Het duurde langer dan verwacht, maar het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI) kan sinds kort losgaan met zijn berekeningen op de nieuwe supercomputer. Die staat niet meer in De Bilt, maar op IJsland. Het instituut deelt deze HPE-installatie met drie andere nationale meteorologische organisaties: die van Ierland (Met Éireann), Denemarken (DMI) én IJsland (IMO).
De vier weervoorspellers bundelden in 2020 de krachten in het samenwerkingsverband United Weather Centres-West (UWC-West). Het idee erachter is dat door de gezamenlijke expertise en de gedeelde krachtige nieuwe supercomputer elk instituut eerdere en nauwkeuriger weersverwachtingen kan maken. Een hoge rekencapaciteit is cruciaal voor zowel weersverwachtingen als klimaatmodellering. Na een aanbesteding koos UWC-West voor een supercomputer van HPE, te installeren op IJsland.
De computer wordt volledig aangedreven door hernieuwbare IJslandse waterkracht en geothermische energiebronnen, waardoor de bedrijfskosten en CO2-voetafdruk tot een minimum worden beperkt, als onderdeel van de bijdrage van de instituten aan het streven naar netto nul, aldus het KNMI in een persbericht.
Vertraging
Oorspronkelijk was het de bedoeling om de nieuwe supermachine in maart 2023 te gebruiken, maar dat werd ruim een jaar later. ‘Het uitstel is veroorzaakt door uitdagingen op het gebied van computerleverantie, onder andere door corona en door de complexiteit van het geleverde systeem, waar nog een aantal kinderziektes in zaten. De computer is bijna anderhalf jaar na de oorspronkelijk overeengekomen datum geaccepteerd, na een ‘site acceptance’-test en stabiliteitstesten’, licht een zegsvrouw van het KNMI toe.
De rekencapaciteit van de HPE Cray ten opzichte van de vorige supercomputer van Atos Bull uit 2017 is bijna tienmaal groter. De Bull-super is 2 juli uitgezet en daarna afgebroken en afgevoerd via Domeinen Roerende Zaken (ministerie van Financiën). Daarvoor is er nog een tijdje parallel productie gedraaid om het KNMI en externe afnemers de kans te geven over te schakelen op de nieuwe datastromen, aldus het instituut uit De Bilt.
Het supercomputersysteem bestaat uit twee eenheden: een voor operationele weersverwachtingen en een voor klimaatonderzoek. De vier organisaties maken op de nieuwe rekenkrachtpatser gebruik van een gemeenschappelijk weersvoorspellingsmodel. Dat bestrijkt een groot gebied van Oost-Groenland tot Zuid-Italië. De nieuwe simulatiesoftware wordt elk uur uitgevoerd, terwijl het met de oude rekencapaciteiten slechts om de drie uur kon worden uitgevoerd. In de nieuwe situatie kunnen de nationale instituten de verwachtingen vaker actualiseren om tijdig waarschuwingen af te geven. Het werken met dit model en het bundelen van elkaars expertise helpen om elk land voor te bereiden op de gevolgen van weerpatronen, die extremer en moeilijker te verwachten zullen worden, is de voorspelling.
AWS-dataplatform
Het KNMI sloot overigens in 2023 een contract met Amazon Webservices (AWS), waarbij een dataplatform is opgezet waar datawetenschappers, domeinexperts en externe partners gegevens en kennis kunnen delen. Op de vraag hoe deze omgeving zich verhoudt tot de nieuwe supercomputer laat de zegsvrouw weten dat de supercomputer 24/7 draait en de ruwe modeluitvoer produceert. ‘De data, die het KNMI gebruikt, worden daarna via het externe datacentrum naar AWS getransporteerd en daar worden de producten gemaakt die het KNMI zelf gebruikt en als open data beschikbaar worden gesteld.’
Atoombunker en computerzaal
De vorige supercomputers van het KNMI stonden in de computerzaal in De Bilt. De bijbehorende robuuste energie- en koelmachines bracht het weerinstituut na het nodige denk-, had- en breekwerk onder in de atoombunker op het eigen terrein. Die bunker staat nu leeg maar of die een nieuwe functie krijgt is nog onbekend. ‘Het KNMI is bezig met verbouwplannen, en daarin wordt uiteraard bekeken wat we met de atoombunker doen’, vertelt de woordvoerster.
Ook de computerzaal begint leeg te raken. ‘Er is al heel lang een proces gaande waarbij de applicaties van de KNMI-computerzaal naar een datacenter worden overgeheveld (overheidsbeleid), en daar achteraan worden de meeste van deze applicaties nu overgezet naar AWS. De computerzaal is er wel nog’, meldt de woordvoerster desgevraagd.