De EU wil softwareleveranciers wettelijk verplichten tot het informeren van consumenten over de verouderende werking die updates hebben op smartphones en andere digitale producten. De 'geplande veroudering' van elektronica stuit staatssecretaris Viviane Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) tegen de borst, zo blijkt uit haar antwoord op vragen van het Kamerlid Bontenbal (CDA).
Aanleiding tot deze Kamervragen is een onderzoek van de Franse autoriteiten naar de werkwijze van Apple. Bekeken wordt in hoeverre Apple probeert te voorkomen dat onafhankelijke reparateurs zijn producten kunnen repareren, doordat onderdelen niet door het product herkend worden in verband met een afwijkend serienummer.
Volgens Heijnen is het van belang om onderscheid te maken tussen dergelijke praktijken en de praktijk van vroegtijdige (geplande) veroudering. Van dit laatste is sprake wanneer producten opzettelijk zo zijn ontworpen dat deze vroegtijdig gebreken gaan vertonen, terwijl de consument mocht verwachten dat het product langer zou meegaan. In een circulaire economie moeten repareerbare producten de norm zijn en is voor geplande veroudering geen plaats, stelt de staatssecretaris.
In de praktijk is het lastig vast te stellen dat producenten de veroudering bewust versnellen. Over de omvang van geplande veroudering is mede daardoor weinig informatie beschikbaar. Wel blijkt uit onderzoek van de Europese Commissie dat consumenten steeds vaker te maken krijgen met snellere veroudering en het onverwacht stukgaan van producten. Circa driekwart van de respondenten heeft dit de afgelopen drie jaar zo ervaren.
De respondenten gaven aan dat vooral ict-producten het voortijdig begaven. In iets mindere mate staakte ook kleine huishoudelijke apparaten, andere elektronische apparaten, grote huishoudelijke apparaten en softwareprogramma’s onverwachts hun werking. Volgens de Europese Commissie wordt de levensduur van producten steeds korter. Technische mankementen zijn de voornaamste reden voor vervanging.
Onlangs zijn in de EU de onderhandelingen over een recht op reparatie gestart. Dit voorstel moet het voor consumenten gemakkelijker maken om hun producten ook buiten de garantieperiode te (laten) repareren.
Ik erger me al vele jaren aan dit fenomeen. Ik kan me niet aan de gedachte onttrekken dat we dit vroeger “apenstreken” noemden. En vele fabrikanten apen dit na. Van auto’s tot desktop PC’s en backoffice systemen, t/m telefoons en verwanten. Vreemd genoeg kan ik zelf juist met “free” en open software veel apparaten weer een kracht toekennen die het gewoon weer een actueel systeem maken, en zelfs meer. Van simpel tot zeer geavanceerd. Helaas niet altijd, en vaak is dat weer het gevolg van genoemde streken op hardware-level. Het blijft een dierentuin.
De truc van aangepaste microcode zodat algemene verkrijgbare componenten exclusief worden en daardoor duurder doen veel leveranciers. In een bedot.com economie wil de consument nu eenmaal bedot worden met de status van een A-merk. Wat betreft merk- en productbeleving lees ik dat HP nog altijd vasthoudt aan vervuilende cartridges, ik koop al jaren bij 123Ink gewoon flessen. Apple doet dus inderdaad alleen maar na wat anderen al jaren ongestraft doen.
Verbeter de wereld, begin bij een ander is het trouwens vooral de overheid die voor duur in plaats van duurzaam kiest. Zo heeft alleen Mark Rutte nog een Nokia uit het jaar kruik met alle beperkingen als het om het geheugen gaat. Lagere ambtelijke echolons willen het nieuwste van het nieuwste omdat dit status geeft. Zo laten de serienummers zien dat er nog altijd veel vervangen wordt zonder dat daar technisch een reden toe is. Of het in de praktijk lastig vast is te stellen dat producenten de veroudering bewust versnellen lijkt me dan ook discutabel.