Met de overname van Sun wordt Oracle in één klap een ‘full product’ bedrijf, met een aanbod dat de hele ict-stack van hardware tot toepassingen omvat.
Oracle koopt Sun Microsystems voor 9,50 dollar per aandeel in contanten, goed voor een totaalwaarde van zowat 7,4 miljard dollar (en dus iets meer dan IBM’s bod van zo’n 7 miljard). Hiermee komt een eind aan het onafhankelijk bestaan van een bedrijf dat steevast innovatie hoog in het vaandel droeg, maar in de voorbije jaren uiterst wisselvallige resultaten liet noteren. Volgens Oracle president Safra Catz zal Sun evenwel meegenieten van Oracle’s schaalvoordelen en moet het in het eerste jaar al een bijkomende 1,5 miljard dollar operationele winst opbrengen.
Volledige ‘stack’
Voor ceo Larry Ellison is Sun een nieuwe naam in de rij overgenomen bedrijven met marktleiderstechnologieën (Peoplesoft, Siebel, Hyperion, BEA), waarbij in het bijzonder "Solaris en Java een belangrijke rol speelden". Zo is "Oracle’s Fusion middleware geheel op Java gebouwd", terwijl "Solaris veruit de beste Unix-technologie vormt". Oracle rekent erop de eigen technologieën en zowel Java als Solaris nog nauwer te integreren. Ellison wees voorts erop dat Oracle en Solaris al lang een succesvolle combinatie vormen.
Wellicht belangrijker nog is dat Oracle met Sun nu een volledige ‘stack’ van producten aanbiedt, van hardware (desktop, servers, storage) langs basistechnologieën (database, besturingssysteem), middleware, ontwikkelingsproducten en -omgeving (Java) tot bedrijfstoepassingen. Dat alles, samen met de mogelijkheden voor een geïntegreerd aanbod, zou voor eindgebruikers een efficiëntere infrastructuur met minder supportproblemen moeten opleveren, klinkt het. Qua aanpak wijst Ellison erop dat beide bedrijven een ‘engineering’-traditie hebben, terwijl de overname ook meer middelen voor investeringen in onder meer Java moet garaderen.
Mogelijke vormen van geïntegreerde systemen zouden volgens Oracle-president Charles Phillips gebruiksklare ‘industry in a box’-systemen met hardware, toepassingen en opslag voor specifieke sectoren kunnen zijn, evenals ‘boxen’ waarop softwarebouwers hun toepassingen kunnen installeren.
Vroeg dag
Vanzelfsprekend betreft het nog maar een akkoord tot overname, dat nog een aantal ‘fiats’ van overheidswege, aandeelhouders et tutti quanti moet krijgen. En blijven er nog een rist vragen, los van de kwestie hoe de integratie van de bedrijven en productgamma’s zal verlopen. Zo zou de combinatie van de Oracle-database en MySQL binnen eenzelfde bedrijf teveel marktoverwicht met zich kunnen meebrengen. En hoewel het nog te vroeg is om productvoorspellingen te doen, roept de nadruk op ‘geïntegreerde systemen’ allicht vragen op over de toekomst van Sun servers als ‘general purpose’-systemen, dan wel als ‘black box’-systemen. En het zal allicht nog duidelijker moeten worden hoe ‘open’ Java en Solaris zullen blijven.
Voorts lijkt de snelheid waarmee het Oracle akkoord uit de bus kwam er op te wijzen dat een aantal fracties binnen Sun al vóór het afwijzen van IBM een voorkeur hadden voor Oracle, maar nog met de exclusiviteitsclausule van de IBM onderhandelingen zaten opgescheept. Wat dan weer zou kunnen wijzen op een tweespalt tussen de ‘oude garde’ (McNealy en co, die naar verluidt tegen de IBM optie waren) en de ‘nieuwkomers’ (Jonathan Schwartz, die de IBM deal zou genegen zijn geweest).
Algemeen kan wel worden gesteld dat de (omzet)overlap bij Oracle en Sun kleiner is dan die bij IBM en Sun, en dat de twee bedrijven technologisch meer verwant zijn dank zij hun lange samenwerking.
Oracle biedt meer info, inclusief antwoorden voor klanten op http://www.oracle.com/sun/index.html