Met ingang van 2022 verstrekt het kabinet jaarlijks iets meer dan twintig miljoen aan de Informatiepunten Digitale Overheid (IDO's). Dit zijn fysieke loketten waar mensen naar toe kunnen met vragen over bijvoorbeeld belastingaangifte, DigiD of het aanvragen van een uitkering. Daarnaast organiseren IDO's cursussen in digitale vaardigheden. Nu nog bevinden de IDO's zich in bibliotheken maar er komen experimenten om zulke informatiepunten ook op andere plekken te huisvesten.
In 2019 werden de eerste vijftien digitale informatiepunten gestart. Momenteel staat de teller op 450 informatiepunten in bibliotheken. Inmiddels zijn er al meer dan 36.000 vragen in totaal gesteld aan de loketten. Nederland telt naar schatting vier miljoen mensen die moeite hebben met computergebruik en digitale administratiezaken.
Andere locaties
Het extra geld dat het kabinet uittrekt, is nodig om de loketten langer te openen, medewerkers te blijven trainen en nieuwe overheidsdiensten aan te laten sluiten. Ook wordt het geld ingezet om te experimenteren met nieuwe soorten locaties, bijvoorbeeld wijk- en buurtcentra, instellingen voor begeleid wonen, verpleeghuizen of sociale werkplaatsen. Andere opties zijn telefoonwinkels of een mobiel informatiepunt.
Van de jaarlijkse twintig miljoen euro (op de begroting van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) gaat ruim achttien miljoen rechtstreeks naar de IDO’s. Daarnaast moeten uit dit budget nog andere kosten worden gedekt, zoals beleidsmonitoring, onderzoek en personele kosten.