Nederland zal al zijn invloed moeten aanwenden om het Europese data- en cloud-initiatief Gaia-X in goede banen te leiden. Nog altijd bestaat het risico dat dit publiek-private project voor cloud computing ten prooi valt aan politieke verdeeldheid.
Peter Verkoulen, programmamanager Gaia-X NL Hub vanuit TNO, blijft optimistisch over dit initiatief dat Europa minder afhankelijk moet maken van Big Tech. Tegelijkertijd stelt hij vast dat landen er verschillend in zitten. Notabene Frankrijk dat samen met Duitsland twee jaar geleden de stoot gaf tot Gaia-X, kondigde afgelopen zomer een eigen cloud-strategie aan op basis van Amerikaanse technologie. Daarbij worden de data opgeslagen op Frans grondgebied.
Volgens Verkoulen heeft Frankrijk van oudsher de neiging in termen van landsgrenzen te denken, terwijl Nederland bij zaken als data-opslag en -verwerking meer naar Europa kijkt. ‘Het zou verkeerd zijn als alle 27 EU-lidstaten individuele afspraken gaan maken. In plaats daarvan is het ons belang om tot een écht Europees afsprakenstelsel voor een federatieve cloud-omgeving te komen. Maar het wordt een uitdaging alle kikkers in de Europese kruiwagen te houden’, aldus Verkoulen.
Politieke wil
Behalve politieke wil om overal in Europa gestandaardiseerde dataformaten ingevoerd te krijgen, zijn ook investeringen in cloud-technologie gewenst. Zo is een catalogus met een zoekmachine nodig voor cloud-producten die voldoen aan de Europese eisen.
Verder is er grote behoefte aan een data-infrastructuur waar bedrijven veilig gegevens kunnen uitwisselen zonder dat bijvoorbeeld Amerikaanse geheime diensten meekijken. Dit vereist een op certificaten gebaseerde authenticatie die bepaalt wie toegang heeft tot welke data. Al deze catalogus- en authenticatie-diensten zijn in ontwikkeling.
Nederland heeft tot nog toe weinig middelen voor dit soort innovaties beschikbaar gesteld. R&d in cloud-technologie komt er bekaaid van af. Van de driehonderd miljoen euro die het demissionaire kabinet extra uittrekt voor samenwerking aan cruciale innovaties, gaat zo’n zeventig miljoen euro naar r&d op gebied van de cloud. ‘En dat terwijl Duitsland al 750 miljoen euro heeft vrijgemaakt voor GaiaX-gerelateerde projecten. Grotere landen voeren meer een industriepolitiek. Nederland kan wel bijdragen met kennis, expertise en innovatieve ideeën. Dit geldt met name voor security, trust, juridische vraagstukken en certificering.’
Data spaces
Het project boekt zeker vooruitgang. Recent hebben meer dan duizend bedrijven, verenigingen, research-organisaties en beleidsmakers zich verenigd in de Data Spaces Business Alliance (DSBA). Gaia-X participeert in deze samenwerking. Samen werken ze aan één raamwerk voor het delen van gegevens tussen bedrijfstakken in data spaces. Deze spaces vormen de sleutel tot het bereiken van data-soevereiniteit.
Europa tilt er zwaar aan zelf eigenaar te worden van data in de cloud. Bedrijven die klant zijn van cloudproviders, moeten eigenhandig bepalen wat er met hun data gebeuren. Niemand mag er zonder toestemming wat mee doen.
Bij veelgebruikte Amerikaanse platformen – Amazon, Microsoft en Google – is dat allerminst het geval. Deze hyperscalers blijken regelmatig aan de haal te gaan met data die in hun cloud worden geplaatst. Ze combineren die en halen er waarde uit. Vervolgens kan zich dan de ongewenste situatie voordoen dat klanten moeten betalen voor resultaten die met hun eigen data verkregen zijn.
Ambities
Een andere doelstelling van Gaia-X is de data-portabiliteit te verbeteren. Bedrijven moeten gemakkelijk data van de ene cloud naar de andere kunnen overzetten. Ook het spreiden van data over meerdere providers dient probleemloos te gaan. Ten slotte is het zaak om de interoperabiliteit te regelen. Je moet er gemakkelijk bij kunnen.
De ambities zijn groot. Nieuwe standaarden zijn niet van de ene dag op de andere klaar. Zeker met zoveel betrokken partijen is het lastig daarover afspraken te maken. Goede mechanismen voor data deling vergen eveneens moeite. Ook het ontwikkelen van breed gedragen functionaliteiten kost veel tijd.
Verkoulen weerspreekt de kritiek dat Gaia-X langzaam van de grond komt. Uiteraard neemt de complexiteit toe als zoveel landen en organisaties met elkaar moeten samenwerken. Positief is dat Gaia-X de discussie over de rol van Big Tech geeft versneld. In veel landen is de visie van Gaia-X omarmd en is de belangstelling groot.
Praatclub
Een uitdaging is een balans te vinden tussen denken, praten en doen. Verkoulen: ‘Je wilt niet alleen een praatclub zijn. De praktische experimenten en use-cases moeten uiteindelijk leiden tot oplossingen en standaarden. Snel zal met geïnteresseerde partijen een programma met taken moeten worden opgesteld. Daarin dient te worden vastgesteld welke activiteiten nu zijn op te starten. Ook de financiering hiervan moet meteen worden geregeld.’
Gaia-X wil Europese waarden zoals data soevereiniteit borgen. Zo krijgen gebruikers meer controle over hun data. Waar wenselijk kunnen ze hun data op een veilige manier delen. Verkoulen heeft er geen moeite mee als Amerikaanse cloud providers zich bij het Europese cloud initiatief aansluiten. ‘Dit is prima aangezien ze maar niet de koers binnen Gaia-X gaan bepalen en geen invloed uit kunnen oefenen op de regels vanwege de governance-structuur die door de Europese organisatie gekozen is.
Het is gunstig als Big Tech voor een deel van hun producten de Gaia-X-standaarden verwelkomt. Wanneer hun cloud-aanbiedingen aan de Europese eisen voldoen, vergroot dat het aanbod. Dat betekent meer keuze voor de eindgebruiker, dus lagere prijzen en meer flexibiliteit. Ook de afhankelijkheid van leveranciers (vendor lock in) wordt kleiner.’
Overigens maakt het voor Verkoulen niet uit waar cloudproviders vandaan komen, mits ze zich aan de Europese regels houden. ‘Als Chinese partijen zoals Alibaba en Tencent zich aan Gaia-X conformeren, vergroot dat de concurrentie. Dan ontstaat nog meer marktwerking.’
Panklare oplossingen
Tot slot de vraag of Nederlandse bedrijven en instellingen nu al rekening moeten houden met Gaia-X. Volgens Verkoulen doen deze organisaties er verstandig aan geen starre langlopende verplichtingen aan te gaan. Zorg dat je wendbaar bent, is zijn advies. ‘Contracten met een looptijd van zeven jaar met één provider met onvoldoende volume-flexibiliteit passen daar niet bij. Ben je flexibel, dan kan je straks gebruik maken van de vrijheid die na Gaia-X ontstaat. Houd er rekening mee dat de komende jaren op dit gebied nog veel gaat gebeuren.
Het mkb heeft baat bij de panklare oplossingen als gevolg van dit initiatief. Verkoulen verwacht ook dat druk op de grote cloud providers gaat ontstaan om contracten veel korter en overzichtelijker te maken. Vooral het mkb dat meer moeite heeft de valkuilen te zien, kan daar zijn voordeel mee doen.
Bedrijven die veel data gebruiken, moeten nu al de ontwikkelingen rond Gaia-X volgen. Bovendien zou het mooi zijn als ze aan praktijkgevallen mee doen en andere actieve bijdragen leveren. Dan kan beter op hun wensen worden ingespeeld.
Overheden die vallen onder de EU-aanbestedingsregels, zouden in hun tenders nu al een plek moeten geven aan Gaia-X. Ze kunnen in hun uitvraag nu al de nodige flexibiliteit inbouwen. In de eisen en wensen rondom Europese aanbestedingen kan al rekening met Gaia-X worden gehouden.’
Peter Verkoulen is tevens coalitiemanager van de Dutch Blockchain Coalition (DBC). Daarvoor gaf hij leiding aan de Brightlands Campus in Heerlen.