De toekomst van de digitalisering bij het UWV, de uitkeringen-fabriek waar miljoenen Nederlanders van afhankelijk zijn, belooft weinig goeds. De uitvoeringsorganisatie heeft grote moeite om de it op de rails te krijgen en te houden. Zonder een meer volwassen it verzandt het functioneren van UWV binnen een paar jaar. Tot die conclusie komt een onderzoeksgroep rond oud-it-hoogleraar Daan Rijsenbrij.
Deze boodschap heeft Rijsenbrij namens de groep op 29 augustus in een mondeling overleg met Marieke van Wallenburg (secretaris-generaal van het ministerie van SZW) en Irma van Gaalen (cio aldaar) besproken. Rijsenbrij sprak al eerder zijn twijfels uit of de leiding van UWV in staat is de it toekomstbestendig te maken. De organisatie kent een lange geschiedenis van mislukte projecten. Computable-opiniemaker René Veldwijk schreef een bijna eindeloze reeks stukken over deze fiasco’s. ‘Al een kwart eeuw komt UWV weg met niet werkende software’, constateerde de man die net als Rijsenbrij UWV van binnenuit kent.
Loep
Anderhalf jaar geleden besloot Rijsenbrij vanuit een vrije rol de situatie bij UWV onder de loep te nemen. Hij deed dat niet om de leiding te bekritiseren, maar om een steentje te kunnen bijdragen aan de noodzakelijke veranderingen bij wat Veldwijk een ‘faalfabriek’ noemde.
Rijsenbrij en zijn team analyseerden tevens openbare verslagen over de it en hadden digitale sessies met kenners van de it bij UWV . Ook ontvingen zij een groot aantal instemmende mails van vertrouwelijke aard. Ook op de werkvloer van de it-afdeling leeft bij de uitvoeringsorganisatie de opvatting dat het niet zo verder kan.
In februari van dit jaar diende Rijsenbrij een serie Woo-verzoeken in. UWV had ruim een jaar eerder acht grote adviesbureaus, waaronder McKinsey, Gartner, KPMG, EY en Deloitte, gevraagd om advies uit te brengen over de digitalisering. De oud-hoogleraar wilde weten welke opdrachten die duurbetaalde bureaus hadden gekregen, wat hun adviezen waren en tot welke aanpassingen die hebben geleid. Resultaat: nul. Hoewel rapporten over digitaliseringsplannen zelden namen van personen bevatten, meenden de Woo-juristen overwegend om privacy-redenen openbaarmaking te moeten tegenhouden. En dat terwijl UWV een uitvoeringsorganisatie is, geen concurrentie kent en weinig bedrijfsgeheimen hoort te hebben. Al de Woo-verzoeken van Rijsenbrij werden beantwoord met een lawine van veelal verouderde documenten zonder enige relevantie. De advocaat van het UWV gaf expliciet aan dat zijn emails aan de raad van bestuur niet op prijs worden gesteld. Van een transparante overheid bleek geen sprake, terwijl zijn inspanningen hem allerminst in dank werden afgenomen.
Bemoeienis
UWV is kortom net als veel andere overheidsinstellingen allergisch voor wat als bemoeienis van buitenaf wordt ervaren. Uit rapportages van de Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) blijkt dat de ambtelijke top van ministeries en uitvoeringsorganisaties vaak blind is voor interne meldingen over problemen met it-systemen en infrastructuur, laat staan voor externe adviezen. Nagenoeg de hele it-afdeling waarschuwt dat iets spaak loopt, maar de leiding wil toch door.
In de lente van 2023 had Rijsenbrij UWV via de Woo al om vijf strategische nota’s gevraagd die cruciaal zijn voor de digitalisering. Hij wilde weten hoe UWV uit de dwangbuis van verouderde it, beknellende legacy en data-chaos denkt te kunnen komen. Ook vroeg hij naar de digitale strategie en de globale routekaarten op hoog niveau die daarbij horen, de digitale architecturen, de datastrategie en het cybersecuritybeleid. Op al deze vragen gaf het UWV nietszeggende vaak gedateerde antwoorden.
Geen digitaal vergezicht
Bij Rijsenbrij beklemt de onheilspellende gedachte dat UWV helemaal geen echte strategie heeft en uit de losse pols digitaliseert. Ook de interne it-medewerkers die hij vertrouwelijk sprak, tasten hierover in het duister. ‘Een digitaal vergezicht als streefdoel voor alle transformaties ontbreekt.’ Als oud-hoogleraar digitale architectuur constateert Rijsenbrij dat dit belangrijke stuurinstrument voor de transformatie van de informatievoorziening en it nauwelijks aandacht krijgt. Ten onrechte, want zo’n architectuur is broodnodig. Volgens hem ontbreekt het ook aan een nuchtere, zakelijke grondhouding ten aanzien van de besluitvorming en sturing op it-gebied.
Rijsenbrij hoedt zich voor kritiek op de raad van bestuur van UWV. Na enig aandringen wil hij wel kwijt dat de meerderheid van UWV-reacties vooral juridisch en procedureel van aard zijn, en de feitelijkheid onbesproken laat. Een organisatie die zo zwaar afhankelijk is van it, zou aan de top veel meer it-kennis moeten hebben. ‘De komst van René Steenvoorden in de bestuursraad heeft tot nog toe tot weinig zichtbare verbeteringen geleid,’ zegt hij. En de rol, de handelingsvrijheid en doorzettingsmacht van de CIO van het UWV zouden groter moeten zijn.
De oud-hoogleraar herkent ook de kritiek van Arre Zuurmond, ex-commissaris Informatiehuishouding van de Nederlandse overheid, op de enorme fragmentatie binnen overheidsinstellingen. Verkokerde processen en rigide structuren beperken de ruimte, ook voor ict-ers. Als dan ook geen digitale strategie en architectuur bestaan, wordt het voor hen lastig opereren.
Silovorming
Ook Martijn Kuiper, business consultant IV bij UWV, noemt in een blog op Humanista het doorbreken van silo’s essentieel. Dat geldt zeker nu die silo’s de samenwerking tussen verschillende afdelingen en diensten belemmeren. Rijsenbrij begrijpt heel goed hoe Kuiper tot dit oordeel komt. Het is geen publiek geheim dat de machtsverhoudingen bij UWV nogal scheef liggen, zegt hij.
‘Groot is de macht van de divisie-hoofden die een blok vormen tegen de hoogste leiding. In een verticale organisatie als UWV kunnen dit soort koninkrijkjes gedijen.’ Dat UWV-consultant Kuiper het zogenoemde Conway-principe aanhaalt, komt dan ook niet uit de lucht vallen. Silovorming betekent gescheiden afdelingen die ieder hun eigen doelen, processen en communicatiekanalen hebben. Zo’n organisatie zal systemen krijgen die dezelfde fragmentatie en isolatie vertonen, stelt Kuiper.
Volgens Arre Zuurmond is zo’n reactief, bureaucratisch model de afgelopen dertig jaar de norm geworden bij uitvoeringsorganisaties. Net als Rijsenbrij pleit hij voor een strakke, centrale sturing uit de departementen. Want de wijze waarop deze instellingen zich hebben georganiseerd, vormt volgens Zuurmond een barrière voor succesvolle digitalisering.
Een organisatie als UWV kent geen concurrenten en geen aandeelhouders en kan dus ongestraft doormodderen
Daan Rijsenbrij
Uit de management-literatuur is ook bekend dat carrière-ambtenaren graag in zo’n structuur werken omdat dit hun machtsposities bestendigt. Juristen en economen die hiërarchisch omhoog schoten in een tijd dat it-kennis nog geen vereiste was, hebben er belang bij om alles zoveel mogelijk bij het oude te laten. In het bedrijfsleven dwingen aandeelhouders veranderingen af die de effectiviteit van digitale systemen bevordert.
Rijsenbrij: ‘Een organisatie als UWV kent geen concurrenten en geen aandeelhouders en kan dus ongestraft doormodderen.’ Hij verwacht niet dat de raad van bestuur wil en kan veranderen naar een modern UWV. Ook in andere cases die de AcICT de afgelopen jaren naar buiten bracht, blijkt dat de leiding liefst de zaken zo lang mogelijk op zijn beloop laat. Als de positie van een topambtenaar onhoudbaar wordt, ligt doorgaans een nog hogere functie bij een andere overheidsinstelling in het verschiet.
Medio februari jongstleden sprak het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid twijfels uit over het vermogen van de UWV-top om tijdig met kansloze projecten te stoppen. Toenmalig minister Karien van Gennip plaatste zelfs vraagtekens achter de kwaliteit van de besluitvorming bij UWV.
Uit de AcICT-rapportages bleek dat de hoogste leiding van het UWV van alle kanten voor problemen bij een groot it-project was gewaarschuwd, maar weigerde hier de stekker uit te trekken. Kritische geluiden werden genegeerd. De minister kondigde toen aan de UWV-top hierover aan de tand te voelen. UWV beloofde dit soort signalen serieus te nemen. Maar Rijsenbrij heeft daar weinig van kunnen merken. Bovendien wees UWV de minister die uiteindelijk politiek verantwoordelijk is voor deze organisatie, op de aanstelling van René Steenvoorden in de bestuursraad. De vraag is hoe lang het departement de UWV-top het voordeel van de twijfel wil geven. Rijsenbrij vindt dat het ministerie zich best wat harder mag opstellen en van UWV meer duidelijkheid mag eisen.
Onder curatele
Een mogelijkheid is UWV voor wat betreft haar it en digitalisering onder curatele van Irma van Gaalen, cio van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te stellen. Als die het recept van Arre Zuurmond volgt, is dan ook doorbreking van de silo’s geboden. UWV-consultant Kuiper benadrukt dat een succesvolle transformatie van overheden niet alleen gaat over technologie of processen, maar vooral over cultuur en structuur. Kortom, er is flink werk aan de winkel.
Rijsenbrij acht hard ingrijpen dan ook noodzakelijk. ‘Het is vrijwel onmogelijk dat de managers van UWV die de huidige situatie hebben laten ontstaan dan wel hebben gedoogd, op eigen kracht UWV op het goede digitale spoor te zetten.’ En haast is geboden, want als UWV eenmaal op een zandbank vast komt te zitten zijn de gevolgen niet te overzien.
Lees ook het bericht: UWV: misère bij WIA geen softwareprobleem
Wordt tijd voor een charme offensief: misschien weer een zogenaamd interview met een IT medewerker die weer volop
kans kreeg zichzelf te ontwikkelen bij UWV. Zoveel mogelijkheden en tot slot die dankbaarheid.
Waar die, meestal jongeling, dan werkt is een raadsel want “Nagenoeg de hele it-afdeling waarschuwt dat iets spaak loopt, maar de leiding wil toch door”
Terug naar de dreigende taal.
“dwangbuis van verouderde it, beknellende legacy en data-chaos”, faalfabriek, “lange geschiedenis van mislukte projecten”
,fiascos.
En dan noemen ze mij zuur 😉
nee wat nodig is zou “een digitaal vergezicht” moeten zijn.
Ik houd daarvan, dat taalgebruik. Visie is zo’n saai woord.
En zandbank, ook mooi.
Ik herinner me nog dat het met Philips zo slecht ging, vanwege “monetaire tegenwind” 🙂
Oja, die die dreigtaal dus. Uit met de pret.
Rijsenbrij acht hard ingrijpen dan ook noodzakelijk. ‘Het is vrijwel onmogelijk dat de managers van UWV die de huidige situatie hebben laten ontstaan dan wel hebben gedoogd, op eigen kracht UWV op het goede digitale spoor te zetten.’
Iets van : na 25 jaar alleen voor uw eigen te minitoko te hebben gewerkt, betaald van onze belastingcente, kunt u nu opzouten.
Denk wel met oprotpremie. Een hoge. Ik zie de advocaat al : Mijn client is slachtoffer van een cultuur geworden bla bla en staat nu kansloos op straat. Wie komt die nog aan de bak na 25 jaar prutswerk in een prutsomgeving.
Tijd voor de hervormers en daar hebben we nogal wat van.
De Agile coaches van meer dan 200 euro/uur.
Ze brengen ook filmpjes hoe het zou moeten, met animaties.
En je kan de language kiezen, want we inclusief. “Through diversity united” las ik laatst in onze verplichte bedrijfstraing in het bedrijf waar ik nu een opdracht voor heb. Ik heb al verteld dat ik daar gevoelig voor ben.
Nou, ik ben klaar met zeiken langs de zijlijn.
Het was weer een waar genoegen.
Als je kijkt wie in het verleden directeur bij het UWV waren, dan is het niet verbazingwekkend dat men men niet naar adviseurs is gaan luisteren en steeds meer geld voor steeds minder bruikbare ICT is gaan uitgeven. Ik ga ervanuit dat de meeste directieleden niet hebben begrepen welke vervolgstappen noodzakelijk waren ook al waren de vragen in wezen keer op keer hetzelfde en de antwoorden ook.
De keuze is doorgaan totdat de wal op een dure wijze het schip keert, of toch maar eens luisteren naar de adviezen.
De zijlijn omschrijft aardig de rollen van Waldorf en Statler want beiden opereerden ooit zelf volgens de wet van Parkinson waardoor in periode 2013-2019 het aantal ambtenaren in Nederland met zo’n 10% toenam ondanks een voortschrijdende digitalisering. Verdeeld naar de rollen groeide het salarishuis scheef doordat de nieuwe apparatsjiks afhankelijk zijn van de connecties want de overheid is een leuke baantjesmachine voor de academici zonder toekomstperspectief.
Oude communisten die een strakke, centrale aansturing van zelfstandige bestuursorganen willen klinkt dan als een terugkeer naar vroeger want een overheid niet kan transformeren naar een model van vertrouwen zonder een waterdichte controle op de macht. Burgerlijke zorgen over een toekomst waarin machines de besluitvorming overnemen worden vooral versterkt door de principes van wet van Conway. Hedendaags instrumentarium in datasynthese noodzaakt dan ook tot een segmentering in silo’s omdat doelmatig niet gelijk is aan rechtmatig.
Als je kijkt naar Loon- en salarispakketten, boekhoudsystemen e.d. kun je meestal in een paar zinnen de basisfilosofie van een een systeem of architectuur benoemen. Je weet dan direct in welke mate voorzien is in onvoorzienbare zaken, hoe de data-integriteit gewaarborgd is, hoe eenvoudig de consistentie steeds opnieuw kan worden vastgesteld, of het systeem je na verloop van tijd/periodeafsluitingen voor voldongen feiten gaat plaatsen of niet, of je net als met video-editing terug kunt in de tijd en op peildata de exacte toestand van een moment in het verleden terug kunt zien, (in batch) wijzigingen met terugwerkende kracht kunt doorvoeren, proefscenarios voorwaardelijk kunt draaien vanuit het verleden e.d.
Ik heb in die talloze artikelen nog nooit wat gelezen van een architectuurprincipe bij UWV. Wellicht hebben hun ‘silo’s’ allemaal wat ad hoc architectuurtjes. Dat zou veel verklaren. Wellicht kan Computable daar in de toekomst wat dieper naar kijken met al die insiders. Zijn mutaties cumulatief? Zijn mutaties debet/credit-neutraal? Hoe zit het met transactionaliteit over die silo’s heen? Dat soort dingen.
Al die rapporten vallen, jammer voor UWV, ook onder categorie ‘actieve openbaarmaking’. Nu weigeren deze over te dragen is eigenlijk nu al onwettelijk, maar dan weer gelukkig voor UWV, nog niet als ‘verplicht’ ingefaseerd.
Heb ooit meegewerkt aan een project bij het UWV,, ik deel de kritiek op het UWV , te veel mensen bemoeien zich met dingen waar ze geen enkele vorm van inzicht hebben maar wel hun stempel erop willen drukken, en als het dan misgaat en als je dan mee buigt krijgt de uitvoerende zelden de schuld zo zijn ze dan ook weer. dan ligt het aan te weinig tijd en budget en derden buiten de organisatie.
Het probleem is ze hebben te weinig eigen ICT kennis in huis, en te lange lijnen, en een hoofd ICT kan geen koppen tegen elkaar slaan dat wat ze willen bij een UWV onderdeel gewoon niet kan of onveilig .
En te veel uurtje factuurtje consultants die alleen maar naar hun projectje kijken.
Vierkante blokjes en ronde gaatjes zou het probleem ook kunnen zitten in het feit dat het architectuur denken in ICT vast loopt op een filosofie die technologisch gedreven is en onvoldoende rekening houdt met alle menselijke en organisatorische realiteiten. Misschien kan onze huisfilosoof wat zeggen over meer mensgericht werken want de basisfilosofie van de boekhouder loopt stuk op het platslaan van een realiteit in cijfers. Tenslotte zijn beslissingsmodellen gebaseerd op cijfers terwijl menselijke factor van flexibiliteit, empathie en aanpassingsvermogen minder rationeel is dan gewogen de score van alle debet/credit mutaties.
Quid pro quo in een participatiemaatschappij is economisch wat eenzijdig als we in de overwegingen van een nieuwe koers de oude meewegen want in de periode van 2013-2019 werden veel overheidstaken in het sociale domein naar publiek-private instellingen afgestoten. Jammer dat vanuit deze bezuinigingen al dat werk zonder het benodigde geld kwam waardoor er ruimschoot gefraudeerd werd omdat de 10% extra ambtenaren vooral voor de communicatie waren waardoor controle achterwege bleef. Nieuwe ronde, nieuwe kansen vanaf de zijlijn roepen dat het allemaal anders moet terwijl er nog het puin geruimd wordt van de vorige verandering gaat om verdienen aan de chaos.