De eerste paal voor de bouw van het groene datacentrum tussen de kassen in de Noord-Hollandse Wieringermeer gaat begin volgend jaar de poldergrond in. Een bezoek aan de bouwkavel.
Ingeklemd tussen een grote tuinbouwkas en de snelweg A7 Amsterdam-Leeuwarden bij de afrit Medemblik ligt het bouwterrein waar volgend jaar de eerste paal wordt geslagen voor een datacentrum. Zo'n driehonderd meter verder op het asfalt raast verkeer voorbij. Op de rechter baan vrachtwagens, op de linker baan rijden vroeg huiswaarts kerende forensen al file, maar dan met de maximaal toegestane snelheid. De eerste bestuurders ontsteken hun lichten, de duisternis valt. Een grote stoomwolk kleeft aan schoorsteen van de kas en verwaait in oostelijke richting, scherp afstekend tegen donkere wolken.
Wie de bouwkavel goed overziet, ontdekt niets bijzonders. Onkruid is uit het zand opgeschoten en bij het dalen van de temperatuur afgestorven en ineengeschrompeld tot wat bruine sprieten. De ontsluitingsweg ligt er verlaten bij, in de verte heeft een optimistische horecaondernemer een restaurant geopend. 'De tafel van Agriport' luidt de naam. De parkeerplaats voor het restaurant is leeg, binnen dweilt een serveerster de vloer. Als er al lunchgasten zijn geweest, worden nu hun sporen secuur uitgewist.
Het industrieterrein Agriport A7 in de Wieringenmeer is een bedrijventerrein in opbouw. De basis voor de toekomstige bedrijvigheid is gelegd. In de grond langs de ontsluitingswegen liggen dikke transportleidingen voor gas en elektriciteit. Die voorzien de tuinbouwkassen die hier de komende jaren worden gebouwd van gas voor het maken van warmte en kooldioxide, de gasvormige kunstmest voor de productie van paprika's, tomaten, courgettes en aubergines. De elektriciteitskabels voeren het afval af dat bij de groenteteelt ontstaat: elektriciteit.
Airbus 480
Tuinders zijn de afgelopen jaren serieuze producenten van elektriciteit geworden. De 35 gasmotoren van de tuinders die inmiddels 220 hectare kassen op Agriport A7 hebben neergezet, zijn goed voor een elektriciteitsproductie van 135 megawatt. Daarmee kunnen zij voorzien in de energiebehoefte van zo'n 140.000 huishoudens. Zij leveren het overschot aan stroom tot nu toe aan het openbare elektriciteitsnet. Komend jaar krijgen zij een tweede afnemer. De onderneming Parthenon Data Centres bouwt op het bedrijventerrein een datacentrum dat zijn energie betrekt uit de tuinbouwkassen. De hitte die het datacenter produceert wordt teruggeleverd aan de vruchtgroentetelers en, op zomerdagen wanneer er warmte voldoende is, opgeslagen in het grondwater voor gebruik in de winter.
'Het succes schuilt in de timing', schreeuwt bedrijfsleider Robert Kielstra die door de tuinders is aangesteld om hun elektriciteitsbedrijf te leiden. Hij staat naast een gasmotor van de zogeheten warmtekrachtkoppeling met een aandrijfvermogen van 5500 pk. Met een gebrul waar een Airbus 480 zich niet voor zou hoeven schamen wordt hier gas omgezet in hitte, kooldioxide en elektriciteit. Hij wijst en gaat voor naar de uitgang van de geluiddichte doos waarin de herriemaker staat opgesteld. Pas bij het dichtvallen van de deur valt het pictogram op: verboden toegang zonder gehoorbescherming.
'Het succes schuilt in de timing', herhaalt Kielstra. Pas nu de eerste kassen er staan is er voldoende stroom om aan het datacentrum te leveren. Pas als het datacentrum op stoom is, kunnen de kassen worden gebouwd die met de resthitte worden verwarmd. Het inpassen van een datacentrum in een kassengebied kan dus eigenlijk alleen bij een tuinbouwgebied in opbouw.
In de kas van kwekerij De Wieringermeer groeien de paprikaplanten tot pal onder het glazen dak. Bovenin de planten hangen de laatste vruchten van het seizoen. Na de laatste oogst worden de planten weggehaald en de kassen ontsmet. De grote stapels met nieuwe teeltmatten van glaswol worden dan in de kassen geplaatst, met daarin nieuwe planten voor een nieuw seizoen. Nu meet de grote kas nog 40 hectare. Het plan is die oppervlakte uit te breiden tot 55 hectare. Die extra ruimte moet volgend jaar worden warm gestookt met de restwarmte van het datacentrum.