We hebben het er veel en graag over in deze branche: de technologie verandert snel, en de mensen moeten mee veranderen. Om opdrachtgevers goed te kunnen bedienen, geeft de branche veel geld uit aan scholing en opleiding, stages, meester/gezel-modellen, ontwikkelplannen, enzovoort. Dit gebeurt niet alleen onder druk van de werkgevers, maar in toenemende mate onder druk van de professionals die maar al te goed weten dat het met kennis net is als met verse vis: de glans gaat er snel af.
Bijblijven, nieuwe trends oppikken, zijn vaardigheden die in kringen van IT’ers steeds belangrijker worden. Om maar niet te spreken van de noodzaak om steeds beter te begrijpen waarvan onze opdrachtgever nu eigenlijk echt wakker licht. En dan bedoel ik niet zijn nachtelijk woelen over de hoge kosten van zijn automatisering. Want uiteindelijk is zijn primaire zorg het tijdig en goed ontwikkelen van zijn kernactiviteiten. Hij zal bij voorkeur investeringen doen bij een IT-leverancier, van wie duidelijk is dat hij niet alleen zijn eigen business snapt, maar vooral die van de klant. En ook daar gaan de veranderingen snel. Kortom, de IT’er is een duidelijk specimen van de voortdurend lerende professional. Een spannend vak!
Hoe leer je nu eigenlijk om te leren, om nieuwe zaken op te pakken en een nieuwe expertise toe te voegen aan je bestaande kennis?
In de huidige primaire opleidingen zou deze vaardigheid best eens wat meer aandacht mogen krijgen. Vooral omdat het lang niet altijd gaat om een verdieping van hetzelfde domein, maar juist om nieuwe combinaties en onverwachte samenhangen. Met extrapoleren kom je er niet. Multidisciplinair denken is een harde noodzaak, en dus ook een belangrijke succesfactor.
Er is een groep die op dit punt door ‘de harde leerschool van het leven’ een voorsprong heeft. Het gaat om mensen voor wie IT niet de eerste en enige liefde is geweest. Ik doel op de vele omgeschoolden in ons vak.
Wat hebben zij op de anderen voor? Op het eerste gezicht zou je zeggen dat ze juist een paar nadelen hebben in hun carrière in de IT: een late start en een ballast aan onnutte kennis. Maar op enkele punten hebben ze een aanmerkelijke voorsprong op mensen met een meer voorspelbare loopbaan. Ze hebben bijvoorbeeld leren afzien: hun oorspronkelijke vak viel tegen of leverde geen interessante baan op. Ze hebben opnieuw moeten kiezen en vervolgens opnieuw en grondig in zichzelf geïnvesteerd en laten zien dat ze flexibel zijn en lef hebben.
We kennen allemaal de mensen uit de eerste Pion-lichtingen, en weten dat de oorspronkelijke politicologen en taalkundigen meestal heel behoorlijk terecht zijn gekomen (een sterk understatement).
Maar ook de mensen die via andere wegen wat later in hun carrière pas echt IT’er zijn geworden functioneren meestal prima. En voor een nieuwe ombuiging in hun carrière zijn ze vaak als eerste te porren.
Ook op dit moment worden onze gelederen weer versterkt door groepen nieuwkomers, spijtoptanten uit ander vakken.
Zeker nu de reguliere opleidingen onvoldoende mensen afleveren om aan de groeiende vraag naar professionals te kunnen voldoen. Het scala aan vooropleidingen neemt dus weer aangenaam toe.
Hou ze in de gaten. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat die onverwachte nieuwe aanwinsten veel meer gelegenheid hebben gehad om zich te oefenen in de broodnodige flexibiliteit dan de mensen die nog maar één wereldje kennen. En waarschijnlijk hebben zij veel meer en doorleefde praktijkervaring met het leren leren. Een vaardigheid waar ze in de snelle wereld van de technologie nog goed gebruik van zullen kunnen maken.
Er komt een moment waarop een bonte loopbaan juist een pré blijkt te zijn. Want dankzij die immer verrassende technologie zal het roer bij vele IT’ers nog wel weer eens om moeten.
Vanaf deze week verzorgt Trude Maas-de Brouwer regelmatig een column in Computable. Trude Maas heeft als lijnmanager rijke ervaring in human resource management. Zo heeft ze de laatste tien jaar verschillende werkmaatschappijen van BSO en Origin geleid en was ze lid van de directie van Origin Nederland. Voor haar periode bij Origin was zij onder meer adjunct-directeur van het Cito in Arnhem. Vanuit haar managementervaring en haar grote interesse voor datgene wat zich afspeelt op het kruispunt van mens en techniek heeft zij een duidelijke visie ontwikkeld op de positie van de automatiseerder in het economische en maatschappelijke bestel. Die visie op de arbeidsmarkt zal zij in haar columns uitdragen.