UWV houdt vol dat alle problemen met de WIA komen door de complexe handmatige berekeningen. ‘Software kan die berekeningen niet goed maken’, meent een woordvoerder. Gezien het grote aantal verkeerd gecalculeerde WIA-uitkeringen is het maar de vraag of mensen dat beter af gaat.
In een intern document dat het AD via de Woo in handen kreeg, staat dat in 42 procent van de onderzochte dossiers bij vaststelling van het recht op WIA, de duur daarvan en de hoogte van de uitkering fouten zijn gemaakt. Anders dan UWV stelt Sandra Leemans van UwWia.nl dat de gigantische problemen wel degelijk verband houden met de manier waarop UWV met de software omgaat. Volgens de begeleidster van WIA-klanten gaat het al fout in de eerste fase als de verzekeringsarts met behulp van de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML)-software iemands functionele mogelijkheden bepaalt. Probleem is volgens haar dat de software louter is gemaakt om te komen tot een globale selectie van functies die mogelijk geschikt zijn voor een cliënt. De software voorziet in simpele coderingen. Die houden onvoldoende rekening met iemands persoonlijk en sociaal functioneren, stelt ze.
Een voorbeeld: iemand kan heel goed rekenen. Als die persoon concentratieproblemen heeft, snel in de stress raakt en ook ADHD heeft, gaat het hoofdrekenwerk mis in een rumoerige omgeving vol drukte. De FML voorziet niet in dit soort situaties. Maar volgens UWV is deze lijst niet het enige hulpmiddel voor de verzekeringsarts en wordt het ook niet zo gebruikt. ‘Er bestaan voldoende mogelijkheden om dit probleem te ondervangen,’ zegt een woordvoerder.
Maar Leemans’ verhaal wordt bij een anonieme, gekwalificeerde bron binnen UWV onderschreven. ‘De FML’s zijn ons een doorn in het oog. We verschuilen ons achter de codes’, aldus deze bron. ‘Er rollen altijd drie functies uit die iemand zou kunnen vervullen.’ De UWV-woordvoerder vindt niet dat deze reactie vanuit eigen kring het gelijk van Leemans aantoont. Volgens hem is er altijd wel wat aan te merken op de nogal gedateerde lijsten en het systeem van coderingen. Leemans verwijt UWV stelselmatig verkeerd gebruik van de FML en CBBS, wat leidt tot onjuiste arbeidsongeschiktheidspercentages. Meestal zijn die percentages te laag, aldus de Eindhovense die een flink dossier heeft opgebouwd.
UWV ontkent echter ten stelligste enig verband tussen de WIA-problemen en het vaststellen van iemands arbeidsongeschiktheidspercentage. De uitvoeringsorganisatie bekijkt hoeveel een cliënt in zijn oude functie verdiende en hoeveel hij in nieuwe functies als gedeeltelijke arbeidsongeschikte kan verdienen. Het inkomensverlies bepaalt het percentage arbeidsongeschiktheid. UWV weerspreekt Leemans’ conclusie dat cliënten stelselmatig in te ‘hoge’ functies worden gezet om de inkomenskloof te verkleinen. En dat derhalve het percentage arbeidsongeschiktheid lager wordt.
Dagloon
UWV ontkent ook dat fouten in de FML doorwerking kunnen hebben in berekening van het dagloon en de uitkering. Volgens de woordvoerder staan die zaken geheel los van elkaar. Mogelijke zwaktes in dit systeem hebben geen gevolgen voor de berekening van iemands dagloon en de uitkering, meent hij. Woest wordt de UWV-woordvoerder van Leemans’ aantijging dat zijn organisatie FML en CBBS opzettelijk verkeerd gebruiken om de instroom van de WGA (voor mensen die nog gedeeltelijk kunnen werken) en de IVA (voor volledig arbeidsongeschikten) te beperken.
In ieder geval heeft de werkwijze van UWV een hoog zwartedoosgehalte, concludeert Computable-opiniemaker dr. René Veldwijk. Het onvermogen van UWV om een procedurele beschrijving te maken draagt daar zeker toe bij. Over de aansturing van de betrokken ambtenaren en het gebruik van middelen zoals de software blijven zo veel vragen onbeantwoord.