Wifi 6 en 5G staan vaak als concurrenten naast elkaar, maar dat is te kort door de bocht in een wereld die complex is en waarin bedrijven connectiviteit nodig hebben om te functioneren. Beide technologieën hebben hun specialiteiten en komen tot hun recht wanneer ze elkaar op een flexibele manier aanvullen.
De term 5G is ingeburgerd. De afkorting staat voor de vijfde generatie van het mobiele netwerk en komt er na de gekende 4G-connectiviteit. Dan klinkt Wifi 6 iets minder bekend in de oren. Het is de opvolger van Wifi 5, de standaard die we vandaag meestal gebruiken om apparaten via een draadloos netwerk te verbinden. In het verleden lag de focus bij zo’n nieuwe generatie doorgaans op snelheid, maar nu spelen ook andere factoren een rol.
Niet alleen de prestaties van het wifi-netwerk moeten verbeteren, er worden ook meer en meer apparaten aan gekoppeld. Denk aan videocamera’s die vroeger met een coaxkabel werden aangesloten, maar vandaag ook via ethernet en wifi connecteren. En aan nieuwe slimme toepassingen en iot-apparaten die eveneens een vlotte internetverbinding vereisen.
Daarnaast is het netwerk belangrijk om al die apparaten op een efficiëntere manier te laten werken. Bijvoorbeeld door de connectiviteit te verbeteren of het batterijverbruik te beperken. Behalve efficiëntie neemt ook het belang van security voor apparaten toe. Wifi 6 is aangepast om aan de nieuwste securitystandaarden te voldoen. Zo zijn de encryptiemogelijkheden uitgebreid.
Offloading
De sleutel voor bedrijven zit in de manier waarop ze 5G en Wifi 6 naast elkaar inzetten, zodat beide technologieën elkaar versterken. Wifi wordt vaak intern gebruikt voor bedrijfsconnectiviteit waarbij naast kwaliteit ook kostenoverwegingen belangrijk zijn. 5G duikt dan weer vaker buiten de bedrijfsmuren op en op plaatsen waar mobiliteit belangrijk is.
Zowel Wifi 6 als 5G bieden prima prestaties, maar dat heeft als nadeel dat er ook hogere frequenties nodig zijn en signalen moeilijker door muren en bepaalde materialen kunnen dringen. 5G wordt daarom vaak ingeschakeld om de uplink/backhaul-connectiviteit te versterken. Een voorbeeld van zo’n kritieke omgeving is een fabriek waar de connectiviteit van sensoren essentieel is om beslissingen te nemen die de kwaliteit of veiligheid van processen beïnvloeden.
Daarnaast zien we het aantal gebruikers toenemen. En dan hebben we het niet alleen over mensen, want ook machines moeten voortdurend met elkaar communiceren. We creëren meer data dan ooit tevoren en dat brengt nieuwe uitdagingen met zich mee. Door die data in de edge te verwerken, vermindert de druk op het primaire systeem en neemt ook latency af. Maar het brengt ook nieuwe uitdagingen met zich mee, vooral op het vlak van security.
Serviceproviders zoeken naar oplossingen om het 5G-netwerk niet te overbelasten en opstoppingen te vermijden. Offloading is een proces waarbij we een stukje van het verkeer omleiden naar lokale netwerken in gebouwen. Zodra iemand binnenwandelt, schakelt z’n toestel over op het wifi-netwerk, bijvoorbeeld voor security of om berichten en oproepen te ontvangen. Die overgang gebeurt naadloos en de gebruiker is er zich niet van bewust, omdat de verbinding dezelfde kwaliteit biedt als die van het overkoepelende cellulaire netwerk.
Om dit te beveiligen, moeten we het principe van zero trust-security volgen. Dat wil zeggen dat organisaties geen enkele entiteit mogen vertrouwen, ongeacht of die van binnen of buiten de netwerkperimeter komt. Afhankelijk van het type communicatie (wifi, 5G, bedraad) moet daarom automatisch de juiste policy toegepast worden om de identiteit van een endpoint te verifiëren.
Mobiliteit
Aan de ene kant is 5G een goede backup voor wifinetwerken, en anderzijds kan wifi helpen het 5G-netwerk via offloading te ontlasten. Beide technologieën zijn dus in staat om elkaar aan te vullen. Wifi is door de jaren heen gebouwd om binnen te gebruiken, terwijl 5G vooral buiten voor mobiliteit moet zorgen. Dit zorgt ervoor dat er ook een prijskaartje aan 5G hangt. Waar voor wifi geen licentie nodig is, moeten er in het geval van 5G onkosten worden terugverdiend. Daarom is het uit kostenoverwegingen interessant om beide systemen naast elkaar te gebruiken.
Daarnaast biedt 5G nog niet de prestaties die providers beloven. Die komen er straks wel – 5G zal het probleem van latentie oplossen – maar het vergt nog wat tijd om hiervoor de juiste infrastructuur te voorzien. We mogen immers niet vergeten dat toegangspunten niet enkel voor mobiliteit instaan, maar ook de toegangspoorten voor allerlei nieuwe iot-apparaten zijn.
Ondertussen staan we aan de vooravond van Wifi 6E. In principe komt dit overeen met Wifi 6, maar het is de nieuwste standaard waarmee ook besturing op de 6 GHz-bandbreedte mogelijk wordt, boven op de gekende 2,4 en 5 GHz. Dit brengt ook extra kanalen mee, wat er andermaal voor zal zorgen dat het netwerk minder snel verstopt zal geraken. Minder storingen en een hogere doorvoersnelheid zijn de belangrijkste voordelen van deze extra frequentieband.
Intelligent genoeg
Al deze technologieën bieden bedrijven de mobiliteit om op een flexibele manier met connectiviteit om te gaan. In specifieke situaties zal 5G belangrijk zijn, terwijl Wifi 6 dan weer andere voordelen biedt en bovendien kostefficiënter is. Naarmate bedrijven innovaties sneller moeten uitrollen, is die flexibiliteit essentieel om efficiënt en competitief te blijven. Ze willen een netwerk dat een toegevoegde waarde biedt en intelligent genoeg is om zich aan te passen aan de gebruiker.
Het is dus niet het één of het ander. Bedrijven moeten de beste manier vinden om 5G en Wifi 6 naast elkaar in te zetten. In die context zien we dat organisaties graag beroep doen op een as-a-service-model. Zeker in de marge van de pandemie wil iedereen zich liever op andere uitdagingen kunnen focussen. En dan is het goed om weten dat je optimaal gebruik maakt van de nieuwste technologieën.