In het recente verleden was de wereld voor bedrijfsinformatie een overzichtelijke wereld. Deze wereld bestond uit twee continenten, het operationele continent en het informationele continent. Een diepe oceaan scheidde in deze wereld de beide continenten. Het operationele continent had betrekking op de uitvoering van de bedrijfsprocessen en het op dagniveau sturen van deze bedrijfsprocessen door middel van bijvoorbeeld werklijsten. Het informationele continent had betrekking op de sturing van de organisatie als geheel en is gericht op de langere termijn. Op beide continenten wordt een andere taal gesproken. De interesses van de gebruikers waren primair op het eigen continent gericht. De gebruiker was een continentale gebruiker.
Een trend is zichtbaar waarbij de interesse van continentale gebruikers voor het andere continent toeneemt.
Bij de uitvoering van de bedrijfsprocessen wordt in steeds grotere mate gebruik gemaakt van het informationele continent. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van historische trends om per dag te bepalen wat de voorraad van een winkel dient te zijn (de verkoop van kratjes bier stijgt als het Nederlands voetbalelftal een interland speelt).
Bij de sturing van een organisatie is een overeenkomstige beweging zichtbaar. De sturing van een organisatie richt zich in toenemende mate op korter wordende termijnen. Nog niet zo lang geleden was het voor organisaties voldoende als eens per maand de stuurinformatie beschikbaar was. Tegenwoordig is een dagelijkse update van de stuurinformatie geen ongewone vraag meer. Het is slechts een kwestie van tijd totdat deze termijn nog verder wordt verkort.
De interesse voor het andere continent is bij een aantal gebruikers zo groot dat zelfs sprake is van een nieuw type gebruiker, de wereldgebruiker. De wereldgebruiker heeft geen interesse in één van de twee continenten: zij beschouwt de wereld als één geheel. Aangezien het aantal wereldgebruikers in de komende jaren fors zal toenemen, dient zich de vraag aan: hoe kunnen deze wereldgebruikers ondersteund worden?
Het ondersteunen van de wereldgebruikers kan op twee fundamenteel verschillende manieren. De eerste manier is door middel van bruggen met tweerichtingsverkeer en zonder snelheids¬limiet. Op dit moment bestaan reeds bruggen tussen de twee continenten. De huidige bruggen zijn gebouwd voor eenrichtingsverkeer, namelijk van het operationele naar het informationele continent. Op deze bruggen is tevens overdag een snelheidslimiet van toepassing (een ‘doseerinstallatie’). Op het informationele continent zijn datawarehouses gerealiseerd die een beeld geven van het operationele continent. Echter, als gevolg van de snelheidslimiet loopt het beeld achter bij de realiteit. Voor de wereldgebruikers zullen bruggen met tweerichtingsverkeer gebouwd moeten worden. Hiermee wordt het ook mogelijk om op het operationele continent een beeld te geven van het informationele continent. Door ook de snelheidslimiet op de brug op te heffen wordt de vertraging teruggebracht tot nihil.
De realisatie van deze tweerichtingsbruggen zonder snelheidslimiet is technisch mogelijk door informatie uit meerdere bronnen realtime te integreren en deze te presenteren binnen één omgeving. Echter, de realisatie van tweerichtingsbruggen levert geen oplossing van de taalbarrière tussen de twee continenten.
De tweede manier is om van de twee continenten één continent te maken. Hiervoor kan gebruik gemaakt worden van de waterbouwkundige kennis waar Nederland trots op is, het inpolderen. Door de oceaan tussen de twee continenten in te polderen, ontstaat één continent.
Hoewel de metafoor inpolderen in deze beschrijving een mooie is, bestaan binnen de ICT wereld geen ''waterbouwkundige'' technieken waarmee oceanen ingepolderd kunnen worden. Of toch wel?
Afgelopen dinsdag heb ik het jaarlijkse Datawarehousing congres van Heliview bezocht. Op dit congres is door Martin Misseyer en Art Ligthart, Ordina’s kennispartners op het gebied van respectievelijk Datawarehousing en SOA, in een keynote een beeld geschetst hoe deze oceaan ingepolderd kan worden. Het betoog van beide heren is dat door de introductie van een Service Oriented Architecture en door het volledig doorvoeren van deze architectuur op beide continenten uiteindelijk één continent ontstaat waar slechts één taal gesproken wordt.
na de misser van Henk Jekel en de daaropvolgende reacties had ik het idee dat alle Computable bloggers het wel zouden begrijpen. BI inhoudelijke discussies en geen ongegeneerd reclame maken voor de eigen toko. Wat schetst mijn verbazing. Ik was erg confuus bij de laatste paragraaf, vooral omdat Pim Aarts niet vermeld is als lid van de BI Panel. Enig onderzoek op LinkedIn leerde me dat Pim een collega is van Martin Misseyer en Art Ligthart.Pim, wat een enorme gemiste kans, om dit op zich interessante verhaal (misschien wat minder beeldspraak) op zo’n genante manier te eindigen.
Na Qlikview is vandaag SOA dé oplossing voor al onze problemen… Wat is de wereld toch mooi.Pim, buiten de kritiek van Johan -die ik volledig deel- zou je misschien beter inhoudelijk kunnen ingaan op het SOA verhaal, wat je daar dan zo in aansprak en hoe jij denkt dat het een oplossing biedt voor het continenten verhaal. Dan kunnen wij daar vervolgens -ook inhoudelijk- op reageren.
Wanneer mensen metaforen gaat gebruiken krijg ik altijd de indruk dat problemen even worden samengevat en dat we eerst maar eens op een heel abstract niveau moeten gaan nadenken. Ik zie dan ook reacties waar men verzoekt om het te koppelen aan de praktijk.Ik weet niet of dit mag maar om het wat minder abstract te maken staat hier een “goed” verhaal:http://www.interaccess.nl/nl/services-en-solutions/themas/soa/Pages/default.aspx
Business intelligence brengt maar al te vaak starre oplossingen en logge structuren. Centraal in de BI gedachte staat negen van de tien keer een datawarehouse. Een service georiënteerde benadering biedt kansen om anders met BI om te gaan. Dit is hard nodig omdat de besturing van een bedrijf vandaag de dag vraagt om een flexibele ondersteuning van de strategie en besluitvorming. Het denken in traditionele BI architectuur verzandt maar al te vaak in een log datawarehouse waarmee voortdurend veranderende vragen van het management niet beantwoord worden.Ik zit echter wel met een hoop vragen:Hoe kan SOA een rol spelen om BI meer flexibel te maken? Waar en hoe bieden services toegevoegde waarde in het besturen van een organisatie? Wat kan master data management betekenen voor BI en SOA?@Jesper: als ik in het stuk waarnaar jou link verwijst de term SOA vervang door BI krijg ik, met wat kleine aanpassingen, ook een valide verhaal.Wat verwarrend allemaal. Beste Pim, kun jij me op weg helpen met een duidelijke visie en concrete voorbeelden?
Ik ken Pim en wil het toch even voor hem opnemen. Wat mij betreft was zijn verhaal nog niet helemaal af en krijgen we zsm de presentatie die Martin en Art hebben gegeven. Het onderwerp wat hij oppakt is wat mij betreft een zeer belangwekkende die ik op dit moment in de praktijk ook meemaak. Te belangrijk om alleen op de vorm te reageren en niet op de inhoud.Dus – wat mij betreft is een tweede post op zijn plaats.
Hoewel in essentie een mooie metafoor wordt gegeven over de continentale gebruiker en bruggen die tussen de continenten zijn gelegd zou ik, zeker in het vereleden kijken eerder praten over eilanden ipv continenten. Zeker het informatiecontinent bestaat nog vaak uit eilanden in plaats van een groot informatiecontinent. Dat SOA hiervoor de oplossing is door het ‘inpolderen’ van het tussenliggende water gaat mij te kort door de bocht. Zeker als het belangrijkste issue is het oplossen van het tijdsaspect. Het implementeren van een SOA heeft grote impact op de hele organisatie en de data- en informatiehuishouding. Om dit puur en alleen voor het tijdsaspect te gebruiken is het droogleggen van een oceaan om via een 6 baansweg heen en weer te kunnen gaan.Ik sluit me dan ook aan bij het verzoek om aansluiting naar de praktijk.