Bosch heeft nieuwe technologie ontwikkeld die elektrische auto’s (electric vehicle, EV) zelf naar een laadstation laat rijden en na het opladen veilig parkeert. De Duitse fabrikant koos de elektronicabeurs CES in Las Vegas als podium om zich te profileren als voorloper op de weg naar software-gebaseerde mobiliteit.
Het bedrijf telt al meer dan 44.000 medewerkers in softwareontwikkeling. Bosch zet in al zijn divisies zwaar in op het gebruik van software en digitalisering. Het geautomatiseerde laadsysteem van Bosch is bedoeld voor parkeergarages met een geautomatiseerd parkeersysteem. Elektrische auto’s kunnen met deze nieuwe technologie zelf naar een vrije parkeerplaats met laadpunt rijden. Met een druk op de knop van een smartphone laadt een robot de batterij op zonder enige menselijke tussenkomst. Zodra het laden voltooid is, rijdt de auto zelf terug naar een parkeerplaats en is het laadpunt weer beschikbaar voor andere auto’s.
Spraakassistent
Bosch werkt veel samen met Amazon Web Services (AWS). Beide bedrijven hebben een ’point-of-interest’-assistent ontwikkeld, waarbij een camera in de auto de oogbewegingen van de bestuurder registreert om na te gaan welk restaurant of café hij of zij in het vizier heeft. De spraakassistent vertelt de bestuurder dan realtime en volledig automatisch of het restaurant open is en beschikbare tafels heeft.
Bosch bestrijkt de volledige waardeketen voor elektrische mobiliteit; van chips tot e-assen, elektrische motoren, batterijtechniek, laadstations en tal van services. Deze ambitie verklaart ook waarom Bosch sterk de focus legt op siliciumcarbide (SiC), een innovatief halfgeleidend materiaal dat een centrale rol speelt in elektrische mobiliteit. De snelle wereldwijde opmars van elektrische mobiliteit zorgt voor een enorme vraag naar deze speciale halfgeleiders. Op basis van uiterst complexe processen die het bedrijf zelf heeft ontwikkeld, produceert Bosch al drie jaar SiC-chips in zijn waferfabriek in het Duitse Reutlingen.
Output vertienvoudigen
Momenteel investeert Bosch ook meer dan 1,5 miljard dollar in een nieuwe waferfabriek in Roseville (Californië, VS). Zo kan het bedrijf zijn internationale productienetwerk voor halfgeleiders verder versterken. Tegen 2026 zou de productie van SiC-chips in de Verenigde Staten van start moeten gaan, waardoor Bosch zijn output zou kunnen vertienvoudigen. SiC-chips vergroten het bereik van elektrische auto’s en maken het laden efficiënter, met tot 50 procent minder energieverlies. Bovendien kan de auto langer rijden met één laadbeurt: het bereik ligt gemiddeld 6 procent hoger dan bij traditionele siliciumchips.
Verder kondigde Bosch in Las Vegas twee nieuwe mobiliteitsdiensten aan. Ter aanvulling op de Battery in the Cloud-service komt er een dienst die de accugegevens analyseert, de staat van de accu nagaat en de levensduur met wel 20 procent verlengt aan de hand van optimalisatie. De tweede service is gericht op wagenparkbeheerders en biedt features die er vooral op gericht zijn defecten te voorkomen.
Veel nieuwe diensten zijn erop gericht om in de industrie CO2 te besparen door de efficiëntie te verhogen. Samen met een partner ontwikkelde Bosch een software-gebaseerde ai-service, die productiebedrijven helpt om hun koolstof-voetafdruk te verkleinen. Ook in de bouw hoopt Bosch met digitalisering het energieverbruik te verminderen.