Luchtverkeersleiding Nederland (LVNL) krijgt de beschikking over een nieuwe digitale infrastructuur waarvoor 560 kilometer aan glasvezelverbindingen is aangelegd. Voor ruim 25 kilometer was extra graafwerk nodig. LVNL kan nu flexibel omgaan met datastromen, terwijl het netwerk de hoogste beschikbaarheid kent.
Alle Nederlandse vliegvelden waar LVNL de luchtverkeersleiding verzorgt, zijn aangesloten op het Eurofiber-corenetwerk. In totaal gaat het om tien LVNL-locaties in Nederland. Eurofiber bouwde de afgelopen twee jaar tussen de vijf grotere vliegvelden (uitgezonderd Eindhoven) een ultra-redundant glasvezelnetwerk. De capaciteit is uitgebreid tot vier volledig gescheiden 10 Gb/s Dense Wavelength Division Multiplexing-routes. Hiermee is ook te voldaan aan toekomstige eisen op het gebied van betrouwbaarheid, snelheid en veiligheid.
De glasvezelverbindingen garanderen dat alle applicaties die LVNL gebruikt om vliegtuigen veilig te begeleiden altijd optimaal functioneren. Voor de ingebruikname van de infrastructuur hebben dagelijks meer dan vijftig engineers, netwerkarchitecten en andere experts tien maanden gewerkt aan dit omvangrijke project. De aanleg van de infrastructuur is verzorgd door Eurofiber-partners Spie en BAM Telecom, terwijl de monitoring en processing verlopen in partnerschap met Proximus NXT (voorheen Telindus).
Regio
Het nieuwe landelijke netwerk geeft LVNL de mogelijkheid om de dienstverlening op en naar de regio te kunnen uitbreiden en continuïteit te garanderen. Dit geldt ook voor de spraakverbinding tussen de verkeersleider en de piloot. Dit systeem is een veilige en betrouwbare verbinding die centraal op Schiphol wordt opgebouwd. Dankzij de netwerkstructuur is die ook toepasbaar gemaakt voor de vliegvelden in de regio. Hierdoor is geen standalone lokaal systeem meer nodig. De extra beschikbare bandbreedte biedt ruimte voor nieuwe applicaties, zoals Remote Tower, waarbij de luchtverkeersleiding, verspreid over verschillende vliegvelden, op termijn is te centraliseren.