De versnelde r&d en grote vraag naar (geavanceerde) chipmachines stellen hoge eisen aan de software die ASML gebruikt. Met een brede inzet van low-code-ontwikkeltools wil Nederlands grootste techbedrijf proberen de lappendeken aan applicaties die in ‘talloze’ programmeertalen zijn geschreven, te vervangen en de grip erop te verstevigen.
Nadat eerder in de organisatie goede ervaringen zijn opgedaan met low-code, gaat ASML deze ontwikkelmethode ook bij zijn ‘kernactiviteit’ r&d gebruiken. Arjan van Gompel, chief product owner bij ASML, zei dit tijdens het Gartner IT Symposium/Xpo in Barcelona.
Plan is om alle applicaties die in zowat elke denkbare programmeertaal zijn geschreven tegen het licht te houden. Daarna bepaalt ASML welke r&d-software op een andere leest moet worden geschoeid. Vervolgens gaat het techbedrijf uit Veldhoven daar low-code op loslaten, een ontwikkelmethode die zich doorgaans prima leent voor vervanging van legacy. Low-code houdt het midden tussen handgeschreven maatwerk en standaardpakketten. Deze ontwikkelmethode maakt software flexibel, duurzaam en toekomstbestendig.
Controle
De keuze voor het Mendix-platform lag voor de hand aangezien de ASML-fabrieken draaien op SAP en Siemens PLM. Mendix is dochter van Siemens en mede daardoor thuis in productieomgevingen. Op kantoor wordt met Microsoft gewerkt, terwijl ook ServiceNow om de hoek komt kijken. Volgens Van Gompel kan je goed met verschillende ontwikkelplatformen werken.
Met Mendix denkt de topman alles weer onder controle te krijgen. Ook de onderhoudbaarheid van de applicaties valt zo te verbeteren. Low-code werkt vanuit een model dat, mits juist toegepast, structuur brengt. Bovendien krijgt ASML meer zicht op wat is gebouwd en ontwikkeld. Onderhoud en ondersteuning worden gemakkelijker als elke ontwikkelaar op dezelfde wijze werkt. Ook kan je applicaties sneller verbeteren.
Van Gompel, bij ASML verantwoordelijk voor het Mendix-platform en de Application Factory, heeft uitgebreide ervaring met low-code. Hij deed in Barcelona uit de doeken hoe je deze ontwikkelmethode het beste in een organisatie inpast. Dit gaat verder dan alleen implementatie.
‘De hele omgeving wordt zo opgezet dat de kwaliteit van applicaties goed is te checken. De ontwikkelaars krijgen dan meteen feedback. Ze zien of ze zich aan de standaarden en richtlijnen hebben gehouden. Het systeem loodst hen door de fasen van ontwikkeling. Zo kunnen ze uitgroeien tot volwaardige Mendix-ontwikkelaars. Want ondanks hun it-achtergrond en -kennis zijn training en ervaring nodig om de applicaties op de juiste manier op te zetten. Vooral de architectuur is een punt,’ meldt Van Gompel.
Personeelswerving
De strategie is ‘van de plank te kopen’ als dat kan. Zo niet, dan is aanpassing van systemen gewenst. Alleen wanneer dat niet mogelijk is, komt eigen ontwikkeling in beeld. ASML doet dat met een groot ecosysteem van leveranciers die allerlei componenten leveren aan die omgeving.’ De zelfbouw concentreert zich op de r&d, die cruciaal is om vooraan in de race te blijven.
ASML heeft de afgelopen jaren al belangrijke veranderingen doorgevoerd. ‘Zo is overgestapt van een project- naar een productomgeving. Van een ik-cultuur waar het individu centraal staat maakte ASML de beweging naar een wij-cultuur. De it veranderde ook. De oplevering van een nieuw systeem is geen Big Bang meer die als een waterval komt. De ontwikkelteams en it daaromheen gaan ‘agile’ werken, veel meer iteratief.’ ASML past daarbij de ‘safe; -methode (scaled agile framework) toe, een gestructureerde benadering met duidelijke richtlijnen voor rollen en verantwoordelijkheden, de planning en het beheer van het werk en de waarden.
Bij die ‘agile’ werkwijze horen ook andere tools voor het bouwen van applicaties. Zo kwam ASML op low-code uit. Die methode kan de ontwikkeling versnellen. Zeker nu ASML in hoog tempo nieuwe versies van machines uitbrengt en snel expandeert, moet de it op tijd leveren en de groei van het bedrijf volgen. Tegelijk moet de ontwikkelomgeving controleerbaar blijven, terwijl de gebouwde applicaties goed onderhoudbaar moeten zijn. Het is nodig om gemakkelijk en vlot prototypes te ontwikkelen. Het gebruik dient flexibel te zijn.
Kunst
Van Gompel: ‘ASML moet interactie teweegbrengen uit de combinatie van SAP en het informatie-managementsysteem Siemens Product Lifecycle Management (PLM) dat ook data, processen en systemen van grote toeleveranciers integreert. De kunst is die twee systemen samen te voegen en daaruit bruikbare data te halen en data uit beide systemen te vergelijken.’ Voorwaar geen eenvoudige opgave. Governance en controle hebben de hoogste aandacht.
Het is echt lifecyclemanagement. Door operaties, veiligheid en compliance te standaardiseren, heeft ASML een goede basis gelegd voor de bouw van applicaties. De onderneming streeft ernaar de software-ontwikkeling zoveel mogelijk door de aparte bedrijfsonderdelen zelf te laten doen. De technici in die afdelingen beschikken over voldoende programmeerkennis om dat eigenhandig te doen. Maar omdat dit misschien niet hun dagelijkse werk is, komt low-code als geroepen. Van Gompel: ‘Ze kunnen zo sneller applicaties bouwen van een hogere kwaliteit. Geautomatiseerde kwaliteitschecks controleren de code. Als de applicatie klaar is, wordt aan hen teruggekoppeld hoe hoog de kwaliteit is. Dan kunnen ze zelf verbeteringen aanbrengen. ASML werkt met herbruikbare componenten wat het werk van de ontwikkelaars verlicht en aantrekkelijker maakt. Niet alle afdelingen zijn groot genoeg om zelf te ontwikkelen. Daarom heeft ASML nog een klein team dat voor deze afdelingen ontwikkelt en de business ondersteunt.
De eerste resultaten van deze transformatie naar een meer robuuste it zijn bevredigend, aldus Van Gompel. ASML’s focus op low-code, safe agile en snellere vernieuwing moet de chipmachinefabrikant ook qua onderliggende it op toppositie in de race naar snellere chips houden.