Eind juni spraken vakbondsbestuurders en directeuren uit de ict-sector in Den Haag over een sociale innovatieagenda. Voor vakbond en sector was de tijd rijp om nader tot elkaar te komen. De verwachtingen van het overleg zijn hoog.
Het gebouw van de Sociaal Economische Raad (SER) in Den Haag was 29 juni toneel van topoverleg tussen sociale partners in de ict-sector. Vakbonden als FNV Bondgenoten en werkgeversorganisatie ICT~Office spraken elkaar over een sociale innovatieagenda. Het was het eerste overleg dat hierover tussen de partijen plaatsvond, maar zeker niet het laatste. De verwachtingen zijn hooggespannen.
"De directe aanleiding voor het overleg was het arbeidsmarktforum dat vorig jaar door Computable werd georganiseerd", vertelt FNV-woordvoerder Gerard van Hees. "Mede daaruit bleek dat er veel gemeenschappelijke doelstellingen zijn tussen ons als vakbond en de ict-sector. Denk aan werkgelegenheid, arbeidsvoorwaarden, opleiding en het minder cyclisch maken van het werk." Hij voegt er aan toe dat de partijen er ook bij gebaat zijn om zich gezamenlijk sterk te maken bij de overheid. In andere sectoren gebeurt dit al langer.
Angelsaksisch
Volgens Van Hees kan er op het sociale vlak nog een hoop verbeteren in de ict. "Tot nu toe loopt de ict-sector vooral voorop in technische innovatie en blijft de sociale innovatie achter. Onze ict heeft namelijk een duidelijke Angelsaksische grondslag die niet altijd past bij het Nederlandse poldermodel. Zo zijn ze sterk gericht op individuele prestaties en werkt slechts de helft van de ict'ers volgens een cao", aldus Van Hees.
Een voorbereidingsgroep is in het leven geroepen om het topoverleg te evalueren en aanbevelingen doen over hoe het verder moet. In de groep nemen vakbond, softwarebedrijven en ict-dienstverleners deel. Van Hees gokt erop dat alle betrokkenen ook menskracht beschikbaar stellen om navolging te geven aan het sociale overleg.
Van Hees en zijn collega's van FNV Bondgenoten zullen voorlopig geen harde eisen op tafel leggen. "Op dit moment is het belangrijker dat we met elkaar in gesprek gaan." De woordvoerder vindt wel dat er voldoende concrete zaken moeten worden besproken.