Het is allerminst zeker dat de voorgenomen overname van softwaremaker VMware door het meer op hardware georiënteerde Broadcom kan doorgaan. De Europese Commissie opent een diepgaand onderzoek of deze transactie niet de concurrentie schaadt. Ook de Amerikaanse en Britse mededingingsautoriteiten houden de deal onder de loep.
De Europese Commissie is in het bijzonder bevreesd dat Broadcom de concurrentie beperkt op de markt voor bepaalde hardware-componenten die nauw samenwerken met VMware’s software. Deze software zit bij veel afnemers ‘diep’ in het systeem en kan niet zomaar even worden vervangen.
Met de acquisitie van VMware is 61 miljard dollar gemoeid. Het uitvoerende orgaan van de Europese Unie vermoedt dat de Amerikanen dat bedrag straks proberen terug te verdienen door machtsposities op te bouwen en klanten het vel over de oren te trekken. Uit het voorlopige onderzoek van de Commissie blijkt dat Broadcom door de transactie mogelijk de concurrentie op de markt voor de levering van network interface controllers (nic’s), fibre channel host bus adapters en opslag-adapters kan beperken.
Dit kan door verslechtering van de samenwerking tussen de server-virtualisatie-software van VMware en de hardware van concurrenten ten voordele van zijn eigen hardware. Ook dreigt het gevaar dat Broadcom de hardware van concurrenten gaat afschermen door te voorkomen dat ze de server-virtualisatie-software van VMware gebruiken of door hun toegang daartoe te verslechteren.
Vestager
Margrethe Vestager, als Eurocommissaris belast met het mededingingsbeleid, laat weten dat een eigen eerste onderzoek heeft aangetoond dat het essentieel is dat hardware-componenten in servers samenwerken met de software van VMware. ‘We zijn bezorgd dat Broadcom na de fusie zou kunnen voorkomen dat zijn hardware-rivalen samenwerken met de server-virtualisatie-software van VMware. Dit zou leiden tot hogere prijzen, lagere kwaliteit en minder innovatie voor klanten en consumenten.’
Broadcom kan ook de ontwikkeling van smart nic’s door andere providers belemmeren, aldus de Commissie. In 2020 lanceerde VMware Project Monterey met drie smart nic’s-verkopers (Nvidia, Intel en AMD Pensando). Broadcom zou de betrokkenheid van VMware bij Project Monterey kunnen verminderen om zijn eigen nic’s-inkomsten te beschermen. Dit zou innovatie kunnen belemmeren ten nadele van klanten.
Broadcom gaat mogelijk ook de virtualisatiesoftware van VMware bundelen met zijn eigen software (namelijk mainframe- en beveiligingssoftware) en biedt de virtualisatiesoftware van VMware niet langer aan als een op zichzelf staand product, waardoor de keuze wordt beperkt en concurrerende softwareleveranciers mogelijk worden uitgesloten.
Onzekerheid
Sinds Broadcom vorig jaar mei het overnameplan aankondigde, heerst er onzekerheid onder meer bij afnemers die voor hun datacenter-infrastructuur afhankelijk zijn van VMware’s vSphere. Ook binnen VMware rommelt het. Mark Lohmeyer, baas van de divisie cloud-infrastructuur, Ajay Patel, de baas van de divisie applicaties en management, en Tom Gillis, baas van netwerk en security, vertrekken. Ze hebben geen zin om voor Broadcom te werken. Broadcom heeft de reputatie bepaald niet zachtzinnig met medewerkers en klanten om te gaan. De chipleverancier heeft het imago een enorme geldmachine te zijn waarbij alles om winst draait.
In een eerste reactie stelt Broadcom met de onderzoekers van de mededingingsautoriteiten te blijven samenwerken. Volgens Broadcom vergroot de deal met VMware de concurrentie op de cloudmarkt die wordt gedomineerd door AWS, Microsoft en Google.