Amper een jaar na oprichting heeft het Amsterdamse cybersecuritybedrijf Hadrian een kapitaalinjectie van 10,5 miljoen euro geregeld. De investeerders zijn gecharmeerd van het idee achter de jonge onderneming: vanuit het perspectief van hackers preventieve aanvallen uitvoeren op kwetsbaarheden in zakelijke online-omgevingen, zoals thuiswerkplekken, cloudapplicaties en iot-toepassingen.
Hadrian gebruikt het verse kapitaal om te groeien, talenten te werven, de aanwezigheid in verschillende Europese markten te verstevigen en zich voor te bereiden op uitbreiding naar de Verenigde Staten. De miljoenen zijn afkomstig van de investeringsmaatschappijen HV Capital, Picus Capital en Slimmer AI, en van privé-investeerders Adriaan Mol en Koen Köppen (beide van betaalplatform Mollie) en Niklas Hellman.
De aanpak van Hadrian richt zich erop om te achterhalen waar in een ict-omgeving potentiële online-aanvallen kunnen plaatsvinden. Dit gebeurt met machine learning en cloudtechnologie. De startup citeert een onderzoek waaruit blijkt dat dertig tot veertig procent van de kwetsbare plekken onbekend is bij de ict’ers die de systemen moeten beschermen. Dit zou komen door de snelle groei van iot-apparatuur, thuiswerksoftware, cloudoplossingen en application programming interfaces (api’s).
Hackers
Naar eigen zeggen wordt het bedrijfje geleid door hackers, waaronder directeur-oprichter Rogier Fischer. Het team bepaalt bij de klant de omvang van het ‘aanvalsoppervlak’ en brengt in kaart op welke onderdelen kwaadwillenden zich zouden richten. Deze worden vervolgens beoordeeld op risico en kwetsbaarheid. Het verschil met conventionele penetratietesten is dat zulke testen zich vooral richten op de onderdelen waarvan bedrijven al denken dat ze kwetsbaar zijn.
De onderneming bracht in de zomer van 2021 een eerste versie van zijn dienst in de markt. Er werkten toen vier mensen. Inmiddels zijn het er vijftig. Onder de klanten bevinden zich grote organisaties die actief zijn in de financiële dienstverlening, industrie en vastgoedbeheer.