De Nederlandse kenniseconomie wordt niet zozeer bedreigd door offshoring, als wel door een gebrek aan innovatief vermogen en een geringe instroom van bèta-studenten”.
Dat concludeert de brancheorganisatie Nederland-ICT uit een onafhankelijke onderzoek over de sociale en economische impact van offshoring in de ict, uitgevoerd door IDC. Steeds meer bedrijven zijn van plan om activiteiten te verplaatsen naar lagelonenlanden, of dreigen daarmee, zegt Nederland-ICT. De discussie gaat daarbij om de vraag welke soorten van hoogwaardige arbeid de kern zouden moeten vormen van de Nederlandse kenniseconomie.
IDC heeft becijferd dat 27.000 van de Nederlandse ict-banen (9 procent van het totaal) in 2010 verplaatst zullen zijn naar lagelonenlanden. De brancheorganisatie is van mening dat global sourcing bijdraagt aan de groei van onze welvaart op lange termijn. Sylvia Roelofs, directeur van Nederland-ICT: “Een bedrijf met een global sourcing strategie heeft concurrentie voordeel, dat kan oplopen tot 30 procent. Bedrijven moeten wel leren hoe ze dit soort trajecten inzetten. Zodra men dit onder de knie heeft, zal een bedrijf kosten-effectiever en flexibeler opereren. Op lange termijn uit zich dat in behoud van werkgelegenheid en groeikansen.”
Offshoring wordt in de discussie vaak behandeld als een aanval op onze economie. Een aanslag op de Nederlandse kenniseconomie wordt echter veel dichter bij huis gepleegd; bijvoorbeeld door de lage instroom van bètastudenten en door de zwakke aansluiting van kenniscentra met het bedrijfsleven, aldus Nederland-ICT.< BR>