ACM, the Association for Computing Machinery, reikt de A.M. Turing Award 2021 uit aan Jack Dongarra voor zijn baanbrekende werk op het gebied van high performance computing (hpc). Aan de ACM A.M. Turing Award, sinds 1966 uitgereikt en vaak de Nobelprijs voor de informatica genoemd, is een bedrag van één miljoen dollar verbonden, met een financiële bijdrage van Google.
De prijs is vernoemd naar Alan Turing, de Britse wiskundige die faam verwierf als een van de grootste pioniers van de infomatica.
Jack Dongarra is ‘distinguished professor’ computerwetenschappen aan de faculteit elektrotechniek en computerwetenschappen van de Universiteit van Tennessee. Hij heeft ook aanstellingen bij het Oak Ridge National Laboratory en de Universiteit van Manchester.
Volgens de ACM krijgt de 71-jarige Dongarra de Turing Award voor zijn werk aan fundamentele concepten en code die computersoftware in staat stelt gelijke tred te houden met de hardware in hpc-machines.
Dongarra krijgt de ACM A.M. Turing Award officieel uitgereikt tijdens het jaarlijkse ACM Awards Banquet op 11 juni in San Francisco.
Linpack
Dongarra specialiseerde zich in lineaire algebra, een vorm van wiskunde die aan de basis ligt van veel taken in de computerwetenschap, waaronder computersimulaties en kunstmatige-intelligentietechnologie die bedoeld is om het menselijk brein na te bootsen. Aan het eind van de jaren zeventig hielp hij als jonge onderzoeker van het Argonne National Laboratory buiten Chicago bij het schrijven van computercode die de naam Linpack (lineair algebra package) mee kreeg.
Linpack groeide uit tot een softwarebibliotheek en bood een manier om complexe wiskunde uit te voeren op wat we nu supercomputers noemen. Het werd een essentieel instrument voor wetenschappelijke laboratoria toen zij de grenzen van wat een computer kon doen, opzochten. Dat omvatte het voorspellen van weerpatronen, het modelleren van economieën en het simuleren van nucleaire explosies, aldus The New York Times.
Volgens de krant creëerden Dongarra en zijn medewerkers begin jaren 90 met behulp van Linpack-code een nieuw soort test waarmee de kracht van een supercomputer kon worden gemeten. Zij concentreerden zich op het aantal berekeningen dat een supercomputer elke seconde kon uitvoeren. Dit werd het belangrijkste middel om de snelste machines op aarde te vergelijken, te begrijpen wat ze konden en in te zien hoe ze moesten veranderen. Het vormde de basis voor de benchmarklijst van de vijfhonderd krachtigste supercomputers die nog steeds twee keer per jaar wordt gepubliceerd.
Opensource
ACM noemt Dongarra’s belangrijkste bijdrage het creëren van opensource-softwarebibliotheken en standaarden die lineaire algebra gebruiken als een tussentaal die gebruikt kan worden door een grote verscheidenheid aan toepassingen. Deze bibliotheken zijn geschreven voor enkele processoren, parallelle computers, multicore nodes, en meerdere gpu’s per node.
Dongarra heeft ook veel tijd gestoken in het overtuigen van het werkveld van hardwareleveranciers om de bibliotheken en standaarden toe te passen. Doel was om het hpc-vakgebied te laten groeien en zo steeds krachtiger computers in te kunnen zetten voor het oplossen van rekenkundige problemen.