Het ministerie van Onderwijs blijft erbij dat de gekozen opzet van Kennisnet de beste is. Ook leden van de regeringspartijen in de Tweede Kamer wijzen de kritiek (zie hierboven) van het ROC Amsterdam af.
De kritiek van voorzitter Ankie Verlaan van het ROC Amsterdam over de prijs en de inhoud van Kennisnet wordt door het ministerie voor Onderwijs niet gedeeld. Volgens een woordvoerster van het ministerie is de uitvoering van Kennisnet niet, zoals Verlaan stelt, buitensporig duur. Het ministerie erkent dat de prijsafspraak met de kabelbedrijven, voor dit project verenigd in Nltree, onvoordelig uitpakt voor grote instellingen. De afspraak moet echter ook de aansluiting mogelijk maken van de kleinere en verafgelegen scholen. Via het contract met de kabelbedrijven heeft het ministerie de garantie dat alle scholen bereikt worden. "De kans dat scholen deel gaan nemen aan het project is zo veel groter."
Dat volgens het ROC Amsterdam de diensten van Kennisnet voor de helft van de maandelijkse kosten kunnen worden aangeboden, wijst het ministerie af. Wel moet de inhoud van Kennisnet moet nog verder ontwikkeld worden, erkent de woordvoerster. "Er wordt hard gewerkt aan de ontwikkeling van andere diensten."
Opmerkelijk
De regeringsfracties in de Tweede Kamer wijzen de kritiek in de brief van het ROC af. Woordvoerder voor de D66, Ursie Lambrechts, noemt de kantekeningen bij de relatief hoge kostprijs voor het realiseren van de aansluitingen op Kennisnet opmerkelijk. De partij was er eind jaren negentig voorstander van dat scholen met het beschikbaar gestelde budget voor Kennisnet zèlf de aansluiting realiseerden. "Dat leek ons nou juist zo aantrekkelijk. Dat een school kon kiezen tussen kabelbedrijf, telecomleverancier of bijvoorbeeld een universitair netwerk." Volgens haar waren het met name de instellingen voor beroepsonderwijs en volwasseneneducatie die op de valreep de Tweede Kamer onder druk zetten om de opzet te accepteren. "De vertegenwoordigers van die scholen waren allemaal voorstander. Het moest op deze manier, want anders zouden er verschrikkelijke dingen gebeuren."
Dat het ROC Amsterdam moeite heeft met het lage niveau van de diensten die op dit moment via Kennisnet geleverd worden, kan Lambrechts zich wèl goed voorstellen. "Kennisnet is nu niets meer dan een sjieke portal en dat is volstrekt onvoldoende." Worden de diensten van Kennisnet niet uitgebreid, dan is het de investeringen niet waard, stelt ze. Ook minister Loek Hermans maakt zich daar zorgen over, weet Lambrechts. "We koesteren echter de hoop dat er snel meer diensten bij komen."
Volgens Pvda-woordvoerster Marleen Barth is de gekozen constructie de "goedkoopst denkbare". De aansluitingen op Internet overlaten aan de vrije markt, lijkt haar minder geschikt. Onderwijs moet volgens haar gevrijwaard blijven van commercie. "Wellicht wordt dan de aansluiting goedkoper, maar blijft het uiteindelijke gebruik ervan achter."
Barth wil zich verder niet bemoeien met de onderhandelingen tussen Kennisnet en onderwijsinstellingen. "Juist deze instellingen vroegen erom zelf het contract met Kennisnet af te kunnen sluiten. Als het dan wat lastig wordt, moeten ze niet bij de politiek om hulp vragen."