De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) waarschuwt dat het gebruik van ai-chatbots kan leiden tot datalekken. De privacy-waakhond heeft de afgelopen tijd al meerdere meldingen binnengekregen van datalekken doordat medewerkers persoonsgegevens van bijvoorbeeld patiënten of klanten deelden met een chatbot die gebruikmaakt van kunstmatige intelligentie (ai). Door het invoeren van persoonsgegevens in ai-chatbots kunnen de bedrijven die de chatbot aanbieden ongeoorloofd toegang krijgen tot die persoonsgegevens.
Bij een van de datalekken waarvan de AP een melding kreeg, had een medewerker van een huisartsenpraktijk – tegen de afspraken in – medische gegevens van patiënten ingevoerd in een ai-chatbot. Medische gegevens zijn zeer gevoelige gegevens en krijgen niet voor niets extra bescherming in de wet. Die gegevens zomaar delen met een techbedrijf is een grote schending van de privacy van de mensen om wie het gaat.
Ook kreeg de AP een melding binnen van een telecombedrijf, waar een medewerker een bestand met onder meer adressen van klanten had ingevoerd in een ai-chatbot.
De AP ziet dat veel mensen op de werkvloer gebruikmaken van digitale assistenten, zoals ChatGPT en Copilot. Bijvoorbeeld om vragen van klanten te beantwoorden of om grote dossiers samen te vatten. Dat kan tijd schelen en werknemers minder leuk werk besparen, maar er kleven ook grote risico’s aan.
Op eigen initiatief
Bij een datalek gaat het om toegang tot persoonsgegevens zonder dat dit mag of zonder dat dit de bedoeling is. Vaak gebruiken medewerkers de chatbots op eigen initiatief en tegen de afspraken met de werkgever in: als daarbij persoonsgegevens zijn ingevoerd, dan is sprake van een datalek. Soms is het gebruik van ai-chatbots onderdeel van het beleid van organisaties: dan is het geen datalek, maar vaak niet wettelijk toegestaan. Organisaties moeten beide situaties voorkomen.
De meeste bedrijven achter chatbots slaan alle ingevoerde gegevens op. Die gegevens komen daardoor terecht op de servers van die techbedrijven, vaak zonder dat degene die de data invoerde zich dat realiseert. En zonder dat die precies weet wat dat bedrijf met die gegevens gaat doen. De persoon van wie de gegevens zijn, zal dat bovendien ook niet weten.
Maak afspraken
Volgens de AP is het belangrijk dat organisaties met hun medewerkers duidelijke afspraken maken over de inzet van ai-chatbots. Mogen medewerkers chatbots gebruiken, of liever niet? En als organisaties het toestaan, moeten zij aan medewerkers duidelijk maken welke gegevens zij wel en niet mogen invoeren. Organisaties zouden ook met de aanbieder van een chatbot kunnen regelen dat die de ingevoerde gegevens niet opslaat.
Als het toch mis gaat, en een medewerker persoonsgegevens lekt door tegen de gemaakte afspraken in een chatbot te gebruiken, dan is een melding aan de AP en aan de slachtoffers in veel gevallen verplicht.