De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) is nog niet klaar met de vijf Utrechtse gemeenten die bij de bestrijding van bijstandsfraude te lang zijn doorgegaan met een discriminerend algoritme. Ze zullen met een goed verhaal moeten komen willen ze een boete ontlopen. Binnen twee maanden dienen ze opening van zaken te geven.
De AP maakte vandaag bekend dat betrokken gemeenten om opheldering zijn gevraagd over hun gebruik van de zogenoemde fraudescorekaart. Dit is een geautomatiseerd systeem dat bijstandsgerechtigden een score geeft op basis van persoonlijke kenmerken, zoals beroep, woonwijk en opleidingsniveau. De score moet aanduiden of bij deze burgers een hogere kans op fraude bestaat.
Ondanks eerdere rechtspraak over het Systeem Risico Indicatie (Syri) dat het gebruik van zo’n systeem in strijd is met de privacywet AVG, zijn deze gemeenten ook na 2020 met de fraudescorekaart doorgegaan. Ook sloegen ze een oproep van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) in de wind om ermee te stoppen. De gemeenten haalden pas bakzeil na kritische berichten in de media. De AP noemt geen namen. Maar Lighthouse Reports, Argos en NRC onthulden vorig jaar juni dat de gemeenten Nieuwegein, Lopik, Houten, IJsselstein en Veenendaal als laatste met deze omstreden methode zijn gestopt. Overigens bepaalde het algoritme niet of iemand wel of geen uitkering kreeg, stelden de eerste vier gemeenten in een eerdere reactie. Volgens hen was de gewraakte Excel-sheet slechts ‘een hulpmiddel om te bepalen ‘wie de reguliere en wie de verkorte route doorliep.’De FNV deed begin dit jaar aangifte bij de AP tegen de vijf gemeenten. Het profileringssysteem werkte sterk in het nadeel van woonwagenbewoners. Ook kapsters, bouwvakkers en eigenaren van schoonmaakbedrijfjes kregen snel het stempel ‘fraudegevoelig’.