Gerard Sanderink sleurt zijn bedrijf verder mee in het conflict met zijn voormalige partner Brigitte van Egten. Op aandringen van de Centric-eigenaar gaat de it-dienstverlener uit Gouda bij zijn ex voor 1,96 miljoen euro beslag leggen, precies het bedrag dat hij wegens verbeurde dwangsommen nog aan haar schuldig is. De Twentse ondernemer is er alles aan gelegen om maar niet te hoeven te betalen.
Dit kwam gisteren naar voren tijdens een zitting van de rechtbank te Almelo. Centric blijkt dit beslag te hebben aangevraagd in een affaire die het bedrijf steeds als een persoonlijke kwestie van Sanderink heeft betiteld. In dat verzoek aan de rechtbank staat een claim tegen Van Egten van 1,96 miljoen euro. Deze ‘tegenvordering’ is gebaseerd op een omzetverlies van zestig miljoen euro dat volgens Centric helemaal aan Van Egten zou zijn te wijten.
Voor Johan Taams, ceo van Centric, kan deze affaire een vervelend staartje krijgen. Op 10 maart jl. ontkende hij nog via zijn woordvoerder dat Centric een claim tegen Van Egten voorbereidde. ‘Dit is niet aan de orde’, liet het bedrijf desgevraagd weten. Herhaaldelijk heeft Taams de juridische schermutselingen tussen Sanderink en zijn ex afgedaan als een privézaak waar Centric volledig buiten staat.
Een week geleden meldde hij aan het FD dat de affaire ‘echt een privézaak is geworden waar Centric niets mee te maken heeft.’ Cfo Patrick Rosengarten liet zich in soortgelijke bewoordingen uit.
En dat terwijl Centric op dat moment al een tegenclaim bij de rechtbank had ingediend waarmee alleen de belangen van eigenaar Sanderink zijn gediend. Als beide bestuurders niet van deze vordering op de hoogte waren, doet de vraag zich voor wie bij Centric aan de touwtjes trekt. Het wordt voor de ondernemingsleiding dan wel heel moeilijk om vol te houden dat Sanderinks invloed zich beperkt tot die van (honderd procent) aandeelhouder.