'Mijn vrouw mompelt' vertelde ik mijn huisarts. 'Dan geef ik je een verwijzing naar een KNO-arts' zei hij en een week later heeft de KNO-arts vastgesteld dat ik een beetje doof aan het worden was. Kan gebeuren als je zonder oordoppen met een heggenschaar aan de slag gaat, doe er je voordeel mee.
Naast de Oost-Indische variant die af en toe nuttig is, heeft een beetje doofheid andere voordelen. Af en toe hoor ik mensen dingen zeggen die zij niet gezegd hebben. Dat kan verkeerd uitpakken maar het is vaak een bron van creativiteit. Zo was ik deze week met iemand over derde generatie applicatiebeheer aan het discussiëren, over het beheren van applicaties die uit componenten zijn samengesteld, en ik hoorde het begrip componentist. Dat heeft-ie niet gezegd, begreep ik later, want hij had het over een componist als metafoor voor de functionaris die zo’n virtuele applicatie samenstelt en overziet. Ik ben maanden bezig een passende naam voor deze functie te bedenken maar ik kwam niet verder dan applicatie-architect. Het nadeel van is echter dat architect mensen vaak aan het voortraject doet denken terwijl deze functionaris juist gedurende de gehele levencyclus actief is. Hij is degene die weet uit welke componenten een composiete applicatie bestaat, of de componenten (die vaak van derde partijen zijn of van open source communities) nog ondersteund worden, welke andere componenten beschikbaar zijn waarmee nieuwe functionaliteit kan worden gerealiseerd. Naast de componentist die een inhoudelijke oriëntatie heeft, heb je behoefte aan iemand die de boel regelt, die coördinatie voert over de vele partijen die al die componenten leveren. Een soort van service manager maar dan niet alleen over zijn eigen ding maar over een veelheid van services van derden. Een van mijn ASL-cursisten opperde de naam super service manager en om meerdere redenen vind ik dat wel passend, ondermeer vanwege de afkorting die de schaarsheid aangeeft: superman.