markt is het soms moeilijk om onderwijs te bieden dat aansluit bij de actualiteit. Soms worden we daarom geconfronteerd met witte vlekken die razendsnel ontstaan, waarvoor we dan een bedrijf zoeken om in het lesprogramma invulling aan te geven.'
Nadenken over lesstof
'Binnen het nieuwe lesprogramma gaat het om de samenwerking met bedrijven', vult Carlo van de Weijer, vice president Traffic Solution bij TomTom aan. 'Deze manier van lesgeven gaat heel snel. Je moet alleen wel goed nadenken hoe je de lessen en de lesstof gaat doen.'
Ad Vissers heeft daar wel een idee bij. 'We geven opdrachten aan studenten wat ze over tien weken moeten kunnen. Zij formuleren dan specifieke vragen die ze bedrijven laten beantwoorden. Het doel is om studenten nieuwsgierig te laten zijn. In het tweede jaar moeten ze zich in een nieuw ict-gebied specialiseren. Dit kan bijvoorbeeld in ‘smart mobile' of ‘forensic it'. Docenten weten ook weinig van dergelijke nieuwe it-gebieden en zij moeten samen met studenten kennis gaan creëren en delen.'
Goede studenten afleveren
'Het gaat erom dat je de innovatie kan bijhouden en uitbreiden', zegt Alexander Baas. 'Dan gaat het ook om de docenten. Het is als bedrijf dus zaak dat je een goede relatie opbouwt. We voeren dan ook binnen SNS Reaal elk jaar een gesprek met wat voor baanbrekende ict-zaken we bezig zijn en proberen dat aan te sluiten bij Fontys. Het businesscanvas gebruiken we voor de hogeschool om als cursus te geven. Ook werken we praktische cases uit, waar wij zelf ook weer van leren. Uiteindelijk gaat het erom dat het onderwijs goede studenten aflevert.'
'Andere hogescholen gaan op dit vlak langzamer omdat ze beleidsmatiger werken', zegt Bernd Tasselaar. 'In het model van Fontys zit je er als student direct in. Vaak kunnen vragen niet direct beantwoord worden en dan kan een bedrijf worden ingeschakeld. Alles draait om het helpen van elkaar.' Alexander Baas: 'Docenten moeten ook naar buiten toe en ze moeten het waar maken.'
De actualiteit leren
Volgens Lucienne Wijgergangs, coördinator Partners in Educations bij Fontys Hogeschool ICT, hebben ervaren docenten die al langer uit het bedrijfsleven weg zijn, hier iets meer moeite mee. 'Het pakketje van vorig jaar kun je niet opnieuw pakken.' 'Docenten kunnen zich niet verstoppen', vult Maurice van Veghel, ict-directeur bij Sligro Food Group, aan. ‘Wij doen voor Fontys-studenten een supply chain-dag. In deze constructie zijn studenten in de lead. Het resultaat is heel tastbaar en de aanpak is zeer direct.' Wijgergangs: 'Feitelijk leren we studenten de actualiteit.'
'Een kleine nuance is wel op z'n plaats', meent Ad Vissers. 'Voor 2006 leerden de docenten uit de boeken. Nu moeten ze naar buiten toe. De docent was heer en meester, maar dat is nu niet meer. Nu bepaalt het bedrijf iets. Docenten moeten nu durven zeggen dat ze iets niet weten.'
Samenwerken vanuit modellen
'Eigenlijk is het een heel ecosysteem waarin het draait om het samenwerken aan de toekomst', zegt Bernd Tasselaar. 'Vroeger was de theorie vaak goed, maar waren de vaardigheden minder. Tegenwoordig kan je niet meer lang wachten met zaken als security of privacy. Deze manier van onderwijzen is meer een soort community die samenwerkt vanuit modellen. De kracht van het systeem is er voor zowel student en docent als voor het bedrijf.'
Carlo van de Weijer meent dat de beste mensen altijd een goede basis hebben. 'Zo doen programmeurs van vroeger het nu ook goed op Android. Ze snappen de manier van programmeren. Vroeger had je elke vijf jaar een nieuwe ontwikkeltaal, tegenwoordig is dat elke twee jaar. We zijn nu al met de volgende taal bezig. Docenten moeten ook hierin meegaan.'
Meer afgestudeerden
Voor een student is het nieuwe ict-onderwijs van Fontys interessant omdat hbo gecombineerd wordt met nieuwe ontwikkelingen in de ict. Daarnaast heeft een bedrijf tien weken een podium om zich bij studenten te profileren. 'Dit is een zogezegde win-win-win-situatie', vindt Maurice van Veghel. 'Een echt goed voorbeeld waar de winst aan drie kanten zit: Fontys, student en bedrijf.' Bernd Tasselaar vraagt zich hardop af of Fontys-studenten in het nieuwe systeem meer competenties hebben. Alexander Baas heeft antwoord. 'De inzet van deze manier van onderwijzen is het afleveren van meer afgestudeerden. Dat is bij Fontys geweldig geslaagd met een verdubbeling. Daar zat het bedrijfsleven op te wachten.'
'In 2011 is de eerste groep afgestudeerden op de arbeidsmarkt terecht gekomen', licht Ad Vissers verder toe. 'De bewijslast dat je bij deze manier van onderwijzen toekomstvastere professionals opleidt, is daarmee (nog) dun, dat zullen de komende jaren uitwijzen. Studenten moeten vooral hun eigen leervermogen laten zien.' Alexander Baas: 'Toch is dit volgens mij de toekomst van de ict in Nederland.' Bernd Tasselaar is het hier mee eens. 'Het gaat om de manier, om de denkwijze. In deze manier van onderwijs wordt de theoretische fase korter gemaakt zodat er meer ruimte is voor de praktijk. Dat zouden meer scholen moeten doen.'
Scholen helpen
Volgens Carlo van de Weijer is de steekproef nu nog te klein om te kunnen spreken van een succes. 'Op de lange termijn zijn gewoon meer afgestudeerden nodig. Daarom moet de industrie het onderwijs helpen. Dat vinden wij bij TomTom ook leuk om te doen.' Maurice van Veghel vult aan: 'Het blijft een groter goed om onderwijsinstellingen te helpen, dat is goed voor de bv Nederland.' Van de Weijer: 'Wij doen bijvoorbeeld op een heel andere manier marketing dan een hogeschool. Wij kunnen scholen bijvoorbeeld helpen om professioneler te zijn.'
'Als brancheorganisatie kijken wij hoe deze manier van onderwijzen zich ontwikkelt', zegt Bernd Tasselaar. 'Feit is dat het tekort aan ict'ers oploopt en dat we meer Nederlandse studenten moeten vinden.' Carlo van de Weijer meent dat het niet alleen een Nederlands tekort is, maar een wereldwijd tekort. 'Uiteraard zoeken wij naar Nederlandse afgestudeerden, maar bij TomTom staan wij ook open voor afgestudeerden uit andere landen.' Maurice van Veghel kan zich hier absoluut niet in vinden. 'Wij niet! Wij zoeken bij Sligro specifiek naar Nederlands talent.'
Westerse flexibiliteit
'Wij zien als SNS Reaal ook de tekorten en maken daarom ook gebruik van ons kantoor in India', gaat Alexander Baas verder. 'Ict moet onderscheidend zijn, afgestudeerden in Nederland hebben een veel grotere toegevoegde waarde. Het gaat namelijk om het opleidingssysteem. Je moet ook mensen dichtbij hebben en buitenlanders moeten de westerse flexibiliteit hebben. India is veel meer taakgericht, ze denken niet mee in andere disciplines.'
Bernd Tasselaar herkent dat. 'In Nederland is het heel belangrijk dat je als bedrijf dicht bij je klant staat. Daarnaast moet je ook de sectoren kennen.' Baas: 'Je moet niet alleen goed zijn in je vakgebied, je moet ook verstand hebben van de sector. Daarnaast moet je kunnen en willen meedenken en meewerken met de business. Je kunt ook in Nederland buitenlanders opleiden. Als SNS Reaal willen we hier ook best aan meewerken.' Lucienne Wijgergangs ziet op dat vlak wel wat problemen opdoemen. 'Buitenlandse studenten willen ander onderwijs en communiceren anders met docenten.' Haar collega Ad Vissers vult aan. 'De aanwezigheid van driehonderd studenten uit het buitenland in onze hogeschool is erg waardevol. Wij willen onze studenten 'globale en internationale' competenties laten verwerven. Dat werkt niet als een Brabantse docent 'good morning' tegen een Brabantse student zegt. Daar heb je echte studenten van andere culturen voor nodig.'
Ict aansluiten op business
Maurice van Veghel laat het liefste ict aansluiten bij de business. 'Ik weet niet of je dat kan leren.' Ad Vissers denkt van wel. 'Bij Fontys sturen we hier wel op. Wij proberen in de context te onderwijzen. Daarom zit er ook een opdrachtgever achter. Ict sec is kansloos, dat leren we ze.' Alexander Baas blikt even terug. 'Tien jaar geleden zaten we op de drempel dat afgestudeerden alleen maar vakmensen waren. Daarna moesten we meer aan de sociale vaardigheden werken. Dat is nu weer wat gekanteld. Tegenwoordig moet je goede vakmensen afleveren met heel veel praktijkervaring. Door samen te werken met het bedrijfsleven kom je dat steeds meer onder de huidige afgestudeerde ict'ers tegen.'
'In de combinatie van vakkennis en praktijkervaring ligt de kracht van de partner', vindt Maurice van Veghel. 'Daarnaast is het nieuwe onderwijs ook veel leuker. Wat je met ict doet, moet je laten zien. Tegenwoordig zit ict overal in.' Volgens Bernd Tasselaar zien de hoogste managers ict toch vooral als strategisch middel. 'Wij leiden ict-professionals op die de juiste vragen stellen. Mislukte ict-projecten gaan vaak al in de basis fout. Daar ligt een taak voor het onderwijs. Zij kunnen in de basis zorgen dat de juiste competenties erin zitten.' Carlo van de Weijer vindt dat de huidige studenten innovatie moeten kunnen halen uit verschillende competenties. 'Ik noem dat altijd de punaisepersoon: ze kunnen de diepte in, maar zijn breed opgeleid. Ze kunnen breder kijken dan hun eigen specialisme. Daarin moeten ze ook flexibiliteit van docenten eisen.'
Toegesneden bedrijfprogramma’s
'Je moet mensen op ict-vlak wel goed opgeleid houden', vindt Maurice van Veghel. 'Dat is soms moeilijk bij een bedrijf waar ict geen core is. Maar ict'ers moet je bij blijven spijkeren en dat doen sommige bedrijven niet. Eigenlijk zoek ik naar een soort apk-keuring van de kennis van vandaag.' Bernd Tasselaar meent dat dan op een andere manier naar het ict-onderwijs gekeken moet worden. 'Tegenwoordig stopt de kennisontwikkeling na het afronden van de opleiding. Daar is een enorme markt voor hbo-scholen. Zij zouden op bedrijf toegesneden programma's moeten aanbieden.' Ad Vissers ziet inderdaad de vraag naar het blijven professionaliseren van mensen. ‘Eigenlijk zouden mensen 5 procent van hun tijd moeten besteden aan kennisuitbreiding. We gaan dergelijke bedrijfsprogramma's samen met partners doen. Fontys gaat bedrijfsgesneden opleiden.'
'Door ons partnerschap met Fontys krijgen wij bij SNS Reaal meer mensen over de vloer', vervolgt Alexander Baas. 'De oudere medewerkers spiegelen zich hieraan waardoor ze zich willen verbeteren. Binnen een project moet je aan kennisoverdracht doen. Hierbij wordt je geconfronteerd met je eigen kennis. Dit zet aan tot bijscholing.' Bernd Tasselaar: 'Op deze manier krijg je een vliegwiel op gang. Als je vanuit de vraagkant redeneert, dan krijg je een kritische blik op jezelf. Dat is de sterkte van het model van Fontys.'
Bijscholing
Maurice van Veghel vindt de grootste uitdaging om een ict'er te bewegen om zich bij te scholen. 'Dat is bijna net zo'n grote uitdaging om het tekort van de toekomst op te lossen.' Ad Vissers vult aan: 'De huidige groep ict'ers komt uit de tijd dat spieken verboden was. Tegenwoordig draait alles juist om hergebruik.' 'En het bedrijfsleven heeft hier belang bij', vervolgt Bernd Tasselaar.
Om op nieuwe ontwikkelingen in te spelen, lijkt een toekomstvisie van een hogeschool op z'n plaats. Carlo van de Weijer is het hier niet mee eens. 'Het is niet nodig om een toekomstvisie te ontwikkelingen om in te spelen op nieuwe ontwikkelingen. We weten toch niet precies wat er gaat komen en dus zit je standaard fout. Belangrijker is dat mensen flexibel zijn en over slagvaardigheid beschikken.' Maurice van Veghel vindt de praktijk belangrijker dan de toekomst en Bernd Tasselaar meent dat je moet kunnen omgaan met onzekerheid. 'Wel moet je een visie hebben hoe je alles in je curriculum gaat meenemen. Juridische aspecten, privacy, security, et cetera. zijn in te regelen.' Alexander Baas ziet dat hogescholen nog steeds met specifieke opleidingen zitten. 'Je kunt geen vakken opnemen, je moet je onderwijsmodel kunnen aanpassen.'
Uitstervend onderwijsmodel
Bij Fontys hebben ze het recht om de ict-opleiding aan te passen. Ad Vissers: 'Achteraf moeten wij laten zien dat het iets oplevert. Neem bijvoorbeeld app-technologie. Wij laten studenten nu hierop afstuderen met de nieuwste technologieën.' Bernd Tasselaar vindt dat iedere hogeschool dit moet kunnen. Ad Vissers weet dat de Hanze Hogeschool, Windesheim en Hogeschool Zeeland overwegen het onderwijsconcept van Fontys over te nemen. Alexander Baas: 'Wel moet dan de kwaliteitsborging vooraf goed zijn.' Ad Vissers legt op zijn beurt weer uit dat de indicatoren en kwaliteit goed moeten zijn. 'Dat is iets dat nu achteraf wordt getoetst.' Bernd Tasselaar: 'Het oude onderwijsmodel is een uitstervend model. Over vijf jaar is dit zo verouderd, dat het uitgefaseerd moet worden. Iedere hbo-instelling heeft de keuze voor zijn eigen ondergang.'
Wordt Computable gesponsord door Fontys? Waar zijn andere woordvoerders van universiteiten en hogescholen?
Beetje eenzijdig artikel…
Carlo van de Weijer meent dat de beste mensen altijd een goede basis hebben. ‘Zo doen programmeurs van vroeger het nu ook goed op Android. Ze snappen de manier van programmeren. Vroeger had je elke vijf jaar een nieuwe ontwikkeltaal, tegenwoordig is dat elke twee jaar. We zijn nu al met de volgende taal bezig. Docenten moeten ook hierin meegaan.’
Nee, vroeger werd de programmeur geleerd GE-STRUCTUREERD te programeren tegenwoordig zijn het alleen nog maar “editors”.
Dus nu moet de docent net zo’n prutser worden?
Vroeger werd software geschreven NAAR de hardware, tegenwoordig is dat andersom dankzij het WinTel duo.
Ooit mijn Exin papieren gehaald, het zou heel veel waarde hebben in de ICT,…..Not,..het interesseert de werkgever geen moer.
Fontys gaat het EXIN dus her-uitvinden? 😉 😉
Dus een beetje het “cloud” verhaal, oude wijn in nieuwe zakken.
80 % van de huidige ICT’ ers ontbeerd enige elementaire informatica kennis, ik zie dit al 15 Jaar.
Dit gaat Fontys dus echt niet veranderen ICT heruitvinden is al te vaak gedaan.
Ik mis nog een ding in het hele verhaal: de werkwijze van Fontys om optimaal aan te sluiten bij de student. Want dat je als onderwijsinstelling met je tijd mee moet en je aanbod laat meebewegen met de markt is een ding, maar daarbij goed inspelen op talent, aanleg en mogelijkheden van degenen die het moeten leren (en uiteindelijk met plezier toepassen) is minstens zo belangrijk. Marktgerichtheid is goed, in combinatie met student(talent)gerichtheid is dat volgens mij nog beter. De markt zit niet te wachten op afgestudeerde werknemers die feitelijk ongemotiveerd of zelfs niet echt geschikt zijn voor het vak, maar dit hebben gekozen “omdat er werk voor is”.
Naast kennis van de laatste stand der techniek is het vooral belangrijk om bij de studenten een bepaalde mindset te hebben in combinatie met elementaire kennis. Dat laatste staat volledig los van een gebruikte techniek. Het probleem is vaak dat er geen goede ‘zeef’ wordt gebruikt in het begin van de opleiding, veel opleidingsinstituten zijn bang te veel leerlingen te verliezen. Kwantiteit gaat dan voor kwaliteit. Als de lat bij aanvang gelijk hoog ligt gaat het daarna altijd goed is mijn ervaring. Dat zijn gemotiveerde studenten en die zijn (later) ook probleemloos in staat om met de stand der techniek mee te gaan, dat is doorgaans een natuurlijk proces voor hen. De opmerkingen die ik al jaren krijg uit bedrijven is dat veel HBO-opleidingen eigenlijk een veredeld MBO zijn. Daarmee doe je dan ook de betere HBO-er tekort.
Overigens bestaat ‘de ICT-er’ helemaal niet. Het vak kent allerlei aspecten en het is een utopie om te denken dat je mensen kunt opleiden tot een duizendpoot. Dan weten ze van alles bijna niets. De beste methode is om na de eerste schifting in te spelen op de persoonlijke vaardigheden en belangstelling(en) van de student en daar het onderwijs op afstemmen. Het bedrijfsleven kan daar ook een (helpende) rol in spelen. Dat is een logistieke uitdaging voor het onderwijs maar heeft een heel hoog rendement.
En tja, die opmerking over spieken is wel een beetje vreemd. Hergebruik is heel wat anders dan de oplossing afkijken van je buurman en je eigen naam er boven zetten….
Misschien een wat cynisch verhaal maar het bedrijfsleven heeft een informatica student alhier weinig te bieden. De te zware financiele footprint van het management heeft de HR-budgetten zodanig onder druk gezet dat een fatsoenlijke beloning voor moeizaam verkregen specialistische kennis in NL niet meer mogelijk is. ICT is “te duur” geworden, heet dat. Carriere maken is slechts mogelijk tot ongeveer 40 jaar en daarna dreigt outsourcing.
Ik heb zelf informatica gestudeerd aan een universiteit in de jaren 90. Wat me opvalt is dat er destijds te weinig aandacht besteed is aan software design methoden en IT project management. Ook software configuratie management was nieuw voor me. Ook had het soms minder theoretisch mogen zijn en meer praktisch, van hoe maak ik een goede relevante C++ applicatie met GUI van scratch af. De complexe wiskunde die ik heb gehad, heb ik nagenoeg nooit gebruikt. Wel heb ik daardoor goed leren abstraheren. Goede van de bachelor/master indeling van nu is dat op het gebied van IT men zich veel beter kan specialiseren. Wil je de embedded hoek in, dan is daarvoor de juiste master.