Op de Nationale Carrièrebeurs in de RAI halen werkgevers alles uit de kast om young professionals te paaien. Die leunen op hun beurt achterover want de baankansen vallen als rijpe appels van de boom. Werkgevers zijn tot veel bereid. ‘We gaan ook in gesprek met taalkundigen.’
Bob Zandvliet, test automation consultant bij Sogeti, zoekt jong talent. Het is vrijdag 22 april. Hij staat op de Nationale Carrièrebeurs en hoewel het aanwezige talent uit de it en techniek op hun paasbest zijn gekleed, hoeven ze niet bang te zijn om níét in de smaak te vallen. Werkgevers hebben dringend behoefte aan personeel en een leger aan recruiters staat klaar om te scoren. Neem dus Zandvliet. Hij wil zoveel mogelijk gesprekken aangaan met testers, programmeurs, cloud-engineers, architecten, scrummasters en agile coaches. Zandvliet: ‘Ik kijk of mensen nieuwsgierig zijn en vragen durven te stellen. De techniek leren we hen later wel. We gaan ook in gesprek met taalkundigen. Die zijn nauwkeurig. Dat helpt als ze willen werken als tester.’
Naast Sogeti is er een regiment aan it-bedrijven vertegenwoordigd. Een kleine greep: Ordina, CGI, Capgemini, Accenture, Exact, Amazon en Adyen. Allemaal vissen ze in een vijver waarvan je zou denken dat die leeg was, allemaal maken ze reclame voor spannende projecten, allemaal hebben ze torenhoge groeiambities want de digitalisering van de maatschappij is in volle gang. ‘We zoeken een groot aantal jonge professionals’, zegt Tom van der Leest van CGI. Collega-recruiter Jolanda Beelen valt bij: ‘We zoeken mensen die domeinkennis en it-kennis combineren, bijvoorbeeld harde skills en affiniteit met de energietransitie.’
Baangarantie
In de stand van Capgemini treffen we Elise Lakerveld, als relatie- en eventmanager verbonden aan de Capgemini Academy en ‘verbindingsschakel’ met hogescholen en universiteiten. ‘Wij bieden jonge mensen stabiliteit, een buddy en een vast contract. We geven hen kansen om zich te ontwikkelen. Eigenlijk trainen ze vooral zichzelf tijdens het werk voor onze klanten. Omdat de nood hoog is, bekijken we alle opties voor it’ers én mensen zonder technische achtergrond. Daar zit geen nummer op. En ja, misschien kunnen we iets betekenen voor Oekraïners; die willen graag en hebben vaak een hoog niveau. We onderzoeken de mogelijkheden samen met de gemeente Amsterdam.’
Make IT Work, zes jaar geleden opgericht door de Hogeschool van Amsterdam, biedt ‘omscholingsprogramma’s met baangarantie’ voor zij-instromers. Denk aan het conservatorium, geneeskundigen, archeologen of ingenieurs. Meestal hebben zij al een baan. Die zeggen ze op om in de it aan de slag te gaan. Het omscholingstraject van Make IT Work duurt elf maanden. Na vijf maanden bijscholing (aan een van de aangesloten hogescholen) treden ze betaald bij een werkgever in dienst.
Geen aanmeldlokkertjes
Accountmanager Baukje Siebrecht van Make IT Work vertelt: ‘We hoeven geen winst te maken en kunnen alle aandacht geven aan de voorbereiding van zij-instromers op hun nieuwe carrière. Al bijna duizend personen hebben we omgeschoold. Het belangrijkste is dat ze intrinsiek gemotiveerd zijn. Aanmeldlokkertjes? Nee. Als het hen om een mooie leaseauto gaat, kunnen ze het beter ergens anders proberen.’
Siebrecht staat niet alleen bij het volledig inzetten op de inhoud. Bij het woord ‘aanmeldlokkertje’ trekken de meeste it-werkgevers een vies gezicht. Intrinsieke motivatie is wat telt. Kandidaten mogen dus zij-instromers, mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt of uit andere branches zijn. Ordina zet er fors op in. Hr-medewerker Jetske Bakker van Ordina, verantwoordelijk voor ‘campus recruitment’, zat zelf ooit op de Mode Academie. Ze werd recruiter en daarna it-recruiter. Of modeontwerpers en musici ooit hun draai kunnen vinden in de it? ‘Daar twijfel ik niet aan. Als ze enige programmeerkennis hebben opgedaan in hun vrije tijd, is er veel mogelijk. It is niet zo grijs als je denkt, it’ers zijn supercreatief en hebben passie.’
Lol hebben
Met aanstekelijk enthousiasme vertelt Bakker over de hoge-prestatieteams van Ordina, waarin Java- en .NET-specialisten samen met bijvoorbeeld ux-designers, scrummasters, testers en business-analisten mooie dingen gaan maken bij de klant. Zij bevestigt dat Ordina zomaar enkele honderden young professionals zou kunnen plaatsen. ‘We bieden hen stageplekken aan voor programmeren en consultancy. En we leiden hen op in sociale vaardigheden, zodat ze onze klanten kunnen begeleiden in transities. Maar we willen ook gewoon lol hebben met elkaar.’
Ook bij Sogeti moet het leuk blijven. Hoewel het bedrijf een groot opleidingsaanbod biedt, en medewerkers zelfs naar de Ohio University stuurt om te leren werken in hoge-prestatieteams, gaat het zonder fun niet lukken om personeel binnen te hengelen. Bob Zandvliet over fun: ‘Al onze community’s hebben hun eigen avonden. Ik zit zelf in een team met veertig test automatiseerders. We organiseren pizza-avonden en guild-meetings. We hebben ook een SoPlay Game Night met dit jaar een Nerf Gun Battle. Volgende maand gaan we bowlen en misschien een filmavondje doen. Samen naar The Big Lebowski kijken? Goed plan. Dat is toch de klassieke bowlingfilm?’
(Dit artikel verscheen eerder in Computable-magazine #04/22.)
Zandvliet: ‘Ik kijk of mensen nieuwsgierig zijn en vragen durven te stellen. De techniek leren we hen later wel. We gaan ook in gesprek met taalkundigen. Die zijn nauwkeurig. Dat helpt als ze willen werken als tester.’
het is duidelijk. nieuwsgierig en vragen durven stellen, van techniek niets weten, komt later wel.
eigenlijk is taalkunde al genoeg, die zijn nauwkeurig. dat helpt..
hoe zou zo’n interview gaan
schaars talen : eeh, waar gaat het over ?
hengelaar : weet ik ook niet, maar je klinkt nieuwsgierig, je bent aangenomen. Het vak leer je later wel, bij die nerds.
Jongen, leer een vak waar altijd behoefte aan is, dan heb je later altijd werk. De wijze raad van veel vaders.Tijden zijn veranderd. Het hoeft allemaal niet meer. Nieuwsgierig domme vragen stellen is voldoende. Taal spreken mag ook.
Zal wel weer een zure reactie worden gevonden.
Ik zie het niet zo, juist een positieve blik naar een toekomst vol kansen. Hengelaars naar schaars talent dat geen kennis heeft en domme vragen stelt over een vakgebied dat de interviewer ook niet kent.
Das nog wat anders dan de no-future van vroeger 🙂
Mee eens Dino.
Heel zuur Dino want scrummasters zijn tenslotte kleuterleidsters die voor orde in de zandbak moeten zorgen. En met een ‘serverless’ cloud zijn de wonderen de wereld niet uit dus om nu te hameren op een affiniteit voor de techniek doet alle bestuurlijke functies in de IT tekort. Too many chiefs and no Indians is dat uiteindelijk alleen maar goed voor onze marktwaarde.
Eens met vragen stellen is goed, de juiste vragen stellen is beter want in mijn tijd zochten ze testers omdat de milleniumbug gevreesd werd. Na lang spitten in Cobol ging alle kritische systemen uiteindelijk zonder probleem over naar 1 januari 2000. De verrassing na het feest was de aansturing van een slagboom want we waren de OT vergeten, stonden we allemaal in de rij met onze leaseauto’s.
Beetje als op Schiphol waar ze te weinig personeel hebben voor de koffers en de beveiliging. Onbekend maakt onbemind vraagt tenslotte niemand naar wat er allemaal achter die gesloten deuren gebeurt. Niet de ‘grijze IT’ maar de ‘dark IT’ gaat straks een probleem worden als we kijken naar hoeveel moeite het nu al kost om een Log4J bug op te lossen.
Het verbaast me enigzins vast te stellen dat er graag naar de oude cultuur wordt teruggekeerd. Ging het vroeger vlotter en eenvoudiger om de juiste mensen te bereiken? In de goede periode 2000 kenden we leerkrachten die opgenomen waren in hun school als IT-er en vervolgens als toemaatje lessen aan de universiteit mochten gaan volgen zodat ze zichzelf als gecultiveerde leerkracht – IT mochten gaan noemen.
Helaas hadden niet alle ingeschreven deelnemers dezelfde moed om de pakketten informatica met succes te beëindigen. Sommigen hadden geen schroom om hun lessenreeksen vroegtijdig te verlaten en aarzelden zelfs niet om een attest van deelneming aan die lessen te vragen. Hierbij dien ik wel aan te stippen dat de schuld niet steeds bij deze onstabiele IT-ers gelegen lag. Sommige gekende scholen werden in die periode geleid door directies die helaas geen controle uitvoerden over de gevolgde lessereeksen omwille van hun gebrek aan IT-kennis.
Het is en blijft belangrijk dat die jongere IT-ers gevolgd blijven door collega’s die wel degelijk gevormd zijn en alzo hun jongere collega’s kunnen bijsturen daar waar nodig. Helaas wordt het gebrek aan gevormde leerkrachten, omwille van de ouderdom of een wijziging in hun opdrachtenpakket, oorzaak dat veel jongeren onvolledig gevormd zijn en alleen voor een onmogelijke taak komen te staan.
Het is en blijft een opdracht voor alle directies om “jonge en grijze IT-ers” aan te zetten om van elkaar te leren. Recruteren zonder aandacht te besteden aan de moeilijkheden, die sowieso aanwezig zullen zijn, zal leiden tot veel uitval bij zowel “jongere als gevormde IT-ers”. Eenieder onder ons dient er zich bewust van te zijn dat hierdoor de juiste en goede vorming van de leerlingen en de leerkrachten in het gedrang komt..