Alles begint met begrijpen met welke problemen je te maken hebt, hoe je deze efficiënt kunt oplossen om je zakelijke doelstellingen te bereiken en wanneer je moet bijsturen. Voor objectstorage is dit een bijzonder proces. Want hoewel de technologie al meer dan tien jaar bestaat, zijn de problemen die objectstorage oplost voor veel organisaties relatief nieuw.
De eerste stap bij het beoordelen van elke technologie is bepalen welk probleem je probeert op te lossen. Met andere woorden: hoe zal deze nieuwe technologie jouw it-team in staat stellen om tijd en middelen te besparen, de productiviteit of inkomsten te verhogen en/of bijkomende risico’s te verminderen? In elke technologiesector zijn er zijn talloze tools, calculators en features die je helpen bij het vinden van een oplossing.
Aankoop
Waarschijnlijk heb je weleens meegemaakt dat je na lang twijfelen iets kocht, vervolgens het product of de dienst gebruikte en dacht: waarom heb ik dit niet eerder gekocht? De reden dat je niet eerder tot de aankoop overging, is hoogstwaarschijnlijk omdat je een tijdelijke oplossing had gevonden om het probleem op te lossen. Toen je eindelijk iets gebruikte dat speciaal was ontworpen voor dat specifieke probleem, werd de taak of het probleem dat je probeerde op te lossen gemakkelijker.
Dit concept is ook van toepassing in de storage-wereld. Hier kun je eenvoudig gegevens opslaan in verschillende storage layers die voorzien in verschillende behoeften. Dit zijn allemaal tijdelijke oplossingen, daarom ben je je er waarschijnlijk niet van bewust dat je een probleem hebt. Maar wat als die tijdelijke oplossing leidt tot lagere inkomsten, minder middelen en meer risico’s? En hoe stel je dit vast?
Zoals gezegd is object-storage (objectopslag, een computergegevensopslagarchitectuur die gegevens als objecten beheert) ruim tien jaar commercieel beschikbaar, maar wint het nu pas aan populariteit. Hoe komt dit? Het antwoord is dat de problemen die object-storage oplost nu door meer organisaties worden ervaren.
De problemen kun je ruwweg onderverdelen in drie categorieën:
- Schaalbaarheid
De mogelijkheid om steeds meer data op te slaan en te beschermen, soms tot wel honderden TB’s of PB’s. Ook het aantal bestanden neemt toe tot miljoenen en zelfs miljarden.
- Gedistribueerde online-toegang
Traditionele applicaties, webapplicaties en eindgebruikers (werknemers, klanten of abonnees) moeten allemaal eenvoudig en betrouwbaar gegevens via internet leveren, opslaan en openen.
- Total costs of ownership
Het vermogen om te doen wat nodig is binnen het vastgestelde budget, met middelen die beschikbaar zijn en met een minimale impact op bestaande bedrijfstakken.
Kijk je naar de problemen die zich in deze categorieën voordoen, dan valt af te leiden dat de categorieën met elkaar verbonden zijn.
Schaalbaarheidsprobleem
Een van de duidelijkste signalen dat je een schaalprobleem hebt, zijn foutmeldingen die aangeven dat je ‘te weinig schijfruimte’ of ‘onvoldoende geheugen’ hebt. Een minder voor de hand liggend signaal voor niet-programmeurs is een “stotterende” applicatie. Dit kan zich voordoen als een foutmelding via http (404- of 408-error), lange laadtijden van webpagina’s of een andere timeout- of ‘niet gevonden’-bericht. Deze fouten zijn ook gerelateerd aan toegang, maar kunnen worden veroorzaakt door op bestandssysteem gebaseerde opslag die langzamer gaat vanwege capaciteitsbeperkingen. Het niet verplaatsen van ‘warme’ of ‘koude’ gegevens van de primaire opslag kan leiden tot aanzienlijke problemen met de kwaliteit van de service, aangezien de opslag de volledige capaciteit nadert.
Daarnaast zijn er andere risico’s aan verbonden. Soms geven organisaties uit budgettaire overwegingen geld uit aan het opschalen van primaire opslag en investeren ze niet in een goede bedrijfscontinuïteit of crisisplanning. Wanneer je de gegevens van een organisatie niet op de vereiste manier beschermt, riskeer je gegevensverlies, gegevenscorruptie of inbreuk op de gegevensbeveiliging.
Toegangsprobleem
Naast 404- of 408-errors kunnen problemen met gedistribueerde toegang ook worden geïdentificeerd door de complexiteit van workflows en de tijd die wordt besteed aan het inschakelen van externe gegevenstoegang. Mogelijk heb je een heleboel verschillende technologieën moeten samenvoegen, zoals wan-acceleration, webservers of content delivery networks. Misschien worstel je nog steeds met trage ftp-servers of beheer je de toegang tot het netwerk nog steeds met aanmeldingen en wachtwoorden handmatig in een spreadsheet. Deze problemen treden op wanneer werknemers of abonnees geen toegang meer kunnen krijgen tot bepaalde gegevens of inhoud wanneer ze die nodig hebben. Deze problemen manifesteren zich ook als overbelaste administratieve middelen die worden omgeleid om zich te concentreren op processen die niet helpen om een bedrijf te laten groeien.
Tco-probleem
Technische problemen, misbruik van opslagoplossingen, overbelaste administratieve middelen, het niet in staat zijn om datasets op de juiste manier op te slaan of te beschermen, een slechte eindgebruikerservaring en handmatig beheer van opslag kunnen allemaal bijdragen aan de total costs of ownership (tco). Uiteindelijk komt de tco-opslag neer op het budget dat je hiervoor hebt toegewezen en de resultaten die dit heeft opgeleverd.
Als je meer wilt doen met hetzelfde budget, moet je iets veranderen. Dit vereist doorgaans het gebruik van meer kosteneffectieve technologie, een technologie die een aantal processen automatiseert en zo administratieve middelen vrijmaakt. Of een technologie waarmee je nieuwe producten en diensten kunt aanbieden.
(Auteur Ekrem Koc is sales director Benelux & Turkije DataCore Software.)
Aloude oplossing van Caringo voor het beheren en archiveren van zowel de gestructureerde als de ongestructureerde data was een mooi systeem en ik begrijp dat na de overname van Caringo door Datacore e.e.a. weer afgestoft wordt.