Staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Digitalisering) heeft met de Autoriteit Persoonsgegevens overeenstemming bereikt over de taakomschrijving van de nieuwe rol als algoritmetoezichthouder. Het is niet de bedoeling dat de AP bestaande toezichthouders voor de voeten gaat lopen. Ze moet die instanties bijstaan in het beter letten op verkeerd gebruik van algoritmes.
Als centrale toezichthouder gaat de AP zich in het nieuwe jaar primair richten op gevaarlijke effecten van artificiële intelligentie (ai)-systemen die een sector overschrijden. De AP moet die maatschappelijke risico’s snel signaleren, analyseren en agenderen. Daarbij valt de nadruk op het voorkomen van discriminatie en uitsluiting alsmede het bevorderen van transparantie.
De AP moet de samenwerking bevorderen tussen de verschillende toezichthouders die met algoritmes te maken krijgen. Nu bestaan er al de nodige samenwerkingsverbanden. Aan de AP de taak die samenwerkingen verder te optimaliseren. Ook zullen meer kennis en expertise moeten worden gedeeld. De AP krijgt wat dat betreft een meer faciliterende rol.
Uitbreiden
Ook moet de waakhond zien te voorkomen dat elke bestaande toezichthouder op zijn eigen manier zijn rol gaat invullen. Belangrijk is ook dat het tot een gezamenlijke uitleg van normen komt. De AP moet de eenduidigheid stimuleren en overzicht scheppen. Burgers, bedrijven en overheden moeten weten waar ze aan toe zijn. Dat kan door multidisciplinaire kennis in de vorm van guidance (richtlijnen) en normuitleg met hen te delen.
De AP zal zich in 2023 vooral moeten richten op het signaleren van risico’s, verbetering van (bestaande) samenwerkingen en een gezamenlijke normuitleg. In 2024 kan de instantie zijn werkzaamheden uitbreiden. Vanaf dat jaar kan ze haar voorlichtende functie uitbreiden, kennis vergroten en signalerings- en analysefunctie uitbreiden. Daar komt ook geld voor, oplopend tot 3,6 miljoen euro vanaf 2026.