Ondanks een omzetgroei van 26 procent heeft Origin in 1996 een verlies gedraaid van 108 miljoen gulden. De omzet kwam vorig jaar uit op 2,4 miljard gulden. Chief executive officer Tom M. Butler schrijft het forse verlies vooral toe aan hoge fusiekosten.
Origin is begin 1996 ontstaan uit een fusie tussen BSO/Origin en Philips Communications and Processing. De tegenvallende jaarcijfers stemmen de van concurrent EDS afkomstige ‘ceo’ Butler niet somber. "Onze core-business is gezond", betoogt hij. "Ons streven is om in het jaar 2000 dè Europese IT-dienstverlener te zijn en 4 miljard omzet binnen te halen. Dit jaar hopen we weer winstgevend te draaien. Al zijn we ook tevreden met een break-even-resultaat." Dat het bedrijf met deze doelstellingen te hard van stapel loopt, vindt hij niet. De ‘ceo’ wijst op de omzetgroei van 1996 en de positie die Origin inneemt op de ranglijst van IT-ondernemingen: in termen van omzet de nummer drie van Europa en de nummer zes van de wereld.
Origin besteedde vorig jaar 120 miljoen gulden om het samensmeltingsproces tussen BSO/Origin en Philips C&P in goede banen te leiden. De grootste lasten hadden betrekking op afschrijvingen van bedrijfsmiddelen. Daarnaast gaf Origin geld uit aan het opkalefateren van backbone-netwerken en rekencentra in Azië/Pacific en Zuid-Amerika. Ook de oprichting van een Sap competence centre in Brussel was een aanzienlijke kostenpost.
Naast de fusiekosten was Origin 27 miljoen gulden kwijt aan nieuwe administratieve regelingen ter voorbereiding van een beursgang. Het plan is om in 2000 genoteerd te staan aan Wallstreet en de Amsterdamse effectenbeurs en niet in 1998, zoals vorig jaar nog werd beweerd. Andere verliesposten waren de activiteiten van dochter Philips Home Services in Noord-Amerika (ontwikkeling van smartphones) en de vestiging in Brazilië (inkomstenderving door onbetaalde rekeningen).
Aaneenrijging
Butler kondigt aan dat het integratieproces tussen de twee oude organisaties nog drie jaar duurt. "Deze transformatie kost ons nog ettelijke tientallen miljoenen guldens. Een van de speerpunten is de invoering van een nieuwe organisatiestructuur die wordt opgezet rond drie sectoren: technologische services, ‘enterprise solutions’ en ‘global business operations’. Daarmee moeten we wereldwijd in staat zijn om flexibeler en scherper om te gaan met behoeftes van onze klanten. Er zit in onze organisatie een hoop verspreide expertise die we efficiënter willen inzetten. Wereldwijd zijn er 151 kantoren. Daarom voegen we een aantal vestigingen en rekencentra samen. Ook verbeteren we, via de oprichting van service-centra in Noord-Amerika, Azië en Europa, de coördinatie van onze activiteiten in deze regio’s."
Het bij een fusie integreren van twee bedrijven is geen makkelijke opgave, benadrukt Butler. "Twee organisaties van in totaal zo’n 13.000 medewerkers moeten in elkaar worden geschoven. Daarvoor is tijd en afstemming nodig. Denk bijvoorbeeld aan het aan elkaar koppelen van systemen, de herinrichting van administratieve processen en vestigingen en – een lastig proces – het creëren van één bedrijfscultuur. In 1996 hebben we over de aaneenrijging kunnen nadenken, nu is de periode aangebroken om de strategie uit te zetten."
Wereldwijde dekking
De kracht van Origin ligt volgens Butler in het bedienen van grote ondernemingen en multinationals. "Wij bieden een wereldwijde dekking dankzij de mondiale aanwezigheid van Philips. Voor veel andere bedrijven is zoiets te duur. Ons dienstenpakket is gericht op het leveren van ‘business solutions’ voor complexe organisaties, zoals outsourcing, de implementatie van erp-applicaties van Sap, Baan en Qad, en PC-diensten. Consultancy en ‘business process re-engineering’ zullen in de komende jaren worden uitgebouwd. Hierbij willen we samenwerken met partners die op zulke terreinen zijn gespecialiseerd." Origin heeft geen plannen om grote bedrijven over te nemen; wel is het bedrijf geïnteresseerd in de acquisitie van kleine bedrijven in niche-markten. Voorts onderzoekt Origin – zoals zoveel bedrijven – de mogelijkheid om commerciële Internet- en intranet-diensten te ontwikkelen.
Leeuwedeel
Hoewel Origin in 31 landen actief is, leunt de omzet zwaar op Nederland. 40 Procent komt hier vandaan. In de rest van Europa liep het vooral op de Duitse markt goed, en draaide Origin in Frankrijk quitte. In 1998 ligt de verhouding tussen het Nederlandse deel van de omzet en die uit andere landen dichter bij elkaar, is de verwachting van Butler. "Daarbij proberen wij ook de personeelssamenstelling in de regio’s net zo evenwichtig op te bouwen als in Nederland. Dat betekent meer gekwalificeerde mensen in dienst nemen, als een investering in groei." Vorig jaar is het aantal werknemers van bijna 11.000 naar 13.000 gestegen, waarvan bijna 5500 medewerkers in Nederland.
Bij de omzetspecificatie naar klanten blijkt dat Philips het leeuwedeel voor zijn rekening neemt (40 procent). Niet verrassend natuurlijk, maar in de toekomst wil Origin naar een percentage van rond de 25 procent "Niet dat we minder Philips-omzet willen binnenhalen", haast Butler zich te zeggen. "Maar we willen onze klantenkring uitbreiden. Wij willen daarbij nog beter profiteren van de wereldwijde activiteiten van Philips. Daar waar zij opereren, willen wij ook zijn. Overigens is het ook ons streven de Philips-omzet te verhogen. In een raamovereenkomst is vastgelegd dat Origin voorkeursleverancier voor het Philips-concern is. Philips regelt nog veel IT-zaken intern. Daar liggen kansen."
Bemoeienis
Philips heeft een belang van 82 procent in Origin. Tijdens de presentatie van Philips’ jaarcijfers verklaarde president Cor Boonstra dat hij Origin volledig ondersteunt. Het elektronica-concern heeft immers baat bij een sterke IT-dochter. Butler verwacht dan ook dat het moederconcern "ons met rust zal laten". Toch is dit nog maar de vraag gezien de woelige tijden die het bedrijf vorig jaar doormaakte. In krap een half jaar versleet Origin twee topmannen, Henk Cohen en Geoffrey Carroll, na botsingen met Philips over het te voeren beleid. Mochten de resultaten dit jaar opnieuw tegenvallen, dan is hernieuwde bemoeienis van het moederbedrijf niet ondenkbaar. En dat beseft Butler maar al te goed.