Interview | Carl Maas, country manager Benelux Celonis
Wie langs de soms kilometerslange file vrachtwagens voor een grensovergang rijdt, kan niet anders dan medelijden hebben met de chauffeurs. De bestuurders zijn administrateurs, omdat overheden en transporteurs hun processen niet op orde hebben. Tenminste, dat is de stellige overtuiging van Carl Maas, country manager Benelux bij Celonis.
Tijdens de gebruikersconferentie Celosphere’23 in München neemt Maas even de tijd om Computable bij te praten. Hij staat aan het hoofd van het vijftigkoppig kantoor in Amsterdam en bedient de Benelux. ‘Wij hebben alleen klantgerichte functies; onderzoek en ontwikkeling gebeurt op het hoofdkantoor in Duitsland’, verklaart hij. In de Benelux heeft Celonis bijna vijftig klanten, verspreid over vrijwel het gehele spectrum aan branches. Over de vrachtwagens kunnen we kort zijn, zo blijkt. Te veel transportbedrijven hebben hun processen (nog) niet gedigitaliseerd en overheden hebben de regelgeving niet gestroomlijnd. Zijn handen jeuken om dit probleem aan te pakken.
Op de vraag wie hij als klant zou willen hebben, volgt natuurlijk geen naam van een bedrijf of overheidsinstantie. Maar ‘overheden’ in zijn algemeenheid zouden volgens hem baat kunnen hebben bij de processmining-tools die Celonis biedt. Hij wil het zelf niet met zoveel woorden zeggen, maar beaamt de opmerking dat de Belastingdienst dan vooraan staat. ‘Bij de publieke sector valt nog een wereld te winnen’, gaat hij verder. ‘De overheid staat bekend om oude software, vaak maatwerk. Te veel dingen lopen mis daardoor. Als wij de data hebben ingelezen, dan kunnen we precies nagaan hoe de processen verlopen en aangeven waar verbeteringen mogelijk zijn. Wij bouwen dan een nieuw model.’
Gezien het belang van overheidshandelen voor burgers en bedrijfsleven en de constatering dat er nog veel onnodig fout gaan, komt Maas met een verzuchting: ‘Waarom is er eigenlijk geen staatssecretaris Technologie?’ Een punt dat volgens hem bij de lopende kabinetsformatie op de agenda zou moeten staan.
Leider
Maas wijst op het Gartner-rapport ‘Magic Quadrant for Process Mining Tools’ (maart 2023); het eerste in zijn soort. ‘Wij zijn er trots op dat wij bovenaan staan in het leiders-quadrant. Tegen 2025 zal tachtig procent van de organisaties, gedreven door de verwachting van kostenreductie en verbeterde procesefficiëntie door automatisering, processmining-mogelijkheden integreren in minstens tien procent van hun bedrijfsactiviteiten.’
In het rapport legt de analistengroep vijftien aanbieders van processmining-tools langs de meetlat. Over Celonis meldt Gartner: ‘Celonis is een leider in dit Magic Quadrant. Het beoordeelde processmining-aanbod is Celonis Execution Management System (EMS), een processmining-platform. Celonis EMS is een process-intelligence-cloudplatform. Naast processmining-functionaliteit biedt deze oplossing ook realtime-data-inname, inclusief streaming data, workforce-productiviteit en op machine learning gebaseerde procesmodellering en simulatie. De process-intelligence biedt ook de mogelijkheid om via Action Flows die gebruikersacties automatisch aan te sturen of acties zelfs direct te automatiseren in de bronsystemen.
Celonis is geografisch verspreid over 22 kantoren wereldwijd. West-Europa, de VS en Japan zijn de belangrijkste geografische markten. De klanten omvatten alle bedrijfstakken. Celonis heeft een nieuwe basistechnologie geïntroduceerd die een bedrijfproces kan weergeven door objecten en gebeurtenissen (events) te volgen en zichtbaar te maken in plaats van te vertrouwen op de traditionele event logs. Deze innovatie is gericht op het schaalbaar, snel en veilig visualiseren van processen; en brengt frissere inzichten met real-time gegevens, verbeterde task mining en intelligente uitvoering.’
Over dit laatste – object-centric process mining – schreef Computable recent in het interview met prof. Wil van der Aalst, die tevens chief scientist is bij Celonis.
Land en zee
Maas is in zijn nopjes met het oordeel van Gartner, om snel terug te keren naar de praktijk van alledag. Hij haalt een paar feiten aan: dertig procent van alle containers worden leeg vervoerd. Dat is zestig miljoen containers die jaarlijks over land en zee reizen zonder dat er iets in zit. Twintig procent van alle Europese vrachtwagens rijdt leeg rond. Eén op de vijf orders wordt afgeblazen, omdat het betreffende bedrijf niet kan zien dat de spullen wél op voorraad zijn. Wereldwijd worden gemiddeld dertig duizend vluchten dagelijks vertraagd; dat zijn dertig duizend kansen voor procesverbetering. En zo kan hij nog wel even doorgaan.
Anheuser-Busch InBev, vaak kortweg AB-InBev genoemd, is de grootste brouwerijketen ter wereld. De multinationale onderneming heeft haar hoofdzetel in Leuven – en is klant van Celonis. ‘Wij hebben hun SAP-omgeving geanalyseerd, inclusief de logistieke component, alle leveringen aan restaurants. Toen bleek dat vrachtwagens half leeg reden. Dat we dit konden verbeteren, was een bijvangst van het in kaart brengen van alle processen. Het gevolg is dat InBev sneller kan leveren, een lagere milieulast heeft, een betere verstandhouding met de klanten kreeg, en uiteindelijk ook veel geld bespaart.’
Een ander voorbeeld is waar Celonis Benelux bij een bank fraudebestrijding heeft verbeterd. ‘Dit valt eigenlijk onder het kopje ‘ken jouw klant’, waardoor afwijkingen eerder opvallen’, aldus Maas.
ESG
Elk bedrijf, weet Maas, kijkt tegenwoordig naar ESG (Environmental, Social & Governance). Naar die aspecten van de bedrijfsvoering die gevolgen kunnen hebben voor de samenleving en/of het milieu. Naar die aspecten die mogelijk een schrobbering, dan wel (flinke) boete van toezichthoudende instanties kunnen opleveren. ‘Ze willen een inkoopproces dat duurzaam is, misschien zelfs wel circulair. Daarbij ligt de nadruk ook op de leveringsketen. Wij brengen de processen in kaart; dat hebben we al honderden keren gedaan. Daar hebben we inmiddels apps voor. Tachtig procent van de bedrijfsprocessen is bij elke onderneming hetzelfde. En die afwijkende twintig procent krijgen we wel onder de knie.’
Organisaties kloppen bij Celonis aan uit onzekerheid, zegt Maas. ‘De markt is in beweging, er zijn geopolitieke spanningen, tekorten aan van alles. Zij willen inzicht hebben in hun processen, dagelijks kunnen zien wat er binnen de onderneming gebeurt. Daar voeren we gesprekken over, maar dat is subjectief. Door te loggen wat er precies gebeurt binnen het bedrijf, krijgen we objectieve gegevens in handen. Daar kun je aan werken.’ Volgens Maas willen de meeste mensen niet veranderen. ‘Ze zeggen dan dat ze het al jaren zo doen en dat het goed gaat. Maar wij kunnen met cijfers aantonen dat het beter kan. Dan heb je een basis voor gesprek.’