BMC Software wil uitgroeien tot een onderneming met wereldwijde allure. De magische grens van één miljard dollar aan omzet zal naar verwachting in 1999 worden bereikt. Daarna denkt het softwarebedrijf door verdere autonome groei en overnames in enkele jaren de opbrengsten tot drie miljard te kunnen vermeerderen. "Wij willen eenzelfde omvang bereiken als bijvoorbeeld Computer Associates", zegt Hans van Stek, directeur BMC Nederland.
Het Texaanse bedrijf ontwikkelt en levert softwareoplossingen voor applicatie- en gegevensbeheer voor mainframe- en open-systeemomgevingen. Vorig jaar behaalde BMC een omzet van 563,2 miljoen dollar en een winst van 163,8 miljoen. Onlangs sloot de softwareontwikkelaar het eerste halfjaar van boekjaar 1998 af met een omzet van 321,1 miljoen, een stijging van 27 procent vergeleken met de eerste zes maanden van het vorige boekjaar.
Van oorsprong leverde BMC beheeroplossingen voor de mainframewereld. Nog steeds zorgen deze activiteiten voor een aanzienlijke inkomstenstroom. Volgens Van Stek worden de hoeveelheden transacties steeds groter en groeit het aantal MIPS (million instructions per seconde). "Hierdoor blijft de vraag naar BMC-hulpmiddelen voor IMS- en DB2-systemen toenemen. Ook eisen grote ondernemingen door de internationalisering een 24uurs-beschikbaarheid van hun gegevens. Dat heeft tot gevolg dat data tijdens het maken van backups beschikbaar moeten blijven. Dat is de reden geweest dat wij Datatools hebben overgenomen, een leverancier van backup- en recoveryproducten."
Open omgevingen
BMC ontwikkelt sinds een aantal jaren ook producten voor open omgevingen. Die omschakeling was nodig omdat mainframegebruikers ook bedrijfskritische data en applicaties naar client/server-omgevingen begonnen te distribueren. Met BMC Patrol, waarbij gebruik wordt gemaakt van intelligent agents, biedt het bedrijf een ‘gereedschapskist’ voor het beheren van applicaties in complete bedrijfsomgevingen. Van Stek: "Onze huidige strategie is om met Patrol een standaard te vestigen. Daarvoor hebben wij een partnerprogramma opgezet, waarbij andere bedrijven op Patrol-gebaseerde oplossingen kunnen verkopen. Patrol is een open product waardoor integratie met bijvoorbeeld Tivoli, HP Openview of CA Unicenter mogelijk is. Daardoor zijn we in staat om met grote partners als HP, Digital, CMG en EDS samen te werken."
Van Stek schrijft het succes van zijn bedrijf toe aan die succesvolle ommezwaai naar open omgevingen. "Concurrenten als Legent en Platinum hebben daar veel meer moeite mee gehad. Echte competitie ondervinden we dan ook haast niet meer."
Te duur
Na Microsoft (1997: 30 procent) kent BMC in de softwaremarkt de hoogste nettomarge per werknemer (1997: 29 procent). Volgens Van Stek komt dit doordat het bedrijf relatief weinig mensen in dienst heeft. "Van onze 1900 medewerkers werkt zo’n 50 procent in research & development; de rest is ondersteunend personeel. Wij zijn goed in applicatie- en gegevensbeheer en daarop blijven we ons concentreren. Verkoop van onze producten geschiedt via distributeurs en partners. Ook advisering en implementaties gebeuren door andere partijen."
De hoge winstmarges zullen van pas komen bij verdere investeringen. Van tijd tot tijd koopt het bedrijf technologie, zoals onlangs van Storage Center, om bestaande oplossingen te verbeteren. BMC wil zelf niet overgenomen worden, maar zich ontwikkelen tot een wereldwijd opererende speler. "We zijn te duur geworden. Onze huidige verkoopwaarde schatten we op 6 miljard dollar", denkt Van Stek. Zelfs een bedrijf als Computer Associates – vaak genoemd als potentiële koper en berucht om zijn agressieve overnames – ziet hij niet als kandidaat. "CA heeft niet zoveel geld op de plank liggen en moet al zijn aandacht richten op het in de markt zetten van CA Unicenter."