Intel gaat nieuwe chipfabrieken niet meer volledig zelf financieren, maar doet dit samen met grote vermogensbeheerders. Als eerste is met de Canadese vermogensbeheerder Brookfield Asset Management (BAM) een cofinanciering van dertig miljard dollar aangegaan voor de nieuwe chipfabriek in Chandler (Arizona). Het is voor de chipindustrie een ongebruikelijke manier van financiering.
De ambitie om weer een leidende fabrikant te worden die niet meer is aangewezen op de productiefaciliteiten van TSMC en andere Aziatische chipmakers, drijft Intel in de armen van kapitaalkrachtige partijen. De inhaalactie van Intel, dat de laatste jaren flink achterop was geraakt, vereist de komende jaren agressieve investeringen. Sinds het aantreden van Pat Gelsinger zet Intel weer in op productie in eigen huis. Financieel evenwel ondervindt Intel zware tegenwind. Mede daarom is nu voor een bijzondere constructie gekozen. Een financieringsvehikel, waarin Intel een belang van 51 procent en Brookfield de rest krijgt, wordt eigenaar van de nieuwe productievestiging in Arizona. De inkomsten worden in dezelfde verhouding verdeeld.
Dat de vermogensbeheerder risicodragend meedoet, zegt iets over het vertrouwen in de chipmarkt op de lange termijn. Brookfield sloot eerder dergelijke deals in sectoren als energie en telecom waar de kapitaalbehoefte eveneens groot is.
Schuldenlast
Voor Intel heeft de transactie het voordeel dat zijn schuldenlast minder snel toeneemt en is een snellere expansie mogelijk. De investering in nieuwe productiefaciliteiten vreet immers kapitaal. De inflatie verhoogt de kosten van de bouw nog eens aanzienlijk. Bovendien is de vervaardiging van de nieuwe generatie ultradunne chips duurder dan ooit.
Intel profiteert in aanzienlijke mate mee van de Amerikaanse Chips Act. De regering in Washington subsidieert de eigen chipindustrie met liefst 53 miljard dollar. Alle hoop van Intel is op de lange termijn gericht. Momenteel draait het bedrijf ronduit slecht, terwijl de resultaten over het tweede kwartaal van dit jaar zwaar teleurstelden. De omzet daalde 22 procent tot 15,3 miljard dollar. Ook het aangepaste bedrijfsresultaat kromp, en wel met 78 procent kromp naar 1,4 miljard dollar.