Het veel gebezigde mantra 'data zijn het nieuwe goud' is in de praktijk nog niet geland bij veel organisaties. In een internationaal data-onderzoek van HPE zegt slechts dertien procent (in Nederland elf procent) van de respondenten dat de datastrategie van hun organisatie een belangrijk onderdeel is van hun bedrijfsstrategie.
Uit het onderzoek, uitgevoerd door YouGov in opdracht van HPE, onder meer dan 8.600 besluitvormers uit verschillende sectoren en de publieke sector in negentien landen (wel Nederland, geen België) blijkt dat een gebrek aan ‘volwassenheid van data’ (data maturity) een belemmering vormt om belangrijke resultaten te behalen, zoals omzetgroei, innovatie, verbeterde klantervaring of verduurzaming, zowel in de private als de publieke sector. Dit, terwijl circa twee derde van de respondenten zegt dat het voor hun organisatie van strategisch belang is om controle te hebben over hun data en middelen om waarde te creëren uit die data.
HPE presenteerde de resultaten van het onderzoek op HPE Discover, dat 7 en 8 december plaatsvindt in Frankfurt. Volgens Antonio Neri, topman van HPE, stelde hij twee jaar geleden al vast dat het tijdperk ‘data insight’ was begonnen. ‘Data komen ooit op de balans van elk bedrijf te staan. Maar dan moeten we wel van een cloud-first- naar een data-first-benadering om het potentieel aan data te ontsluiten. Wat betekent dat organisaties hun strategische, organisatorische en technologische keuzes op dat vlak op elkaar moeten afstemmen.’
Volg een training
Maar slechts dertien procent (NL 11 procent) van de respondenten zegt dat de datastrategie van hun organisatie een belangrijk onderdeel is van hun bedrijfsstrategie. Bijna de helft van de respondenten geeft aan dat hun organisatie geen of slechts af en toe budget uittrekt voor data-initiatieven (NL 33 procent) via het it-budget (NL 17 procent). Al gebruikt zo’n helft de respondenten wel al machine learning- of deep learning-methoden voor data-analyses. Anderen vertrouwen nog op spreadsheets (29 procent; NL 31 procent) of business intelligence en losstaande rapporten (18 procent; NL 28 procent).
Bernd Bachmann, adviseur artificiële intelligentie (ai) voor de regio Dach/Central Europe bij HPE, erkent dat een data-first-strategie rond digitale transformatie niet één-twee-drie is uit te stippelen. ‘Het is voor veel organisaties complex om te begrijpen waar de waarde in hun gegevens zit en hoe die te verzilveren is. Besluitvormers hebben moeite te bepalen in welke use-cases zij moeten investeren. Mijn advies: volg een training op het gebied van big data en ai en ga vervolgens werken aan een businesscase.’
Data-silo’s
Het creëren van waarde uit data vereist het samenbrengen van data of data-inzichten uit verschillende applicaties, locaties of externe dataruimtes. Alleen, de meeste organisaties werken nog met datasilo’s waarin gegevens geïsoleerd staan in individuele applicaties of locaties. In Bachmanns optiek kunnen die beter worden ondergebracht in een centraal beheerde data-hub of fabric die uniforme toegang biedt tot realtime-data in de gehele organisatie.
Bachmann: ‘Zo krijg je beter zicht op alle processen en kun je waarde creëren. Ik was laatst bij mijn lokale bank. Daar stond een mevrouw aan de balie die een rekening opende. Zij vroeg of zij die dag haar betaalpas kon gebruiken. ‘Nee’, zei de bankemployee, ‘dat kan pas morgen want ons systeem moet dit vannacht nog verwerken’. Hier heb je dus een voorbeeld aan de hand waarbij je door op een andere manier je bedrijfsprocessen en dataverwerking in te richten aan de backend, je de klant beter zou kunnen helpen.’
Data maturity-model HPE
Het onderzoek van YouGov is gebaseerd op een door HPE ontwikkeld data-volwassenheidsmodel. Het laagste maturiteitsniveau (1) wordt ‘data-anarchie’ genoemd; op dit niveau zijn datapools van elkaar geïsoleerd en worden ze niet systematisch geanalyseerd om inzichten of resultaten te creëren. Het hoogste niveau (5) wordt ‘data economics’ genoemd; op dit niveau maakt een organisatie strategisch gebruik van data om resultaten te bereiken, op basis van een uniforme toegang tot zowel interne als externe databronnen die worden geanalyseerd met geavanceerde analyses en kunstmatige intelligentie.
Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat veertien procent (Nederland 15 procent) van de organisaties zich op ‘maturity’-niveau 1 bevindt (data-anarchie), 29 procent (NL 34 procent) op niveau 2 (data-reporting), 37 procent (NL 35 procent) op niveau 3 (data-insights), 17 procent (NL 14 procent) op niveau 4 (data-centricity) en slechts 3 procent (NL 2 procent) op niveau 5 (data-economics). Het gemiddelde ‘datavolwassenheidsniveau’ van organisaties is 2,6 (NL 2,5) op de vijf-punts-schaal.