FHI, de federatie van technologiebranches, pleit voor een specifieke aanpak van de problemen op de arbeidsmarkt voor technisch personeel. Het woord techniek moet vervangen worden door technologie, toetreding van buitenlanders moet eenvoudiger zijn en investeringen moeten gestimuleerd worden.
De federatie van de technologiebranche draagt tijdens het jaarlijkse federatiecongres op woensdag 21 november een aantal oplossingen aan om de arbeidsmarktkrapte voor technisch personeel aan te pakken. De voorstellen zijn gericht aan minister-president Jan-Peter Balkenende.
Ondanks aanvankelijke twijfels over de aanpak heeft FHI inmiddels toegezegd te gaan deelnemen aan de taskforce ‘Technologie Onderwijs en Arbeidsmarkt’ die de ministeries van Economische Zaken en Onderwijs voorbereiden. Met deze toezegging komt het netwerk van mensen in de bedrijven beschikbaar, dat volgens de FHI nodig is voor een centrale aanpak van de arbeidsproblemen. Volgens FHI-directeur Kees Groeneveld staat het voortbestaan van de Nederlandse kenniseconomie op het spel en moeten er snel maatregelen worden genomen.
Maatregelen
De FHI ziet een aantal oplossingen om het dreigende structurele tekort aan technologen het hoofd te bieden en tegelijk de behoefte aan technici in te perken. De organisatie wil de grote tekorten te lijf te gaan met automatisering. Daar zijn meer technologen voor nodig: "Eén technoloog kan tien technici overbodig maken", redeneert de organisatie.
Daarnaast pleiten de technologiebranches er voor het arbeidsaanbod van technologen te vergroten door de instroom van buitenlanders. Volgens de branches moet meer gekeken worden naar de mogelijkheid om nieuwkomers en buitenlanders die al langer in Nederland wonen op te leiden.
Uitlokken
De derde oplossing die FHI Den Haag voorhoudt, is het ‘uitlokken’ van investeringen in menselijk kapitaal. De investeringen die via het InnovatiePlatform en de sleutelgebieden door de overheid worden ‘uitgelokt’ zijn volgens FHI tot mislukken gedoemd als niet tegelijk wordt geïnvesteerd in mensen die deze technologische innovatie moeten waarmaken. De organisatie stelt voor om aan elk technologisch innovatieprogramma een ‘human capital’-paragraaf te koppelen waarmee investeringen in de opleiding van personeel worden uitgelokt.
De FHI is een collectief van technologiebedrijven die in de Nederlandse markt actief zijn, waaronder aanbieders van industriële elektronica, industriële automatisering, laboratoriumtechnologie en medische technologie. In totaal zijn ongeveer 800 bedrijven bij FHI aangesloten. De gezamenlijke omzet bedraagt 5,4 miljard euro per jaar.
Nederland is een dozenschuifland. We kopen producten goedkoop in China, en proberen dat duur te verkopen in Amerika.
Wat hebben we dus nodig? Geen technische mensen, maar mensen die Amerikaanse mensen kunnen doen laten geloven dat de producten die wij uit China hebben gehaald beter zijn dan de producten die Amerikanen rechstreeks uit China halen.
En een paar sterke jongens die dozen uit de boten van China kunnen overzetten naar de vliegtuigen naar Amerika. Die komen geloof ik tegenwoordig uit het Oostblok.
Kan iemand uitleggen (Pim?) wat het verschil is tussen een technicus en een technoloog? Omdat ik het verschil niet ken en geen aannames wil doen over wat het verschil zou kunnen zijn, begrijp ik dit verhaal niet. En dus kennelijk ook niet wat die taskforce ‘Technologie Onderwijs en Arbeidsmarkt’ gaat doen.
@Rand: dat is de laatste eeuwen steeds handeldrijven genoemd, en daar zijn wij als Nederlanders al vele eeuwen goed in.