De stichting Ict op school gaat alternatieven onderzoeken voor het gebruik van Microsoft-software in het onderwijs. De stichting leidde vorige maand het protest tegen prijsverhogingen die Microsoft en onderwijsonderhandelaars begin januari bekendmaakten.
De contractvoorwaarden zijn verbeterd, vindt stichtingdirecteur Mees van Krimpen (zie kader). Als vertegenwoordiger van schoolbesturen zet hij zich in voor verbetering van ict-producten en -diensten voor primair- en voortgezet onderwijs.
Van Krimpen is echter slechts ten dele gerust. Hij houdt er rekening mee dat nieuwe prijsverhogingen in het verschiet liggen. Hij wil daarom onderzoeken welke alternatieven er voor de Microsoft-software in het onderwijs zijn. "We zullen contact opnemen met geïnteresseerde scholen en ict-coördinatoren."
Schoolprogramma
Johan de Boer, onderwijzer aan de Willem-Alexander basisschool in Leeuwarden: "Wij hebben hier al twee jaar een Linux-server draaien waarop alle kinderen leren websites en dergelijke te bouwen. Die heeft ons nog nooit in de steek gelaten. Op de desktop werken we met Windows 95; dat vereisen de meeste schoolprogramma’s."
Hetzelfde geluid komt van Leo de Jong, hoofd van het expertisecentrum Icto van de Hogeschool in Haarlem. Zijn school gaat na deze zomer op in de Hogeschool in Holland, een fusie van de hogescholen in Rotterdam, Delft, Diemen, Alkmaar en Haarlem, die met 36 duizend studenten een van de twee grootste hogescholen in Nederland zal zijn. Scholen moeten volgens De Jong ruimte maken voor alternatieve besturingssystemen en -toepassingen. Afstappen van de huidige Windows structuur ziet hij de hogeschool echter niet. "Hoezeer ik het ook zou willen, want voor de huidige monocultuur gaan we betalen."
Opheldering
Protest tegen de half januari bekendgemaakte prijsverhogingen was er al snel. Naast enkele individuele scholen ageerde vooral Van Krimpen. De bezwaren van de onderwijsinstellingen bereikten in ijltempo de Tweede Kamer, die reageerde met kamervragen voor onderwijsminister Loek Hermans. De minister antwoordde dat hij met Microsoft zou praten.
Van de regeringspartijen is VVD-kamerlid Hella Voûte-Droste het meest uitgesproken tegen de aangekondigde prijsstijging. "Het is buiten proporties, en economisch niet te begrijpen." Microsoft mag zijn machtspositie niet misbruiken, zegt ze. Het verweer van de softwaregigant dat de hogere licentieprijs in overeenstemming is met andere Europese landen, wijst ze af. "Het staat iedereen vrij om in de verschillende EU-landen andere prijzen te hanteren." Ze vindt het onmaatschappelijk dat het bedrijf kosten in rekening wil brengen voor het thuisgebruik van Microsoft-software door leerlingen en medewerkers van scholen. "Scholen moeten goed kijken naar concurrerende software. Hoe meer concurrentie, hoe meer keuzevrijheid."
Erwin Visser, die namens Microsoft onderhandelde over de licenties, hoort op van Voûte-Drostes stelling dat de EU variabele prijzen toelaat: "Dan heeft onze juridische afdeling mij verkeerd geïnformeerd." De Nederlandse licentie is volgens hem zo berekend dat gemiddeld 1,5 procent van het ict-budget van scholen aan de licenties opgaat.
Licentievoorwaarden bijgesteld
Microsoft en de drie onderwijsonderhandelaars, Surf-, Slb- en APS IT-diensten, stelden binnen twee weken de contractvoorwaarden bij voor het gebruik van Microsofts software op scholen. Ze reageerden zo op protesten van scholen en Tweede Kamer op hun eerder voorstel. Voor alle onderwijsinstellingen is de inschrijftermijn met twee maanden verlengd, tot 31 maart. Daarnaast krijgen de scholen de keuze tussen een contract voor drie jaar met 25 procent korting voor het eerste jaar, of een eenjarig contract. Voor scholen met meer dan 1 pc per zes of zeven mensen, afhankelijk van het schooltype, wordt een maximum licentiebedrag vastgesteld.
Alle onderwijsinstellingen gebruiken Microsoft software
De drie onderwijsdiensten onderhandelen over meerdere soorten softwarelicenties. Hiervan maakt ongeveer 95 procent van het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek gebruik. In het beroepsonderwijs en volwasseneneducatie maken alle instituten gebruik van deze licentie, in het voortgezet onderwijs zo’n 95 procent en in het primair onderwijs zo’n 90 procent. Volgens Jan Bakker, directeur van Surfdiensten zijn de cijfers voor licenties van Microsoft-software vrijwel dezelfde.