Ondernemingskamer: verkoopproces zorgvuldig verlopen
Voor de overname van it-dienstverlener Centric, dat uiteindelijk is verkocht aan een consortium van Nederlandse it-ondernemers (Gouda Group), blijkt massale belangstelling te hebben bestaan. Dit blijkt uit een beschikking van de Ondernemingskamer, waar Centric-eigenaar Gerard Sanderink opnieuw aan het kortste eind trok.
De beheerder van Centric en het bestuur zijn tevreden met deze uitspraak. Het Gerechtshof Amsterdam bevestigt dat een zorgvuldig verkoopproces is gevolgd en dat bij de transactie rekening is gehouden met de belangen van al degenen die bij Centric zijn betrokken, inclusief het belang van Centric-eigenaar Sanderink. Nu de Autoriteit Consument en Markt eerder al groen licht gaf, zal de overname op korte termijn worden afgerond.
Het vonnis biedt een brede kijk op het verkoopproces. In eerste instantie maakten liefst 37 partijen hun interesse in Centric kenbaar. Vervolgens hebben op basis van initiële informatievoorziening 22 partijen een zogeheten Expression of Interest ingediend.
Drie finalisten
Centric selecteerde vervolgens dertien kandidaten op basis van criteria zoals dat het profiel van de koper moest passen bij het maatschappelijk belang dat de it-dienstverlener in de Nederlandse samenleving vertegenwoordigt. Daarna kwam er een kwartfinale waarin zeven gegadigden uitgebreide informatie kregen en met wie ook een gesprek over de waardering plaatsvond.
Vier partijen kregen daarop de kans een laatste bieding te doen. Dit resulteerde in drie bindende biedingen van gerenommeerde en ervaren financiële investeerders. De Gouda Group, het consortium dat wordt geleid door Imker Capital Partners, won de bieding mede op basis van de hoogste prijs, kennis, financiële slagkracht en culturele fit.
Russische maffia
De rechter vindt dat het verkoopproces zorgvuldig en transparant is verlopen. Bovendien staat voor hem vast dat Centric naar de hoogste bieder is gegaan. Totaal ongegrond blijkt het verwijt van Gerard Sanderink aan interim-bestuurder Peter Wakkie dat die zou hebben geprobeerd Sanderink Holding in staat van faillissement te krijgen en vervolgens Centric voor een zeer laag bedrag te verkopen.
Op 25 februari 2024 had de Twentse zakenman aangifte gedaan tegen Wakkie wegens oplichting, corruptie en het wegsluizen van gelden. In de aangifte schreef hij onder meer dat Wakkie in contact staat met de Russische maffia. Maar geen van de partijen die in de race waren voor de overname, blijken enigerlei band te hebben met Moskou, Russische oligarchen of andere lieden die de veiligheid van Nederland in gevaar kunnen brengen.
Spaak in het wiel?
De mogelijkheid dat Sanderink nog een spaak in het wiel van de verkoop kan steken, lijkt theoretisch. Het Gerechtshof Amsterdam vindt het te ver gaan om hem een gang naar de kantonrechter te ontzeggen. Maar nu de Amsterdamse rechter zich heeft uitgesproken over de zorgvuldigheid van het verkoopproces met inachtneming van Sanderinks belangen, zal een kantonrechter daar niet tegen in gaan. Bovendien heeft Sanderink geen gebruik gemaakt van zijn rechten zich tegen de transactie te verzetten. De uiterste termijn hiervoor is verlopen.
De Ondernemingskamer wil ook niet voldoen aan het verzoek van Centric Holding dat Sanderink zich voortaan onthoudt van publieke uitlatingen met de strekking dat de transactie in strijd is met het recht, onrechtmatig is of strafbaar is. De rechter laat daarbij meewegen dat Sanderink reeds in Computable zijn ongenoegen heeft geuit met de opmerking dat het naar zijn mening ‘onrechtmatig en strafbaar is wat er gebeurt.’