COLUMN – Ik begin steeds meer terug te verlangen naar de ouderwetse PTT. Van de PTT wist je tenminste dat het een monopoliepositie had. En ik weet ook wel dat als we nu nog steeds de PTT hadden dat we nog steeds met een krakende 5 Kb-modem zaten. En als je geluk hebt een ISDN-lijn.
Nu hebben we supersnel glasvezel. Tenminste, als je genoeg betaalt. Als je niet genoeg betaalt dan knijpen ze de leiding dicht. Segmentatie noemen ze dat, waarbij je de verschillende doelgroepen kunt bedienen. De rijken, de middenklasse en het klootjesvolk.
Lastiger maken
Bij de Albert Heijn doen ze dat ook. De duurste producten liggen op grijphoogte. Je gooit ze in één beweging heel gemakkelijk in je karretje. De eigen merkproducten, daarvoor moet je je strekken want die liggen hoger. En als je nog minder geld hebt dan heeft de Albert Heijn, de AH basic (voorheen Euroshopper)-producten. Hiervoor moet je bukken. Des te minder geld je hebt, des te lastiger het je wordt gemaakt.
De glasvezelproviders doen dit nu ook. Alleen ze hebben maar één product. Dus ze hebben moeite gedaan om er drie producten van te maken. Ze hebben speciale apparatuur en software ontwikkeld om dit mogelijk te maken. Een soort omgekeerde innovatie. De goedkopere abonnementen kost de provider ook meer. Het is goedkoper om iedereen gewoon de volle breedte te geven.
Dikke stront
En terwijl ik dit opschrijf weet ik dat de gemiddelde lezer zal denken, ja logisch. Dit is marketing. Maar er zijn dus mensen op de ontwikkelafdeling van de internetproviders bezig geweest, niet om het voor klanten beter te maken maar om het zo traag als dikke stront te maken. Zouden ze ook de vraag hebben gesteld, ‘hoe traag kunnen we het internet maken en dat het dan nog steeds wordt verkocht?’
En op zo’n moment verlang ik terug naar de PTT. De PTT behandelde iedereen hetzelfde. Het was voor iedereen kut. Maar je hoefde in ieder geval niet te bukken.
Jacob Spoelstra
Jacob Spoelstra is columnist en stand-upcomedian. Kijk voor meer informatie op www.jacobspoelstra.nl
Het knijpen van de bandbreedte op basis van ‘pay-per-use’ lijkt me eerlijker dan één tarief met een laissez faire policy in het gebruik. De noodzaak voor de garantie dat je een goede videoverbinding hebt werd pijnlijk duidelijk tijdens een pandemie omdat op één netwerk verschillende diensten aangeboden worden met afwijkende eisen in de kwaliteit waardoor er zoiets is als Quality of Service. Eén product maar verschillende levels in bandbreedte, latency, jitter en packet prioritering lijkt me eerder als speedlanes in pretparken dan de wachtrij bij de kassa van AH. Nu kun je een duurder kaartje voor de positievere ervaring ook voorkomen door naar het pretpark te gaan als het regent want de attracties met natte stoeltjes kennen dan opeens geen wachtrij meer.