De weg naar digitale zorg is geen technologische uitdaging. Dat lijkt misschien zo omdat zorginstellingen technologieën in gebruik moeten nemen. In werkelijkheid gaat het om een culturele revolutie. Zorginstellingen moeten technologie omarmen en de passieve patiënt moet mondig en proactief worden. Hiervoor moet de arts-patiëntrelatie gelijkwaardig worden. Dit meent althans medisch futurist Bertalan Meskó tijdens een keynote van de Dutch Health Week.
Meskó vertelt dat er drie redenen zijn waarom de zorgsector nog onvoldoende gedigitaliseerd is. Allereerst is de zorg nooit ontworpen om op een hoog tempo te innoveren. De sector loopt hier tegen een aantal obstakels aan, zoals een tekort aan personeel, een gebrek aan vertrouwen in nieuwe technologie en er is vaak onvoldoende geld beschikbaar voor innovatie.
Een tweede reden waarom digitale zorg nog niet is doorgebroken, is doordat mensen langzaam zijn om vernieuwingen door te voeren. ‘Zeker in de zorg is de adoptiegraad laag. We kunnen wel veranderen, maar dat kost veel tijd. Mensen zijn het grootste knelpunt bij innovatie.’
Tot slot zijn we bang voor het onbekende. Meskó: ‘We zijn bang dat ons werk wordt overgenomen door technologie, zoals kunstmatige intelligentie. Dat gaat niet gebeuren. Technologie kan ons juist ondersteunen. Laat een computer de repetitieve taken uitvoeren, zodat wij tijd vrij beschikbaar hebben voor taken die door mensen gedaan moeten worden, zoals empathie tonen tijdens een gesprek.’
Zo slaagt de revolutie
Volgens de futurist zijn er een aantal punten van belang om de digitale revolutie te laten slagen. Allereerst moet de patiënt voorop staan. Hij pleit voor patient design, waarbij patiënten betrokken worden tijdens het ontwikkelingsproces van innovaties. Volgens hem is een adviesraad van patiënten een must voor elke zorginstelling. Tijdens de ontwikkelingsfase is gebruiksvriendelijkheid belangrijk, zodat zowel het zorgpersoneel als de patiënt de nieuwe technologie gelijk in gebruik kunnen nemen.
Vervolgens moet de mindset veranderen. ‘Zorginstellingen moeten zich focussen op innovatie. Denk aan repetitieve taken automatiseren, data beter benutten of papierloos werken. Het zorgpersoneel blijft diagnoses en behandelplannen opstellen, maar doet dit slimmer en makkelijker met behulp van technologie.’
Een laatste aandachtspunt is de arts-patiëntrelatie. Meskó vindt dat een gelijkwaardige relatie moet ontstaan. Dit kan volgens hem als technologie onzichtbaar is tijdens het contact. ‘Haal de zichtbare technologie zoals beeldschermen weg. Op die manier is er meer ruimte voor het menselijke aspect, namelijk vertrouwen wekken en empathie. Dit creëert een gelijkwaardige relatie tussen een arts en een patiënt.’