Bedrijven staan onder grote druk om snel resultaat te leveren. Veel van hen zoeken daarom hun heil in losstaande oplossingen die tijdelijk verlichting brengen, in plaats van te investeren in technologie die hun organisatie toekomstbestendig maakt. Deze kortetermijnoplossingen kunnen echter bijdragen aan een technische schuldenlast die groei en innovatie in de weg zit.
McKinsey stelt in een onderzoeksrapport dat een bedrijf dat meer dan de helft van zijn budget voor it-projecten besteedt aan integraties en het oplappen van legacy-systemen een grote kans verstrikt te raken in een spiraal van technologische schuld, zodat het alleen maar bezig is om rente te betalen. Een bedrijf dat gebruikmaakt van moderne technologie en weinig of geen technische schuld heeft, kan daarentegen bijna al zijn geld in investeringen in nieuwe technologische oplossingen.’
Wat is technische schuld? Technische schuld omvat alle impliciete kosten die gepaard gaan met extra werk dat moet worden uitgevoerd wanneer er is gekozen voor een snelle en eenvoudige (beperkte) oplossing in plaats van een toekomstbestendiger aanpak die meer tijd in beslag neemt. Op het gebied van softwareontwikkeling is technische schuld alles wat ervoor zorgt dat het langer duurt om taken af te ronden.
Stel dat een programmeur een applicatie ontwikkelt die ondersteuning kan bieden voor twee verschillende databases, maar besluit om zich op slechts één database te richten omdat dit eenvoudiger is qua beheer en het zakelijke vraagstuk voorlopig oplost. Die applicatie functioneert in dat geval prima, totdat er zich een nieuwe zakelijke behoefte voordoet die het nodig maakt om de applicatie met een andere applicatie te integreren. Op dat punt aangekomen realiseert de programmeur dat de data in beide databases moet worden opgeslagen en daartussen moet worden gesynchroniseerd. Het resultaat: technische schuld.
Gebrekkige code
Technische schuld stapelt zich op wanneer geschreven codes niet voldoen aan ontwerpnormen of suboptimaal presteren. En die schuld zal blijven toenemen tot het moment waarop de ongewenste gevolgen van de gebrekkige code duidelijk worden. Het zal programmeurs in de loop van een project steeds meer tijd en energie kosten om met de codebase te werken.
De opgebouwde technische schuld heeft allerlei negatieve gevolgen voor het ontwikkelingsproces. Het bijwerken, debuggen en uitbreiden van applicaties wordt almaar lastiger. Daarnaast kan het moeilijk zijn om te achterhalen waarom de code niet naar behoren werkt of om fouten snel te verhelpen, wat leidt tot tragere teamprestaties en een langere time-to-market.
Low-codeplatforms (lcap’s) brengen een automatiseringslaag aan tussen de zakelijke logica en de onderliggende technologie. Met een lcap kunnen ontwikkelaars sneller productieklare toepassingen schrijven dan met traditionele codeertalen of platforms. Met een lcap kunnen bedrijven hun technische schuld terugdringen door developers in staat te stellen om snel prototypes of minimum viable products (mvp’s) af te leveren die ze eenvoudig kunnen wijzigen. Dit vergroot de flexibiliteit op het gebied van softwareontwikkeling, zorgt voor een drastische reductie van de kosten en vermindert de nadelige impact van een gebrekkige code.
De meeste lcap’s vereisen geen aanvullende infrastructuur of software. Dat betekent dat ze snel en eenvoudig in gebruik kunnen worden genomen. Lcap’s vereenvoudigen vaak ook het versiebeheer en het testen van nieuwe programmatuur, zonder verstoring van bestaande applicaties of systemen.
Bij traditionele programmeertalen en -platforms wordt er voor de compatibiliteit met verschillende systemen vaak gebruikgemaakt van een langdradige code die regelmatig terugkeert, maar niet of nauwelijks van invloed is op de inhoud. Deze overtollige ‘boilerplate code’ maakt het lastiger de code te doorgronden. Daarmee wordt het ontwikkelingsproces trager en kostbaarder. Lcap’s reduceren het totale aantal coderegels en reiken tools aan die het ontwikkelingsproces versnellen. Programmeurs kunnen daarmee hun eigen componenten ontwikkelen die in tal van verschillende applicaties kunnen worden gebruikt. Dit bespaart niet alleen tijd en geld, maar verbetert ook de kwaliteit van applicaties.
Struikelblok
De kosten die komen kijken bij de ontwikkeling van een applicatie op basis van traditionele programmeermethoden kunnen zo hoog uitvallen dat dit organisaties afschrikt. De voornaamste reden hiervoor is dat er vaak een combinatie nodig is van verschillende elementen (hardware, softwarelicenties en manuren) om een goed werkende oplossing af te leveren. Dit is een groot struikelblok voor bedrijven die een nieuwe markt willen betreden of aansluiting zoeken bij een groot publiek.
Met een lcap hebben developers daarentegen minder infrastructuur en it-bronnen nodig, waardoor ze snel en gemakkelijk aan de slag kunnen gaan met programmeren en nieuwe applicaties in korte tijd kunnen creëren. Low-codeontwikkeling zet bedrijven op een groeitraject door het verkorten van de time-to-market, de mogelijkheid te bieden om sneller nieuwe functionaliteit uit te brengen, het reduceren van technische schuld en het verbeteren van de efficiëntie waarmee applicaties worden ontwikkeld. En met de toevoeging van artificiële intelligentie en machine learning zal de low-code-revolutie een nog grotere vlucht nemen.
Klinkt leuk, maar wie zegt mij dat het low-code platform niet vol zit met technical debt?
Als ontwikkelaar van low-code applicaties hoef je je daar inderdaad niet druk om te maken, maar dat geeft geen garantie dat er op de achtergrond alsnog van alles niet goed zit.
Nee pa, het low-code platform zit vol met proven technology 🙂