Met een nieuwe brief vragen wetenschappers bijkomende waarborgen aan de Europese Commissie en de Raad om de eIDAS-wetgeving alsnog aan te passen. Ze zien eIDAS als een gevaar voor de privacy.
eIDAS staat voor Electronic Identitification And Trust Services en is een Europese verordening rond elektronische identificatie die wederzijdse erkenning van nationale inlogmiddelen mogelijk moet maken. Door gebruik te maken van eIDAS moeten gebruikers binnen de Europese Unie zich bijvoorbeeld onderling kunnen aanmelden op digitale toepassingen van de verschillende Europese lidstaten. Maar (voornamelijk) Europese wetenschappers, met professor Bart Preneel als een van de initiatiefnemers, hebben hun bezwaren. Nieuw is dat niet. Begin deze maand hadden meer dan vijfhonderd wetenschappers en een groot aantal ngo’s een open brief geschreven over ernstige problemen met de nieuwe eIDAS-verordening over elektronische identificatie en ‘trust services’. ‘Het gaat over de EU digitale portefeuille van de EU (de zogenaamde digital wallet) en mobiele authenticatie, maar er zijn ook implicaties op de veiligheid van het web’, licht Preneel toe.
De kern van het probleem is, zo stelt hij, dat EU-lidstaten de mogelijkheid krijgen om burgers af te luisteren door regels op te leggen aan browsercertificaten. ‘De regels voor portefeuille bieden ook onvoldoende waarborgen tegen het volgen of tracken van gebruikers.’
Stemming
De Europese Commissie heeft op 8 november het einde van de onderhandelingen aangekondigd. ‘Als gevolg van onze brief zijn er in extremis nog een aantal aanpassingen gedaan, maar volgens ons zijn die onvoldoende’, zo stelt hij. Daarom hebben wij een nieuwe brief geschreven die voorstelt aan het parlement om bijkomende waarborgen te vragen aan de Commissie en de Raad.’
De aanhef van deze brief maakt meteen de bezwaren duidelijk. ‘We zijn blij om te zien dat de tekst in de goede richting gaat. Helaas – en ondanks de beweringen van de Europese Commissie – geloven we geloven we niet dat onze zorgen met betrekking tot massasurveillance op een bevredigende manier zijn behandeld’, zo staat er te lezen.
De stemming in het zogenaamde ITRE-comité (Committee on Industry, Research, Telecoms & Energy) is gepland voor 28 november.